Onderwerp: Bezoek-historie

Monitor zintuiglijk gehandicaptenzorg 2021

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Monitor Zintuiglijk gehandicaptenzorg 2021 – Effecten nieuwe bekostiging

Online magazine

Samenvatting

Per 1 januari 2020 is een nieuwe bekostiging ingevoerd voor zorg aan mensen met een zintuiglijke beperking (zg-zorg). Het gaat om mensen met een visuele of auditieve beperking of een beperking als gevolg van een taalontwikkelingsstoornis (hierna te noemen TOS). De nieuwe bekostiging sluit beter aan op de zorglevering. Zorgverzekeraars en zorgaanbieders kunnen hiermee de zorg aan deze cliënten beter vergelijken en beter sturen op passende zorg.

De monitor is opgesteld om inzicht te krijgen in de contractering, de effecten van de nieuwe bekostiging en de oorzaken van de gestegen zorg(kosten) voor zintuiglijk gehandicapten.

Impact COVID-19 pandemie

Het jaar 2020 is gedomineerd door de COVID-19 pandemie. Ook de impact op de zg-zorg was groot; de realisatie van de zg-zorg in 2020 valt lager uit dan de productieafspraak 2020.

De pandemie heeft er ook voor gezorgd dat de zorglevering is beperkt, terwijl de zorgvraag niet is afgenomen. Dit zorgt er daarnaast ook voor dat de wachttijden en wachtlijsten zijn toegenomen. Dit betekent dat er inhaalzorg zal plaatsvinden. Gedurende lange tijd was er sprake van een beperking in de toegang tot de medisch-specialistische zorg. Dit heeft grote invloed op de doorverwijzingen naar zowel de visuele zorg als de auditief/communicatieve zorg.

Een positieve ontwikkeling is dat er mooie stappen zijn gezet op het gebied van digitalisering en e-health. Dit blijkt zeer behulpzaam te zijn als aanvulling op de reguliere zorg.

Al met al zorgt de COVID-10 pandemie ervoor dat 2020 moeilijk te vergelijken is met eerdere jaren en dat de effecten van de nieuwe bekostiging lastig meetbaar zijn. Er zijn gegevens nodig over meerdere jaren om de effecten goed in beeld te kunnen brengen. De NZa gaat samen met brancheorganisaties een plan van aanpak uitwerken voor de analyse over meerdere jaren.

Contractering zg-zorg 2021

De zorgaanbieders zijn in 2021 gemiddeld op alle onderdelen meer tevreden over het contrateringsproces dan vorig jaar. Zorgverzekeraars scoren, op één onderdeel na, ook overal hoger dan vorig jaar. Ook aandacht die er tijdens het contracteringsproces was voor de kwaliteit van de zg-zorg en het effect van zg-zorg voor cliënten scoorde een lichte vooruitgang ten opzichte van voorgaand jaar. Tegelijkertijd gaat de contractering volgens zorgaanbieders nog voornamelijk over volumes en tarieven. Er is bij beide partijen wel de intentie om meer aandacht aan kwaliteit te schenken. De zorgaanbieders scoren het totale contracteerproces met een 7. Bij de zorgverzekeraars is dit een 7,5. Een mooi resultaat.

We hebben zorgaanbieders en zorgverzekeraars gevraagd naar de risico's in de sector en toekomst van de zg-zorg. De risico's die zorgaanbieders noemden zijn onder te verdelen in vier categorieën; Arbeidsmarktkrapte, wachttijden, afspraken met zorgverzekeraars (over o.a. tarieven en volumes) en overige risico's. Ook de verzekeraars noemen de arbeidsmarktkrapte als een punt van zorg. Dit kan druk geven op de toegankelijkheid van zg-zorg. Risico's die zorgverzekeraars in de toekomst zien, zijn een verdere stijging van de doelgroep TOS en de algeheel stijgende kosten van de zg-zorg.

Aanbevelingen QuickScan 2020

Bijna alle zorgaanbieders en zorgverzekeraars zeggen dat ze een groot deel van de aanbevelingen uit de QuickScan 2020 hebben opgepakt. Het feit dat de uitkomsten van de enquêtes met betrekking tot de contractering voor 2021 verbeterd zijn, lijkt hiermee sterk samen te hangen. De coronapandemie heeft ervoor gezorgd dat sommige aanbevelingen (nog) niet zijn opgepakt.

Wachttijden en wachtlijsten

Een groot aantal zorgaanbieders heeft geen wachttijden. Bij de zorgaanbieders die wel wachttijden hebben, komt het volgende beeld naar voren:

  • Voor de visuele sector is de gemiddelde aanmeldwachttijd1 ongeveer 1,5 tot 2 maanden en de behandelwachttijd2 1 maand.

