Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 11/3487/GB, 16 januari 2012, beroep
Uitspraakdatum:16-01-2012

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 11/3487/GB

Betreft: [klager] datum: 16 januari 2012

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 25 oktober 2011 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de beslissing waarvan beroep.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft klagers verzoek tot overplaatsing naar de gevangenis van de locatie Zoetermeer afgewezen.

2. De feiten
Klager is sedert 18 februari 2011 gedetineerd. Hij verblijft sedert 12 augustus 2011 in de gevangenis van de penitentiaire inrichting (p.i.) Krimpen aan den IJssel.

3. De standpunten
3.1. Door en namens klager is het beroep als volgt toegelicht.
Klager is enige tijd geleden vanuit de locatie Zoetermeer overgeplaatst naar de p.i. Krimpen aan den IJssel. Klager kan echter niet aarden in de p.i. Krimpen aan den IJssel en derhalve wil hij teruggeplaatst worden naar de locatie Zoetermeer. Dit heeft
tevens te maken met het feit dat zijn familie woonachtig is in de regio Den Haag. Klager stelt dat zijn moeder niet bij hem op bezoek is geweest in de p.i. Krimpen aan den IJssel. Klagers moeder heeft een ernstige oogafwijking en daarom is het moeilijk
voor haar om klager te bezoeken. Klager wenst te worden teruggeplaatst naar de locatie Zoetermeer teneinde bezoek te kunnen ontvangen van zijn moeder.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de afwijzing van genoemd verzoek als volgt toegelicht.
Klager is op 5 augustus 2011 conform zijn eigen voorkeur geselecteerd voor de p.i. Krimpen aan den IJssel. Klagers voorkeur ging uit naar de p.i. Krimpen aan den IJssel vanwege de goede bezoekmogelijkheden. Klager is vervolgens op 12 augustus 2011
overgeplaatst. Uit de bezoekerslijst blijkt dat klagers moeder zowel voor als na haar medische behandeling bij klager op bezoek is geweest. Klagers moeder blijkt derhalve, mogelijk onder begeleiding, in staat tot reizen. Uit de bezoekerslijst blijkt
tevens dat klager bezoek ontvangt van andere personen. Klager blijft derhalve niet verstoken van bezoek.

4. De beoordeling
Bezoekproblemen zijn inherent aan het ondergaan van detentie en vormen, behoudens bijzondere omstandigheden, geen selectiecriterium. Hetgeen klager heeft aangevoerd omtrent de bezoekproblemen kan niet als een dergelijke bijzondere omstandigheid worden
aangemerkt. Uit de door de selectiefunctionaris overgelegde stukken blijkt dat klagers moeder in staat is om klager te bezoeken in de p.i. Krimpen aan den IJssel. De beroepscommissie neemt tevens in aanmerking dat klager twee maanden voor de indiening
van het onderhavige verzoek tot overplaatsing overeenkomstig zijn wens is geplaatst in de p.i. Krimpen aan den IJssel. Gelet op het vorenstaande kan de op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris, bij afweging van
alle in aanmerking komende belangen, niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt. Het beroep zal derhalve ongegrond worden verklaard.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.I.M.W. Bartelds, voorzitter, dr. J.P.S. Fiselier en mr. L.M. Moerings, leden, in tegenwoordigheid van L.A.M. Karels, secretaris, op 16 januari 2012

secretaris voorzitter

Naar boven