Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 11/1993/GB, 3 augustus 2011, beroep
Uitspraakdatum:03-08-2011

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 11/1993/GB

Betreft: [klager] datum: 3 augustus 2011

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van, en tevens ingediend door mr. H.S.K. Jap-A-Joe, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 23 juni 2011 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,
alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager gericht tegen de beslissing hem over te plaatsen naar het huis van bewaring (h.v.b.) Dordrecht ongegrond verklaard.

2. De feiten
Klager is sedert 26 augustus 2010 gedetineerd. Hij verbleef in vreemdelingenbewaring in Inrichting Zeist. Op 15 juni 2011 is hij overgeplaatst naar het h.v.b. Dordrecht. Op 21 juli 2011 is de vreemdelingenbewaring opgeheven.

3. De standpunten
3.1. Door en namens klager is het beroep als volgt toegelicht.
Klager is ten onrechte naar een regulier h.v.b. overgeplaatst, waar hij ernstig in zijn vrijheden wordt beperkt, terwijl hij in een detentiecentrum voor vreemdelingen zou moeten verblijven. Klager betwist dat hij zich aan wangedrag schuldig zou hebben
gemaakt. Verzocht wordt ten slotte om een tegemoetkoming over de periode dat klager ten onrechte in het h.v.b. heeft verbleven.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
Klager is vanwege beheersmatige problematiek (hij zorgt met zijn dwingende manipulerende gedrag voor beheersproblemen) naar een regulier h.v.b. overgeplaatst. Binnen de vreemdelingenbewaring is er geen afdeling voor beheersmatige problematiek bij
gedetineerden.

4. De beoordeling
De op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris kan, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt. Uit de stukken blijkt dat klager zich dusdanig heeft
gedragen, dat het noodzakelijk was hem in een h.v.b.-regime te plaatsen. Op grond van artikel 9, tweede lid aanhef en onder d, van de Pbw is plaatsing van personen in vreemdelingenbewaring in een h.v.b. mogelijk. Het beroep zal dan ook ongegrond worden
verklaard.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit
mr. J.P. Balkema, voorzitter, mr. J.I.M.W. Bartelds en dr. G.J. Fleers, leden, in tegenwoordigheid van mr. I. Lispet, secretaris, op 3 augustus 2011

secretaris voorzitter

Naar boven