Onderwerp: Bezoek-historie

Ontheffingsbesluit Stichting HilverZorg – een onderdeel van Stichting Zorg Thuis
Ondertekeningsdatum:26-05-2023Publicatiedatum:26-07-2023

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Verzoek tot ontheffing van het concentratieverbod zonder voorafgaande goedkeuring

  1. Op 25 mei 2023 heeft de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) een aanvraag ontvangen in de zin van artikel 49d, eerste lid, Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), tot het verlenen van ontheffing van het verbod om een concentratie tot stand te brengen. In dit verzoek is medegedeeld dat Stichting HilverZorg voornemens is uitsluitende zeggenschap te verkrijgen over een onderdeel van Stichting Zorg Thuis in de zin van artikel 27, eerste lid, onder b, van de Mededingingswet. Gelet op het onderstaande concludeert de NZa dat er in de onderhavige zaak sprake is van een spoedeisend geval zoals bedoeld in artikel 49d, eerste lid, Wmg, waarbij zij het redelijk vermoeden heeft dat zij haar goedkeuring aan de concentratie niet zal onthouden. De NZa wijst het verzoek om ontheffing toe. Dit besluit wordt hieronder toegelicht.

Partijen

  1. Stichting HilverZorg (hierna: HilverZorg) verleent intramurale zorg, extramurale zorg, persoonlijke verzorging, verpleging, begeleiding, behandeling en verblijf aan ouderen in Hilversum.
  2. Stichting Zorg Thuis (hierna: Zorg Thuis) verleent persoonlijke verzorging, verpleging, begeleiding, behandeling en verblijf aan ouderen in Empe, Voorst, Driebergen-Rijsenburg en Zeist.

Het voornemen

  1. Het voornemen betreft de overname van de activa toebehorend aan de locaties in Driebergen-Rijsenburg en Zeist van Zorg Thuis door HilverZorg. Het voornemen is vastgelegd in een door partijen ondertekende koopovereenkomst van 25 mei 2023.

Toepasselijkheid van de zorgspecifieke concentratietoets

  1. Betrokken organisaties zijn HilverZorg en een onderdeel van Zorg Thuis.
  2. Betrokken organisaties kwalificeren als zorgaanbieder in de zin van artikel 1, eerste lid, aanhef en onderdeel c, onder 1 van de Wmg.
     
  3. Uit de bij de aanvraag ter beschikking gestelde gegevens over het aantal personen dat werkzaam is binnen de betrokken organisaties blijkt dat de voorgenomen concentratie binnen de werkingssfeer van het in artikelen 49a t/m 49d van de Wmg geregelde zorgspecifieke concentratietoezicht valt.
  4. Het voornemen leidt tot het tot stand brengen van een concentratie in de zin van artikel 27, eerste lid, onder b, Mededingingswet. De hierboven onder punt 4 omschreven transactie leidt er namelijk toe dat HilverZorg uitsluitende zeggenschap verkrijgt over een onderdeel van Zorg Thuis.

Beoordeling

  1. Artikel 49d, eerste lid, Wmg geeft de NZa de mogelijkheid om in spoedeisende gevallen op verzoek van degene die de aanvraag voor het verkrijgen van goedkeuring heeft gedaan, ontheffing te verlenen van het in artikel 49a, eerste lid, Wmg gestelde verbod, indien de NZa een redelijk vermoeden heeft dat zij haar goedkeuring aan de concentratie niet zal onthouden.
  2. Hieronder zal achtereenvolgens worden beoordeeld of sprake is van een spoedeisend geval en of de NZa een redelijk vermoeden heeft dat zij haar goedkeuring aan de concentratie niet zal onthouden.

A. Spoedeisendheid

  1. Op 24 mei 2023 is Zorg Thuis door de rechtbank failliet verklaard.[1] Na het faillissement zijn de arbeidsovereenkomsten van de medewerkers door de curator opgezegd. Partijen hebben gemotiveerd dat indien voor 30 mei 2023 de voorgenomen concentratie niet plaatsvindt, de continuïteit en kwaliteit van zorg in gevaar komt.
     
