Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 11/2427/GA, 19 januari 2012, beroep
Uitspraakdatum:19-01-2012

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 11/2427/GA

betreft: [klager] datum: 19 januari 2012

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. S. Boersma, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 20 juli 2011 van de beklagcommissie bij de locatie De Kruisberg te Doetinchem

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Klager en zijn raadsvrouw, mr. S. Boersma, zijn uitgenodigd om ter zitting van de beroepscommissie van 9 november 2011, gehouden in de locatie Arnhem-Zuid, te worden gehoord. Klager en zijn raadsvrouw hebben schriftelijk bericht niet ter zitting te
zullen verschijnen. De directeur van de locatie De Kruisberg heeft schriftelijk laten weten verhinderd te zijn ter zitting te verschijnen.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag betreft een ordemaatregel van plaatsing in een afzonderingscel voor de duur van 14 dagen dagen wegens herselectie naar een andere inrichting.

De beklagcommissie heeft het beklag ongegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van klager en de directeur
Klager heeft in beroep zijn tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt schriftelijk toegelicht. Klager betwist dat hij heeft toegegeven dat de in de meerpersoonscel gevonden mobiele telefoon van hem is. Dit zou zeer onaannemelijk zijn.
Klager heeft dit tegenover de directeur aangegeven. Klager bevond zich in een beperkt beveiligde inrichting, waar hij iedere dag tot 19.30 uur kon bellen. Klager had voldoende telefoonkaarten. Klagers celgenoot heeft hem verzocht niets tegen de
directeur te zeggen. Klager heeft verzocht onderzoek te doen naar de met de telefoon gebelde nummers. Hieruit zou naar voren kunnen komen dat de mobiele telefoon niet van klager is. De celgenoot van klager is geen ordemaatregel opgelegd.

De directeur heeft zijn standpunt, zoals ingenomen tegenover de beklagcommissie, in beroep niet toegelicht.

3. De beoordeling
Hetgeen in beroep is aangevoerd kan naar het oordeel van de beroepscommissie niet tot een andere beslissing leiden dan die van de beklagcommissie. De beroepscommissie merkt hierbij nog op dat klager is afgezonderd ter herselectie naar een andere
gesloten inrichting. Gelet op het feit dat klager in een b.b.i. verbleef met ruimere vrijheden en dientengevolge ook mogelijkheden voor ontvluchting, acht de beroepscommissie het niet onredelijk of onbillijk dat klager in afwachting van zijn
overplaatsing in een afzonderingscel is geplaatst. Het beroep zal derhalve ongegrond worden verklaard.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagcommissie.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.A.M. de Wit, voorzitter, drs. R.K. Boelens en mr. J.M.M. van Woensel, leden, in tegenwoordigheid van R. Kokee, secretaris, op 19 januari 2011

secretaris voorzitter

Naar boven