Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 11/2179/GV, 13 juli 2011, beroep
Uitspraakdatum:13-07-2011

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 11/2179/GV

betreft: [klager] datum: 13 juli 2011

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 8 juli 2011 genomen beslissing van de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie (de Staatssecretaris),

alsmede van de onderliggende stukken.

De beroepscommissie heeft de Staatssecretaris in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager om het beroep schriftelijk toe te lichten.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De Staatssecretaris heeft klagers verzoek tot het tijdelijk verlaten van de inrichting in het kader van strafonderbreking afgewezen en klager een incidenteel verlof onder begeleiding van DV&O toegestaan.

2. De standpunten
Klager heeft het beroep als volgt toegelicht.
Vanwege tijdnood heeft klager het incidenteel verlof onder begeleiding van DV&O geaccepteerd. Zijn schoonmoeder zal binnenkort overlijden. Klager voelt zich verantwoordelijk voor haar lichamelijke en geestelijke gesteldheid. Hij zou graag zijn
schoonmoeder bij leven zijn intense spijt willen betuigen. Hij heeft haar dochter altijd onwetend gehouden voor wat betreft zijn illegale activiteiten en haar liefde en vertrouwen als vanzelfsprekend beschouwd. Zijn schoonzoon lijdt aan dezelfde
zeldzame spierziekte en zal mogelijk ook niet lang meer leven. Klagers dochter is hierdoor volledig ontredderd en kampt met enorme psychische en maatschappelijke problemen. Hun kinderen gaan hieronder gebukt. Voor klagers echtgenote zijn de gegeven
familieomstandigheden haast niet meer te verwerken. Klager maakt zich zorgen om haar en zou haar willen ondersteunen in het bijzonder bij de voorbereidingen ten aanzien van de aanstaande begrafenis van haar moeder.

Namens de Staatssecretaris is de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
Klager heeft verzocht om strafonderbreking, hetzij tijdelijk verlof. De medisch adviseur acht een tijdelijk verlaten van de inrichting geïndiceerd. Strafonderbreking kan worden verleend indien niet kan worden volstaan met een andere vorm van verlof.
Beslist is dat volstaan kan worden met incidenteel verlof om afscheid te nemen van zijn schoonmoeder. In verband met het strafrestant, datum van invrijheidstelling is bepaald op 17 december 2013, dient dit verlof plaats te vinden onder begeleiding van
DV&O. Voor wat betreft de ondersteuning van klagers vrouw is niet aangegeven welke steun zij nodig heeft, waarom hulp van derden ontbreekt en is niet onderbouwd met welke andere familieomstandigheden zij wordt belast. Geadviseerd wordt om contact op te
nemen met de reguliere hulpverlening, nu klager gedetineerd is.

Op klagers verlofaanvraag zijn de volgende adviezen uitgebracht.
De directeur van de locatie Zuyder Bos heeft positief geadviseerd ten aanzien van strafonderbreking.
De medisch adviseur heeft positief geadviseerd ten aanzien van een incidenteel verlof op korte termijn.

3. De beoordeling
Klager is in Japan veroordeeld tot een gevangenisstraf van zeven jaar wegens drugshandel. In het kader van een WOTS-procedure is hij naar Nederland overgebracht.
De datum van invrijheidstelling is bepaald op 17 december 2013.

Op grond van het bepaalde in artikel 34 van de Regeling tijdelijk verlaten van de inrichting (hierna de Regeling) kan strafonderbreking worden verleend wegens zodanig bijzondere omstandigheden in de persoonlijke sfeer, dat niet kan worden volstaan met
een andere vorm van verlof. Het verzoek om strafonderbreking is ingediend, omdat verwacht wordt dat klagers schoonmoeder binnenkort zal overlijden, klager afscheid van zijn schoonmoeder wil nemen en zijn echtgenote wil bijstaan.
Op grond van het bepaalde in artikel 36 van de Regeling, gelezen in verband met de artikelen 22 en 23 van de Regeling, kan in dergelijke gevallen strafonderbreking worden verleend.
De medisch adviseur heeft geadviseerd om klager incidenteel verlof op zeer korte termijn te verlenen in verband met de gezondheidstoestand van klagers schoonmoeder.
Namens de Staatssecretaris wordt klager incidenteel verlof onder begeleiding van DV&O verleend om afscheid te kunnen nemen van zijn schoonmoeder.
De beroepscommissie overweegt dat in artikel 21 en artikel 24 van de Regeling is bepaald dat voor het bijwonen van gebeurtenissen in de persoonlijke sfeer van de gedetineerde, waarbij zijn aanwezigheid noodzakelijk is, een andere vorm van verlof,
namelijk (begeleid) incidenteel verlof, kan worden verleend. Deze mogelijkheid wordt klager geboden.
De beroepscommissie is van oordeel dat de door klager aangevoerde gronden voor zijn verzoek om strafonderbreking niet de bijzondere omstandigheden opleveren zoals bedoeld in artikel 34 van de Regeling. Derhalve kan de afwijzing door de Staatssecretaris
van klagers verzoek om strafonderbreking, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. U. van de Pol, voorzitter, mr. M. Boone en mr. J.M.M. van Woensel, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.S. van Gemert, secretaris, op 13 juli 2011

secretaris voorzitter

Naar boven