Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 10/3427/GA, 30 mei 2011, beroep
Uitspraakdatum:30-05-2011

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 10/3427/GA

betreft: [klager] datum: 30 mei 2011

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. M.R. Roethof, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 11 november 2010 van de beklagcommissie bij de locatie De Schie te Rotterdam,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Klager, zijn raadsman mr. M.R. Roethof en de directeur hebben geen gebruik gemaakt van de gelegenheid om te worden gehoord ter zitting van de beroepscommissie van 23 april 2011, gehouden in de penitentiaire inrichting (p.i.) Nieuwegein.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag betreft het niet toestaan om een medewerker van het Juridisch Loket te bezoeken op het moment dat klager ‘geblokt’ was voor de arbeid.

De beklagcommissie heeft het beklag ongegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van klager en de directeur
Door en namens klager is in beroep het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt – schriftelijk en zakelijk weergegeven – toegelicht.
Anders dan de beklagcommissie heeft overwogen, is klager niet in de gelegenheid gesteld om daags na de bestreden weigering telefonisch contact op te nemen met het Juridisch Loket. De beslissing van de beklagcommissie is volgens klager onvoldoende
gemotiveerd en het beklag is ten onrechte ongegrond verklaard.

De directeur heeft in beroep zijn tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt – schriftelijk en zakelijk weergegeven – toegelicht.
Nadat duidelijk was geworden dat de medewerkster van het Juridisch Loket geen stukken van klager had ontvangen en dat het door die medewerkster gekozen bezoekmoment had plaatsgevonden, is klager meermalen in de gelegenheid gesteld om telefonisch
contact
te zoeken met die medewerkster. Bij navraag door de directeur heeft het afdelingshoofd verklaard dat klager door een penitentiair inrichtingswerker in de gelegenheid is gesteld om in de teamkamer naar het Juridisch Loket te bellen. Ook het
afdelingshoofd heeft klager naar het Juridisch Loket laten bellen.

3. De beoordeling
Vastgesteld kan worden dat op 1 september 2010 een medewerkster van het Juridisch Loket in de p.i. Nieuwegein aanwezig is geweest met het doel klager te spreken. Klager is toen niet op dat gesprek verschenen omdat hij ‘geblokt’ zat in verband met de
activiteit arbeid. Voldoende aannemelijk is dat klager niet tijdig op de hoogte is gesteld van dat voorgenomen bezoek van die medewerker van het Juridisch Loket. Nu evenwel voldoende aannemelijk is geworden dat klager direct na het bekend worden van de
hiervoor vermelde communicatiefout in de gelegenheid is gesteld om (telefonisch) contact op te nemen met die medewerker van dat Juridisch Loket voor het maken van een nieuwe afspraak, heeft de directeur voldaan aan zijn zorgplicht jegens klager.
Hetgeen
in beroep naar voren is gebracht – voor zover een en ander is komen vast te staan – kan daarom niet leiden tot een andere uitspraak dan die van de beklagcommissie. Het beroep zal daarom ongegrond worden verklaard en de uitspraak van de beklagcommissie
zal worden bevestigd.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagcommissie.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. F.G. Bauduin, voorzitter, dr. G.J. Fleers en mr. U. van de Pol, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.M.J.D. Maes, secretaris, op 30 mei 2011
De voorzitter is buiten staat deze uitspraak mede te ondertekenen.

secretaris voorzitter

Naar boven