Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 01/2146/GA, 14 februari 2002, beroep
Uitspraakdatum:14-02-2002

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 01/2146/GA

betreft: [klager] datum: 14 februari 2002

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (PBW) heeft kennis genomen van een op 30 november 2001 bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak d.d. 5 november 2001 van de beklagcommissie bij de penitentiaire inrichting Midden Holland, locatie Alphen aan den Rijn te Alphen aan den Rijn,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

De beroepscommissie heeft de directeur van gevangenis Alphen aan den Rijn in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager om het beroep schriftelijk toe te lichten.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag betreft het zoekraken van een overhemd.

De beklagcommissie heeft het beklag ongegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van klager en de directeur
Klager heeft in beroep volhard in het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt. Klager heeft voorts aangevoerd dat hij bijna twee maanden heeft moeten wachten voordat hem door de inrichting werd meegedeeld dat zijn overhemdzoek was.

De directeur heeft daarop geantwoord als tegenover de beklagcommissie. Voorts heeft de directeur nog aangevoerd dat er opnieuw navraag is gedaan over eventuele in- en uitvoer van klager op 3 of 4 augustus 2001. Hieruit is geblekendat er namens klager geen in- of uitvoer heeft plaatsgevonden.

3. De beoordeling
De beklagcommissie overweegt op goede grond en met juistheid dat klager niet-ontvankelijk is in zijn beklag. Vervolgens voegt de beklagcommissie daaraan ten overvloede een overweging toe die er kennelijk toe strekt dat de beslissingluidt dat het beklag ongegrond is. Nu de beklagcommissie alvorens aan een inhoudelijke beoordeling van het beklag toe te komen over de ontvankelijkheid heeft te beslissen, verstaat de beroepscommissie de beslissing van debeklagcommissie aldus dat het beklag niet-ontvankelijk is verklaard. Het beroep zal derhalve ongegrond worden verklaard.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagcommissie.

Aldus gedaan door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. P.C. Vegter, voorzitter, mr. J.P. Balkema en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in tegenwoordigheid van mr. A.F. Landman, secretaris, op 14 februari 2002.

secretaris voorzitter

Naar boven