Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 10/0780/TB, 27 augustus 2010, beroep
Uitspraakdatum:27-08-2010

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 10/780/TB

betreft: [klager] datum: 27 augustus 2010

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69 van de Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden (Bvt) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. J.A.W. Knoester, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een beslissing van 11 maart 2010 van de Minister van Justitie, verder te noemen de Minister,

alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

Ter zitting van de beroepscommissie van 24 juni 2010, gehouden in de penitentiaire inrichtingen Amsterdam-Overamstel, zijn gehoord mr. W. Mijnders, kantoorgenote van klagers raadsman mr. J.A.W. Knoester, en namens de Minister, [...], werkzaam bij de
Dienst Justitiële Inrichtingen van het ministerie van Justitie, en [...], assistent hoofd behandeling bij het Forensisch Psychiatrisch Centrum Veldzicht te Balkbrug, hierna de inrichting of Veldzicht.

Klager heeft afstand gedaan van het recht om ter zitting te verschijnen.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De Minister heeft klagers verzoeken tot overplaatsing van de longstayafdeling naar een reguliere behandelafdeling, subsidiair naar het PBC voor onderzoek of een resocialisatietraject gestart kan worden en meer subsidiair naar een longcareafdeling
afgewezen.

2. De feiten
Klager is bij onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak ter beschikking gesteld (tbs) met bevel tot verpleging van overheidswege. Op 16 februari 1988 is beslist om hem te plaatsen in Veldzicht. Op 17 juni 1993 is beslist om hem over te plaatsen
naar Hoeve Boschoord.
Na recidive tijdens onbegeleid verlof is klager op 5 oktober 1995 veroordeeld tot een gevangenisstraf van drie jaar, met aftrek, en is hij op 1 juli 1997 teruggeplaatst naar Veldzicht.
Sinds 1 april 1999 verblijft hij op de longstayafdeling van Veldzicht.
Klagers eerdere verzoeken van respectievelijk 28 augustus 2007, 17 september 2007 en 19 mei 2008 zijn bij brieven van 5 september 2007, van 22 oktober 2007 en 19 mei 2008 door de Staatssecretaris van Justitie afgewezen.
De beroepscommissie heeft bij uitspraken 07/2890/TB d.d. 20 maart 2008 en 08/1393/TB d.d. 21 oktober 2008 klagers beroepen gericht tegen de afwijzing van de verzoeken ongegrond verklaard.
Bij brief van 4 februari 2010 heeft klagers raadsman verzocht om hetgeen onder 1. is vermeld. Bij brief van 11 maart 2010 heeft de Minister geantwoord dat de verzoeken worden afgewezen.

3. De standpunten
Klager kan zich niet verenigen met de afwijzing van zijn overplaatsingsverzoek.
Hij verblijft inmiddels 22 jaar als tbs-gestelde in een tbs-inrichting, waarvan 13 jaar in Veldzicht. Sinds 1 april 1999 verblijft hij op de longstayafdeling van Veldzicht. Gezien de lange duur van zijn verblijf in Veldzicht kan de inrichting niet meer
objectief naar hem kijken, waardoor hem de mogelijkheid tot resocialisatie wordt ontnomen.
De motivering zoals die ten grondslag is gelegd aan de beslissing op het subsidiaire verzoek kan de beslissing niet dragen. De procedure van periodieke herbeoordeling van patiënten die langer dan drie jaar in een longstayvoorziening verblijven, vindt
in
de praktijk vooralsnog geen toepassing. Niet gezegd kan worden dat deze procedure voldoende waarborgen biedt. Ten aanzien van klager is nimmer een periodiek advies door de LAP uitgebracht. Evenmin is door onafhankelijke deskundigen getoetst in hoeverre
het verblijf van klager op een longstayafdeling noodzakelijk is dan wel of hij in aanmerking komt voor een behandelafdeling.
In het verzoek aan de Minister van 4 februari 2010 is gesteld dat periodiek een advies dient te worden uitgebracht door de LAP en verwezen naar het longstaybeleidskader van augustus 2005 en de uitspraak van het gerechtshof Arnhem van 5 maart 2007 LJN
AZ/9806 - de beroepscommissie leest hiervoor in de plaats: LJN AZ9802 - en naar de uitspraak van de beroepscommissie van 20 maart 2008 07/2890/TB.
Klager heeft het op zich wel naar zijn zin in het HAT-huisje. Het is een mooie voorziening, maar klager staat er ook ambivalent tegenover. Hij wil toch ook graag dat er nog eens wordt gekeken of er geen resocialisatiemogelijkheden zijn. De laatste
jaren
hebben er nog wel wat gesprekken met de psychiater plaatsgevonden, maar het klikte niet echt tussen klager en de psychiater.
Gepersisteerd wordt bij het beroep, ook al zal herbeoordeling plaatsvinden in januari/februari 2011. Het is van belang om op korte termijn nog eens te bezien of er behandelperspectieven zijn. Bij overplaatsing zal klager even ontregeld zijn, maar zich
snel herstellen.

