Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 11/0880/GV, 2 mei 2011, beroep
Uitspraakdatum:02-05-2011

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 11/880/GV

betreft: [klager] datum: 2 mei 2011

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 14 maart 2011 genomen beslissing van de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie (de Staatssecretaris),

alsmede van de onderliggende stukken.

De beroepscommissie heeft de Staatssecretaris in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager om het beroep schriftelijk toe te lichten.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De Staatssecretaris heeft klagers verzoek tot het tijdelijk verlaten van de inrichting in het kader van onbegeleid incidenteel verlof afgewezen.

2. De standpunten
Klager heeft het beroep als volgt toegelicht. Mogelijk is het aan de aandacht van de selectiefunctionaris ontsnapt, maar de afspraak met het Sinaï Centrum is dat klager onbegeleid naar binnen komt. Dit blijkt uit de bijgevoegde bevestiging voor een
eerder geplande afspraak. Verzocht wordt om klager alsnog onbegeleid incidenteel verlof te verlenen.

Namens de Staatssecretaris is de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
Klager heeft incidenteel verlof aangevraagd om een gesprek te kunnen voeren met een psychiater bij het Sinaï Centrum. Zoals door de inrichting is geadviseerd, is incidenteel verlof onder begeleiding akkoord. De afspraak dat klager onbegeleid het Sinaï
Centrum binnen kan, is onbekend. Navraag bij de inrichting leerde dat het personeel niet bekend is met deze afspraak en dat om die reden begeleid incidenteel verlof is aangevraagd. Bij navraag bij het Sinaï Centrum is het nog steeds niet helder
geworden
met wie de afspraak is gemaakt dat klager onbegeleid naar binnen kan. Alternatief is besproken met de inrichting dat de psychiater van het Sinaï Centrum ook naar de inrichting kan komen, waar hij privé met klager kan spreken.

De directeur van de penitentiaire inrichtingen (p.i.) Veenhuizen heeft positief geadviseerd ten aanzien van de verlening van incidenteel verlof onder begeleiding van DV & O.

3. De beoordeling
Klager ondergaat een gevangenisstraf van vijf jaar, vijf maanden en twintig dagen met aftrek, wegens opzettelijk handelen in strijd met een in artikel 2 van de Opiumwet gegeven verbod. De wettelijk vroegst mogelijke datum van in vrijheidstelling valt
op
of omstreeks 2 januari 2012. Aansluitend dient hij eventueel subsidiaire hechtenis van 38 dagen en 35 dagen gijzeling op grond van de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften en 51 dagen hechtenis op grond van de Wet Terwee te
ondergaan.

Op grond van artikel 21 van de Regeling tijdelijk verlaten van de inrichting (hierna: de Regeling), kan incidenteel verlof worden verleend voor het bijwonen van gebeurtenissen in de persoonlijke sfeer van de gedetineerde, waarbij zijn aanwezigheid
noodzakelijk is. Krachtens artikel 21, tweede lid, van de Regeling kan dit verlof indien nodig onder begeleiding plaatsvinden.

Uit het advies van de inrichting volgt dat klager recent tijdens een weekendverlof is teruggebracht naar de zeer beperkt beveiligde inrichting, waar hij toentertijd verbleef, omdat hij een afscheidsbrief zou hebben geschreven, een verwarde indruk
maakte, te veel gedronken zou hebben en een slang in de uitlaat van een auto zou hebben gedaan om zich te vergassen. Klager verblijft pas sinds 21 februari 2011 op de EZV-afdeling van de p.i. Veenhuizen.
Gelet op het bovenstaande is de beroepscommissie van oordeel dat de Staatssecretaris tot de beslissing om klager geen onbegeleid incidenteel verlof te verlenen, heeft kunnen overgaan.
De beroepscommissie neemt hierbij in aanmerking dat de selectiefunctionaris navraag heeft gedaan, maar dat niet is gebleken dat daadwerkelijk de afspraak is gemaakt dat klager enkel onbegeleid een bezoek aan de psychiater in het Sinaï Centrum zou
kunnen
afleggen.
Voorts bestaat de mogelijkheid dat de psychiater klager bezoekt in de p.i. en daar privé met klager kan spreken. Derhalve kan de beslissing van de Staatssecretaris, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen niet als onredelijk of onbillijk
worden aangemerkt. Het beroep zal ongegrond worden verklaard.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. U. van de Pol, voorzitter, mr. M. Boone en mr. J.M.M. van Woensel, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.S. van Gemert, secretaris, op 2 mei 2011

secretaris voorzitter

Naar boven