Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 11/2673/GB, 22 november 2011, beroep
Uitspraakdatum:22-11-2011

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 11/2673/GB

Betreft: [klager] datum: 22 november 2011

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift ingediend door mr. M.B. Brouwer, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 9 augustus 2011 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de beslissing waarvan beroep.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft klagers verzoek tot overplaatsing naar de gevangenis van de penitentiaire inrichting (p.i.) Dordrecht of de gevangenis van de locatie De Schie te Rotterdam afgewezen.

2. De feiten
Klager is sedert 26 november 2003 gedetineerd. Hij verblijft in unit zes van de p.i. Vught.

3. De standpunten
3.1. Door en namens klager is het beroep als volgt toegelicht. Klager wil worden overgeplaatst in verband met het ontvangen van bezoek. Zijn vader heeft hem in de afgelopen maanden niet bezocht in verband met de reisafstand. Nu hij zich in de
laatste
fase van zijn detentie bevindt, is het contact met zijn familie juist van belang. Volgens klager heeft de selectiefunctionaris ten onrechte aan de beslissing van 9 augustus 2011 ten grondslag gelegd dat klager niet gemotiveerd is om zich te conformeren
naar de regels van de inrichting. Dit mag volgens klager geen grondslag vormen voor het afwijzen van zijn verzoek tot overplaatsing.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de afwijzing van genoemd verzoek als volgt toegelicht.
Klager is overgeplaatst naar de gevangenis van de p.i. Vught omdat hij meerdere rapporten heeft ontvangen voor het vertonen van negatief gedrag. Ook in de gevangenis van de p.i. Vught is klager meerdere malen gesanctioneerd voor druggebruik waaruit
blijkt dat hij nog altijd negatief gedrag vertoont en zich niet wil conformeren aan de regels van de inrichting. Bovendien ontvangt hij in Vught bezoek en heeft hij niet met documenten onderbouwd dat het voor zijn familie onmogelijk is om hem in Vught
te bezoeken.

4. De beoordeling
De op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris kan, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt. De beroepscommissie neemt daarbij in aanmerking dat
bezoekproblemen, behoudens bijzondere omstandigheden, geen selectiecriterium vormen. Klager heeft onvoldoende feitelijk onderbouwd dat sprake is van dergelijke bijzondere omstandigheden nu hij geen documenten heeft overgelegd waaruit blijkt dat het
voor
zijn familieleden niet mogelijk is om hem in de inrichting waar hij thans verblijft te bezoeken. Het beroep is derhalve ongegrond.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.I.M.W. Bartelds, voorzitter, mr. L.M. Moerings en mr. M.A.G. Rutten, leden, in
tegenwoordigheid van mr. M.L. Koster, secretaris, op 22 november 2011

secretaris voorzitter

Naar boven