[Minister] heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
In 2008 en in 2009 is vanuit de longstayvoorziening van Veldzicht bezien of klager voor behandeling in aanmerking kwam en daar wordt voortdurend naar gekeken.
De situatie is sinds de afwijzing van klagers voorlaatste verzoek van 19 mei 2008 niet wezenlijk veranderd. Uit het verlengingsadvies van 2 juli 2008 blijkt dat hij nog immer delictgevaarlijk is zonder dat er mogelijkheden zijn de prognose in gunstige
zin bij te stellen. De inrichting verwacht dat behandeldruk, waarbij klager voortdurend aangesproken zou worden op zijn beperkingen, een te grote belasting voor hem zou betekenen waarbij de kans groot is dat hij nog meer zou psychosomatiseren. Zelfs op
de longstayafdeling met een gestructureerde vertrouwde omgeving, waarin de sociotherapie een aangepaste benadering hanteert, blijkt de problematiek van klager fors en onveranderbaar te zijn. De beslissing tot afwijzing van klagers verzoeken wordt tegen
deze achtergrond gerechtvaardigd geacht.
Betwist wordt dat de objectiviteit van zijn behandelaars in geding zou zijn. Zodra zich nieuwe behandelmogelijkheden voordoen zal hierop actie worden ondernomen.
De periodieke herbeoordelingsprocedure zal na de zomer starten. Klager zal in verband met de wachtlijst in januari/februari 2011 aan de beurt zijn. Twee onafhankelijke deskundigen zullen rapport uitbrengen en daarna zal een advies van de LAP volgen.
Plaatsing in het PBC voor nader onderzoek zal niet sneller kunnen geschieden dan de herbeoordeling in januari/februari 2011. Vanuit de inrichting zijn geen signalen ontvangen die erop zouden duiden dat herbeoordeling eerder plaats zou moeten vinden.

Drs. [...] heeft verklaard dat er behandelpogingen in 2008 en 2009 hebben plaatsgevonden. Gesprekken met de psychiater in 2008 en met de psycholoog in 2009 zijn op niets uitgelopen. De insteek was te hoog. De gesprekken liepen niet en klager is enorm
boos geworden.
Vanaf de periode dat klager in het HAT-huisje is gaan wonen, is het beter gegaan. Hij ondervindt daar veel minder prikkels en komt beter tot zijn recht. Klager reageert angstig op veel prikkels. De duidelijkheid, structuur en het ontbreken van
behandeldruk doen klager goed. Er is sprake van een heel lage insteek zonder druk/moeten.
Op zich heeft klager het prima naar zijn zin in het HAT-huisje en vindt hij het werken in het magazijn leuk, maar tegen de tijd dat er een verlengingszitting aankomt, meldt hij dat hij behandeld wil worden.
In bijna tweewekelijkse gesprekken van een uur wordt geprobeerd om tot de kern te komen. Van belang zijn rust en structuur. Klager kan het verblijf in de longstayvoorziening niet accepteren, maar de deskundigen denken dat het plafond is bereikt.
Gekeken
zal worden naar verlofmogelijkheden.

4. De beoordeling
Uit vaste jurisprudentie van de beroepscommissie, onder meer de uitspraak 00/657/TB van 20 november 2000, en de uitspraak 07/2890/TB van 20 maart 2008 op een eerder door klager ingediend beroep volgt dat een afwijzing van het verzoek om overplaatsing
(ter observatie) van een ter beschikking gestelde een voor beroep vatbare beslissing betreft.

Namens de Minister is aangevoerd dat er in 2008 en 2009 nog behandelpogingen zijn ondernomen die geen resultaat hebben opgeleverd. Sinds 2008 verblijft klager in een zogenaamde HAT-eenheid op het terrein van Veldzicht, heeft hij een baan in het
magazijn
en gedijt hij daar goed.
Ter zitting is aangekondigd dat de herbeoordeling van klagers longstayplaatsing, die zal bestaan uit een onderzoek door twee onafhankelijke deskundigen en vervolgens een advies van LAP, staat gepland voor januari/februari 2011.
De beroepscommissie is van oordeel dat, gelet op het bovenstaande, niet kan worden geconcludeerd dat een voortgezet verblijf van klager in een woonunit van de longstayafdeling, waarbij zijn behandelmogelijkheden (nog) steeds worden onderzocht, niet
langer in de rede ligt. Daarbij komt dat in januari/februari 2011, zoals ter zitting is aangekondigd namens de Minister, een herbeoordeling van klagers longstayplaatsing door onafhankelijke deskundigen zal plaatsvinden.

De beslissing tot afwijzing van klagers verzoeken tot overplaatsing kan, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt.
Het beroep zal derhalve ongegrond worden verklaard.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. dr. E.J. Hofstee, voorzitter, drs. J.R. van Veldhuizen en mr. R.P.G.L.M. Verbunt, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.S. van Gemert, secretaris, op 27 augustus 2010

secretaris voorzitter

Naar boven