  • Voor de sector auditief/communicatief is de gemiddelde aanmeldwachttijd / behandelwachttijd 1 tot 1,5 maand.

Brancheorganisaties hebben (in afstemming met ZN en NZa) trajecten opgestart om afspraken te maken over definiëring en toepassing van treeknormen op wachttijden binnen de zg-zorg. De verwachting is dat de normen, wachttijden en wachtlijsten eind 2021 worden gepubliceerd. Dan zal ook duidelijk worden in welke mate de huidige wachttijden voldoen aan de normen.

Kosten zg-zorg 2015-2019

De kosten van zg-zorg van zowel auditief/communicatief als visueel zijn in de jaren 2015 tot en met 2019 gestegen. De stijging van auditief/communicatief zit voornamelijk in de stijging van TOS cliënten. Bij TOS is veel ingezet op (vroeg)signalering bij o.m. verwijzers, consultatiebureaus, kinderopvang etc. Dit leidde tot een (flinke) stijging van het aantal cliënten. De verwachting is dat door eerdere diagnose en behandeling op latere leeftijd minder zorgkosten worden gemaakt. Vroegsignalering zorgt voor een kortere duur van TOS trajecten en het doelmatiger behandelen van TOS cliënten. De cijfers 2015 – 2019 laten vanaf 2017 een significante daling van het gemiddeld aantal uren TOS per cliënt zien. De stijging van visueel komt door toename van de cliënten in 2019. Een reden hiervoor was het tekort aan oogartsen in de ziekenhuizen. Halverwege 2018 is er een inhaalslag gemaakt met de doorverwijzingen. Dit effect is in 2019 terug te zien in toename van het aantal cliënten.

Kosten zg-zorg 2020

De totale uitgaven aan de zg-zorg stijgen in 2020. Dit is het gevolg van meerdere ontwikkelingen in de sector. Het aantal cliënten auditief/communicatief neemt verder toe in 2020. De groei in 2020 nam echter wel af ten opzichte van 2019. De behandelduur van auditief/communicatief nam toe door de coronapandemie en zorgde voor hogere kosten per cliënt. De nieuwe trajectbekostiging zorgde tevens voor een verlengd schadelastjaar doordat prestaties die in januari 2021 werden afgerond nog toegerekend zijn aan 2020. De cliënten visueel namen in 2020 af evenals de gemiddelde kosten per cliënt. Door de coronapandemie konden minder cliënten geholpen worden en zijn er minder uren per cliënt geleverd. De niet geleverde zorg, als gevolg van de coronapandemie, wordt gecompenseerd door de COVID-19 regelingen.

In de productieafspraak en realisatie van 2020 is niet de verschuiving van auditief/communicatief naar visueel zichtbaar die werd verwacht als gevolg van de nieuwe bekostiging. Deze verschuiving is niet zichtbaar omdat de ontwikkeling van de kosten zg-zorg en de coronapandemie, naast de nieuwe bekostiging, óók invloed hebben gehad op de verhouding tussen auditief/communicatief en visueel. De stijging van het aantal cliënten auditief/communicatief, de stijging gemiddelde kosten auditief/communicatief, de gevolgen van de cornopandemie voor met name visueel en de compensatieregeling COVID-19 hebben het aandeel auditief/communicatief in de zg-zorg vergroot en het aandeel visueel in de zg-zorg verkleind.

Invloed en doelen nieuwe bekostigingsstructuur

Zorgaanbieders en zorgverzekeraars geven aan dat er meerdere jaren met de nieuwe bekostiging gewerkt moet worden om onderbouwde uitspraken te kunnen doen over bijvoorbeeld doorlooptijden, kosten per zorgtraject en veranderingen in de ingekochte en geleverde zorg. Daar staat tegenover dat ze verwachten dat de nieuwe bekostigingsstructuur meer transparantie biedt. Zorgverzekeraars verwachten meer mogelijkheden om zorgkosten gedifferentieerd te vergelijken tussen zorgaanbieders en daarover het inkoopgesprek aan te gaan. Zorgverzekeraars en zorgaanbieders geven aan dat de nieuwe bekostiging beter aansluit bij de zorgvraag en minder gericht is op productie door prestaties op basis van trajectbekostiging en directe declarabele tijd.

Aanbevelingen
Borgen verbeteringen contracteringsproces

De contractering en het contracteringsproces laten gemiddeld een verbeterd beeld zien. Op bijna alle onderdelen scoren zorgaanbieders en zorgverzekeraars beter, onder andere doordat aanbevelingen uit onze QuickScan zijn opgepakt. Het is belangrijk dat deze lijn vastgehouden en doorgezet wordt. We adviseren deze verbeterslagen te borgen (bijv. als het gaat om de snelheid en tijdigheid van het proces en de beschikbaarheid van contactpersonen). Daarbij adviseren we om te kijken naar mogelijkheden om de administratieve lasten te verkleinen en mogelijkheden tot het maken van lange termijn-afspraken (meer dan één jaar), meer uniformiteit te bewerkstelligen als het gaat om (berekeningen van) omzetplafonds. Ook adviseren we om de kwaliteit van de dienstverlening en het effect voor cliënten een grotere rol te geven in het inkoopproces.

