Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 11/2359/GB, 6 oktober 2011, beroep
Uitspraakdatum:06-10-2011

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 11/2359/GB

Betreft: [klager] datum: 6 oktober 2011

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. E. Julius, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 19 juli 2011 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager gericht tegen de beslissing hem over te plaatsen naar de locatie Esserheem te Veenhuizen ongegrond verklaard.

2. De feiten
Klager is sedert 5 september 2006 gedetineerd. Hij verbleef in de gevangenis van de locatie Sittard. Op 2 augustus 2011 is hij overgeplaatst naar de locatie Esserheem, een inrichting voor strafrechtelijk gedetineerde vreemdelingen, als bedoeld in
artikel 20b, tweede lid onder a van de Regeling selectie, plaatsing en overplaatsing van gedetineerden (de Regeling).

3. De standpunten
3.1. Namens klager is het beroep als volgt toegelicht. Klager wenst gedetineerd te blijven in de locatie Sittard. Klager staat onder medische behandeling bij het ziekenhuis te Sittard. Klager verkeert lichamelijk in een zorgwekkende situatie. Een
overplaatsing naar een andere inrichting zou funest voor klager zijn. Het feit dat de locatie Sittard niet bestemd is als VRIS-inrichting (vreemdelingen in de strafrechtketen) doet daar niets aan af. Klager krijgt regelmatig bezoek van kennissen die in
de omgeving van Koblenz (Duitsland) wonen. Overplaatsing naar de locatie Esserheem maakt bezoek van deze personen onmogelijk, hetgeen betekent dat klager geen bezoek meer zal ontvangen. Dit is een inbreuk op klagers sociale leven. Klager verzoekt
voorts
om een veroordeling van de DJI in de door klager gemaakte kosten in deze procedure.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht. De locatie Sittard is niet bestemd als VRIS-inrichting. De VRIS-inrichtingen voor gedetineerden met een strafrestant van meer dan vier maanden bevinden zich in
Veenhuizen en in Ter Apel. Klager is geselecteerd voor de locatie Esserheem omdat hij geen verblijfsvergunning heeft en ongewenst is verklaard. Klager heeft geen medische documenten bij zijn bezwaarschrift gevoegd die inzicht geven in zijn medische
situatie. De selectiefunctionaris kan derhalve geen oordeel geven over klagers medische situatie. Hetgeen klager heeft aangevoerd omtrent de bezoekmogelijkheden is bij deze selectiebeslissing niet van belang.

4. De beoordeling
4.1. De locatie Esserheem is een gevangenis voor mannen met een regime van algehele gemeenschap en een normaal beveiligingsniveau. Dit is tevens een inrichting voor strafrechtelijk gedetineerde vreemdelingen, als bedoeld in artikel 20b, tweede lid
onder a van de Regeling.

4.2. Klager voldoet, nu hij onherroepelijk tot een vrijheidsstraf is veroordeeld, aan de vereisten voor plaatsing in een voorziening voor strafrechtelijk gedetineerde vreemdelingen.

4.3. Ingevolge artikel 20b, eerste lid van de Regeling worden vreemdelingen die na de tenuitvoerlegging van de vrijheidsstraf geen rechtmatig verblijf meer hebben in Nederland in de zin van artikel 8 van de Vreemdelingenwet 2000 in een inrichting of
een afdeling voor strafrechtelijk gedetineerde vreemdelingen geplaatst. Door de selectiefunctionaris is gesteld, en dit is namens klager niet betwist, dat klager geen verblijfsvergunning heeft en tot ongewenst vreemdeling is verklaard. Klager heeft een
strafrestant van meer dan vier maanden. Voor dergelijke gedetineerden zijn de locatie Esserheem te Veenhuizen en de penitentiaire inrichting Ter Apel bestemd. Bij aanwezigheid van bijzondere omstandigheden kan op dit plaatsingsbeleid een uitzondering
worden gemaakt. Hetgeen klager heeft aangevoerd omtrent de bezoekmogelijkheden kan niet als een dergelijke bijzondere omstandigheid worden aangemerkt. Klagers stelling dat hij niet overgeplaatst kan worden naar de locatie Esserheem in verband met zijn
medische situatie, is niet feitelijk onderbouwd. De op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris kan, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt.

4.4. Voor zover namens klager is verzocht om een veroordeling van de DJI in de door klager gemaakte proceskosten, geldt dat de Pbw een dergelijke voorziening niet kent. De beroepscommissie wijst dit verzoek af.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. A.H. de Wild, voorzitter, mr. L.M. Moerings en mr. M.A.G. Rutten, leden, in tegenwoordigheid van L.A.M. Karels, secretaris, op 6 oktober 2011

secretaris voorzitter

Naar boven