  2. Gezien het voorgaande acht de NZa het aannemelijk dat de continuïteit van de zorgverlening aan de cliënten van Zorg Thuis in gevaar komt. Tevens acht de NZa het aannemelijk dat de zorgverlening aan cliënten kan worden gecontinueerd indien de voorgenomen concentratie op korte termijn plaatsvindt. De NZa concludeert dan ook dat er sprake is van een spoedeisend geval in de zin van artikel 49d, eerste lid, Wmg.

B. Redelijk vermoeden van goedkeuring

  1. In het algemeen geeft de NZa haar goedkeuring voor een voorgenomen concentratie tussen partijen, mits voldaan wordt aan de volgende eisen:
  • Partijen hebben voldoende inzicht gegeven in de verwachte effecten van de beoogde concentratie;
  • Het oordeel en de aanbevelingen van cliënten, personeel en andere betrokkenen zijn overtuigend en beargumenteerd meegewogen in de besluitvorming tot concentratie;
  • De continuïteit van cruciale zorg als bedoeld in artikel 56a, eerste lid, Wmg komt door de voorgenomen concentratie niet in het geding.
     
  1. Voor de verlening van een ontheffing in de zin van artikel 49d, eerste lid, Wmg is het noodzakelijk dat de NZa een redelijk vermoeden heeft dat zij haar goedkeuring niet zal onthouden. De NZa acht dat ten aanzien van de onderhavige voorgenomen concentratie tussen partijen aannemelijk. De NZa acht het wel noodzakelijk voorschriften te verbinden aan de ontheffing. Daartoe is het volgende redengevend:

De verwachte effecten van de beoogde concentratie

  1. De bij de aanvraag ter beschikking gestelde effectrapportage biedt nog onvoldoende inzicht in de verwachte effecten van de beoogde concentratie voor de (organisatie) van de zorgverlening, de gevolgen voor de ondersteunende afdelingen en processen alsmede eventuele (financiële) risico’s die samenhangen met de concentratie. De effectrapportage biedt tevens onvoldoende inzicht in de financiële prognoses op de middellange termijn van HilverZorg. In het kader van de in randnummer
    13 en 14 genoemde beoordelingsstandaard en gelet op artikel 49b, tweede lid, Wmg, acht de NZa de overgelegde effectrapportage in beginsel ontoereikend. Als zodanig ziet de NZa aanleiding om aan onderhavig besluit de in randnummer 22 gestelde voorschriften te verbinden dat partijen de effectrapportage nader aanvullen.

Betrokkenheid belanghebbenden

  1. Het onderdeel van Zorg Thuis doet door minder dan 50 personen zorg verlenen in de zin van de Wmg en valt daarom niet onder de reikwijdte van artikel 49a Wmg. Om die reden is de betrokkenheid van cliënten en personeel van het onderdeel van Zorg Thuis door de NZa niet beoordeeld.
  2. De cliëntenraad van HilverZorg is geïnformeerd over de voorgenomen concentratie, maar heeft nog geen formeel advies uitgebracht over de voorgenomen concentratie.
  3. De ondernemingsraad van HilverZorg is geïnformeerd over de voorgenomen concentratie, maar heeft nog geen formeel advies uitgebracht over de voorgenomen concentratie.

Andere stakeholders

  1. Partijen hebben aangegeven dat zij andere betrokkenen, waaronder de zorgkantoren, hebben geïnformeerd over de voorgenomen concentratie.

