Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 11/2519/GB, 21 oktober 2011, beroep
Uitspraakdatum:21-10-2011

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 11/2519/GB

Betreft: [klager] datum: 21 oktober 2011

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. E.G.C. Groenendaal, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 29 juli 2011 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de beslissing waarvan beroep.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft klagers verzoek tot overplaatsing naar het huis van bewaring (h.v.b.) van de penitentiaire inrichting (p.i.) Amsterdam Over-Amstel of de locatie Havenstraat te Amsterdam afgewezen.

2. De feiten
Klager is sedert 17 mei 2011 gedetineerd. Hij verblijft sedert 20 mei 2011 in het h.v.b. van de locatie Zwaag te Hoorn.

3. De standpunten
3.1. Namens klager is het beroep als volgt toegelicht. Klager heeft verzocht om overplaatsing naar een h.v.b. in Amsterdam. Klagers zaak dient in Amsterdam. Indien klager wordt overgeplaatst naar Amsterdam dan bevindt hij zich dichterbij de
Rechtbank
Amsterdam. Klager heeft geen bezoek van zijn moeder ontvangen in de locatie Zwaag. Klagers moeder is ziek en is derhalve niet in staat om klager in de locatie Zwaag te bezoeken.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de afwijzing van genoemd verzoek als volgt toegelicht. Klager is conform artikel 24 van de Regeling selectie, plaatsing en overplaatsing van gedetineerden (de Regeling) geplaatst in het h.v.b. van de locatie Zwaag.
De locatie Zwaag is gelegen in dan wel nabij het arrondissement van insluiting, te weten Amsterdam. Klager verzoekt om overplaatsing naar een h.v.b. in Amsterdam, zodat zijn familie en vrienden hem gemakkelijker kunnen bezoeken. Daarnaast geeft klager
aan dat zijn moeder niet in staat is om naar Zwaag te reizen. Klager heeft de stelling dat zijn moeder niet in staat is om hem in de locatie Zwaag te bezoeken niet feitelijk onderbouwd.

4. De beoordeling
Bezoekproblemen zijn in beginsel inherent aan het ondergaan van detentie en vormen, behoudens bijzondere omstandigheden, geen selectiecriterium. Klagers stelling dat zijn moeder hem vanwege ziekte niet kan bezoeken in de locatie Zwaag is niet feitelijk
onderbouwd. Derhalve kan de op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt. Het beroep zal derhalve ongegrond
worden verklaard.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. A.H. de Wild, voorzitter, mr. L.M. Moerings en mr. M.A.G. Rutten, leden, in tegenwoordigheid van L.A.M. Karels, secretaris, op 21 oktober 2011

secretaris voorzitter

Naar boven