Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 11/1561/GB, 27 mei 2011, beroep
Uitspraakdatum:27-05-2011

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 11/1561/GB

Betreft: [klager] datum: 27 mei 2011

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 17 mei 2011 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager gericht tegen de beslissing om zich op 31 mei 2011 in de locatie Westlinge te Heerhugowaard te melden voor het ondergaan van een gevangenisstraf van veertien dagen ongegrond verklaard.

2. De feiten
Klager is op 10 februari 2011 door de Politierechter in de Rechtbank te Haarlem veroordeeld tot een gevangenisstraf van veertien dagen. Dit vonnis is op 25 februari 2011 onherroepelijk geworden. Op 28 april 2011 is klager opgeroepen zich op 31 mei 2011
te melden bij de locatie Westlinge.

3. De standpunten
3.1. Klager heeft het beroep als volgt toegelicht.
Naar aanleiding van een telefonisch verzoek van de selectiefunctionaris heeft klager op 17 mei 2011 de oproep om zijn dienstplicht te vervullen in Turkije naar de selectiefunctionaris gefaxt. Op 17 mei 2011 is klagers bezwaar ongegrond verklaard.
Het verzoek om uitstel ziet op een relatief korte periode. Klager zou per 1 augustus 2011 alsnog zijn gevangenisstraf kunnen ondergaan. Klager dient per 1 juni 2011 gedurende drie weken zijn dienstplicht in Turkije te vervullen. Dit moet vóór 1 oktober
2011, want anders moet klager vijftien maanden in dienst.
Klager verzoekt de oproepdatum uit te stellen tot 1 augustus 2011.

De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
Op 17 mei 2011 is het bezwaarschrift ongegrond verklaard, omdat klager geen bewijsstukken heeft overgelegd. In zijn beroepschrift stelt klager dat hij op 17 mei 2011 de onderliggende stukken heeft gefaxt naar de selectiefunctionaris. Deze stukken zijn
niet ontvangen. Naar aanleiding van de brief van 17 mei 2011 heeft klager ook hierover geen contact opgenomen met de selectiefunctionaris en de gevraagde stukken zijn ook niet bij het beroepschrift meegestuurd.
Het beroep dient ongegrond te worden verklaard.

4. De beoordeling
De op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris kan, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt.
Op 12 mei 2011 heeft de selectiefunctionaris klager telefonisch verzocht een kopie van de oproep om zijn dienstplicht in Turkije te vervullen uiterlijk op 13 mei 2011 te faxen. Hoewel klager stelt dat hij deze stukken op 17 mei 2011 naar de
selectiefunctionaris heeft gefaxt, zijn deze stukken tot op heden niet bij de selectiefunctionaris aangekomen. Klager heeft ook geen kopie van de betreffende stukken bij zijn beroepschrift gevoegd. Gelet hierop kan niet worden aangenomen dat hetgeen
klager heeft verklaard omtrent het vervullen van de dienstplicht in Turkije juist is. Het beroep zal derhalve ongegrond worden verklaard.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.P. Balkema, voorzitter, mr. M.A.G. Rutten en dr. G.J. Fleers, leden, in tegenwoordigheid van mr. S.A.H. de Bruin, secretaris, op 27 mei 2011

secretaris voorzitter

Naar boven