Continuïteit cruciale zorg

  1. Door betrokken organisaties wordt geen cruciale zorg aangeboden in de zin van artikel 49c, tweede lid, onder c, Wmg.

C. Voorschriften

  1. Gezien de spoedeisendheid van de besluitvorming omtrent het ontheffingsverzoek heeft de NZa geen diepgaand onderzoek kunnen doen naar de voorgenomen concentratie.
  2. Gezien het beschrevene in randnummers 15, 17 en 18 acht de NZa het wenselijk voorschriften te verbinden aan de ontheffing. In onderhavige aanvraag wordt derhalve de volgende voorschriften verbonden aan de goedkeuring van de voorgenomen concentratie:
  • De effectrapportage dient nader aangevuld te worden door het aanleveren van de meest recente jaarrekeningen van de betrokken ondernemingen.
  • De effectrapportage dient nader aangevuld te worden door inzicht te geven in de verwachte effecten van de beoogde concentratie ten aanzien van de (eventuele) verandering in de organisatie van de zorgverlening en in het aanbod van zorg alsmede welke gevolgen dit heeft voor de zorgverlening aan de cliënt.
  • De effectrapportage dient nader aangevuld te worden door inzicht te geven welke andere wijzigingen worden voorzien en welke gevolgen deze wijzigingen hebben voor de cliënt.
  • De effectrapportage dient nader aangevuld te worden door inzicht te geven in een beschrijving van de (bedrijfs-)cultuurverschillen die er bestaan tussen de betrokken organisaties alsmede om een plan van aanpak te overleggen indien cultuurverschillen zich voordoen.
  • De effectrapportage dient nader aangevuld te worden door inzicht te geven in de belangrijkste risico’s die zich tijdens en na het integratie-/veranderproces kunnen voordoen. Daarbij dient per risico te worden aangewezen op welke wijze deze risico’s zullen worden ondervangen.
  • De effectrapportage dient nader aangevuld te worden door inzicht te geven in de veranderingen die gaan plaatsvinden in de ondersteunende afdelingen en processen na de voorgenomen concentratie. Daarbij dienen de belangrijkste keuzes die nog moeten worden gemaakt in het kader van het integratie-/veranderproces te worden beschreven alsmede het afwegingskader, de per kwartaal te zetten stappen en de belangrijkste risico’s.
  • De effectrapportage dient nader aangevuld te worden door het aanleveren van de financiële meerjarenprognoses bestaande uit een winst- en verliesrekening en een balans voor de komende vijf jaren.
  • De wijze waarop de cliëntenraad, ondernemingsraad en andere stakeholders, waaronder in ieder geval zorgkantoren en zorgverzekeraars, zijn betrokken bij het concentratievoornemen en de processen die met de cliëntenraad, ondernemingsraad en andere stakeholders zijn doorlopen dienen te worden beschreven en documentatie hiervan dient te worden overgelegd. Dit kan door het overleggen van adviesaanvragen, de adviezen, reacties op de adviezen en/of andere relevante documentatie hierover. HilverZorg zal alle adviezen en/of reacties vanuit de cliëntenraad en ondernemingsraad aan de NZa doen toekomen en aangeven op welke wijze de reacties zullen worden meegenomen in de verdere besluitvorming met betrekking tot, en de implementatie van, de concentratie.

Conclusie

  1. Gelet op het bovenstaande concludeert de NZa dat er in de onderhavige zaak sprake is van een spoedeisend geval zoals bedoeld in artikel 49d, eerste lid, Wmg, waarbij zij het redelijk vermoeden heeft dat zij haar goedkeuring aan de concentratie niet zal onthouden. Het verzoek om ontheffing zal derhalve worden toegewezen.

 

Datum: 26 mei 2023

Nederlandse Zorgautoriteit,

dhr. drs. T.V.A.A. Wiegant
unitmanager Detectie, Casuïstiek en Markttoezicht
directie Toezicht

 

 

 

Indien u het niet eens bent met dit besluit dan kunt u binnen zes weken na verzending/bekendmaking van dit besluit een bezwaarschrift indienen bij de Nederlandse Zorgautoriteit. U kunt uw bezwaar indienen: via de website (www.nza.nl/bezwaar) of per post. Het is niet mogelijk uw bezwaar via de e-mail in te dienen.

Adres:

Nederlandse Zorgautoriteit

t.a.v. unit Juridische Zaken

Postbus 3017

3502 GA UTRECHT

(In de linkerbovenhoek van de envelop vermeldt u: Bezwaarschrift)

Het bezwaar dient volgens artikel 6:5, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht schriftelijk en ondertekend te worden ingediend en dient ten minste de volgende gegevens te bevatten:

  • naam en adres van de indiener;
  • de dagtekening;
  • een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar zich richt;
  • de gronden (onderbouwing) van het bezwaar.

 

Wij verzoeken u een kopie van dit besluit bij te voegen.

 

 


[1] Het faillissementsverslag en andere gegevens van Zorg Thuis zijn onder de insolventienummer F.16/23/184, kenmerk 16.mne.23.184.F.1300.1.23, te raadplegen via insolventies.rechtspraak.nl.

Naar boven