Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 10/3896/GA, 18 mei 2011, beroep
Uitspraakdatum:18-05-2011

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 10/3896/GA

betreft: [klager] datum: 18 mei 2011

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. R. Herregodts, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 24 december 2010 van de alleensprekende beklagrechter bij de penitentiaire inrichtingen (p.i.) Grave,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 25 maart 2011, gehouden in de p.i. Vught, is gehoord klager, bijgestaan door mr. W.B.M. Bos, kantoorgenoot van klager raadsman.
De directeur van de p.i. Grave heeft schriftelijk laten weten verhinderd te zijn ter zitting te verschijnen.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagrechter
Het beklag betreft de duur van de selectieprocedure.

De beklagrechter heeft het beklag ongegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van klager en de directeur
Door en namens klager is in beroep het tegenover de beklagrechter ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
Klager heeft duidelijk aangegeven dat hij op 9 juni 2010 is veroordeeld. Vanaf dat tijdstip tot 4 augustus 2010 heeft klager steeds geïnformeerd naar de stand van zaken van de selectieprocedure. Pas op 5 augustus 2010 is het selectieformulier verzonden
aan de selectiefunctionaris. Klager is pas op 29 oktober 2010 in een gevangenis geplaatst. De selectieprocedure heeft onredelijk lang geduurd. De raadsman verwijst naar een uitspraak van de beklagcommissie van de locatie De Schie te Rotterdam van 18
november 2010, waaruit blijkt dat de selectieprocedure hoogstens 42 dagen mag duren. Het beroep dient gegrond te worden verklaard en klager dient een tegemoetkoming te worden toegekend.

De directeur persisteert bij hetgeen in eerste aanleg is aangevoerd.

3. De beoordeling
De beroepscommissie stelt allereerst vast dat uit de regelgeving niet kan worden afgeleid dat er voor wat de selectieprocedure betreft sprake is van vaste termijnen. Een gedetineerde mag er echter op rekenen dat door de justitiële autoriteiten met de
nodige voortvarendheid wordt gewerkt en dat er zich geen onnodige vertraging in de selectieprocedure voordoet. Daar waar vaststaat dat klager zijnerzijds aan de directeur alle voor de selectieprocedure benodigde informatie heeft verschaft en zijdens de
directeur geen nadere informatie is verschaft over de mogelijke redenen voor de in acht genomen termijn, is een duur van de selectieprocedure van acht weken niet begrijpelijk.
De beroepscommissie zal het beroep gegrond verklaren. Voor het door hem ondervonden ongemak zal aan klager na te noemen tegemoetkoming worden toegekend.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond, vernietigt de uitspraak van de beklagrechter en verklaart het beklag alsnog gegrond.
Zij bepaalt dat aan klager een tegemoetkoming toekomt van € 25,=.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.I.M.W. Bartelds, voorzitter, prof.dr. W.J. Schudel en mr. J.P. Balkema, leden, in tegenwoordigheid van mr. S.A.H. de Bruin, secretaris, op 18 mei 2011

secretaris voorzitter

Naar boven