Impuls digitalisering/e-health

De samenloop van een nieuwe bekostiging, stijgende zorgvraag en de impact van de coronapandemie maakt vergelijken lastig en geeft verschillende uitdagingen (zoals de ontstane inhaalzorg). Tegelijk bieden deze ontwikkelingen ook kansen en is nu het moment om daarop door te pakken. De zintuiglijk gehandicaptenzorg is een zorgvorm waarin digitalisering en e-health heel behulpzaam kunnen zijn.

We adviseren om sectorbreed een impuls te geven aan deze ontwikkelingen. We adviseren zorgaanbieders en zorgverzekeraars goede voorbeelden te delen (bijv. onder regie van koepels) en sturing op digitale zorg door middel van (resultaatafspraken in de) contractering.

Kostenbeheersing

Volgens onze analyses zijn cliënten met een taalontwikkelingsstoornis in de afgelopen jaren qua omvang gestegen door vroegsignalering. Eerder ingrijpen is zinvol omdat het kwalitatief beter én doelmatiger kan zijn. Tegelijk verwachten we dan een tijdelijke toename van cliënten in behandeling en moeten de voordelen (in termen van lagere aantallen cliënten, lagere kosten) snel zichtbaar worden. We adviseren zorgverzekeraars en zorgaanbieders hier nadrukkelijk afspraken over te maken, de ontwikkelingen binnen de sector te monitoren en waar nodig bij te sturen.

Sturing op passende zorg

Door de toenemende vergrijzing en daarmee samenhangende verwachte stijging van (cliënten met) visuele problemen, samen met de arbeidsmarktkrapte is de vraag naar sturing op passende zorg van groot belang. De hierboven genoemde lange termijn-afspraken alsook de sturing op digitale mogelijkheden zijn daarin behulpzaam, maar ook de instrumenten die de nieuwe bekostiging biedt. De nieuwe prestaties stellen beter in staat om te vergelijken en resultaatafspraken te maken. We begrijpen dat dit in de eerste jaren moeilijk is vanwege bijvoorbeeld overgangseffecten, maar roepen op deze doelen niet uit het oog te verliezen en stapsgewijs uit te bouwen. Waar nodig ondersteunen wij dit met analyses en/of aanpassingen aan de regelgeving.

Inleiding
Waarom deze monitor?

Per 2020 is de nieuwe bekostiging voor de zintuigelijke gehandicaptenzorg (zg-zorg) in werking getreden (zie Beleidsregel zintuiglijk gehandicaptenzorg - BR/REG-20127).

Zorgaanbieders en zorgverzekeraars hebben in 2020 voor het eerst deze zg-zorg in de nieuwe bekostigingsstructuur gecontracteerd. Ervaringen over (onder andere) deze contractering staan in de in 2020 opgestelde QuickScan 'Zintuiglijk gehandicaptenzorg 2020, ervaringen nieuwe bekostiging' (zie: https://magazines.nza.nl/nza-specials/2020/03/zintuiglijk-gehandicaptenzorg-2020).

In de QuickScan zijn de productieafspraken voor 2020 geïnventariseerd. Deze blijken het budgettair kader zorg voor de zg-zorg te overschrijden. Om inzicht te krijgen in de effecten van de nieuwe bekostiging en in de oorzaken van de gestegen zorg(kosten) voor zintuiglijk gehandicapten, is deze monitor opgesteld. We gaan in op de ontwikkeling van de productie zg-zorg over de jaren 2015 tot en met 2020 en de effecten van de nieuwe bekostiging. Ook brengen we het contracteringsproces van 2021, de productieafspraken voor 2021 en de wachttijden voor zg-zorg in kaart. Daarnaast geven we aan wat de effecten zijn van de coronapandemie. Tot slot hebben we geïnventariseerd in welke mate de aanbevelingen van de Quickscan 2020 zijn opgevolgd.

Achtergrond

In 2015 is de zg-zorg overgegaan van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) naar de Zorgverzekeringswet (Zvw). Het betreft hier de zorg aan mensen met een visuele of auditieve beperking of een communicatieve beperking als gevolg van een taalontwikkelingsstoornis (TOS). Bij de overheveling naar de Zvw is besloten in eerste instantie de bekostiging vanuit de AWBZ over te nemen. Deze bekostiging bestond uit drie prestaties: visueel, auditief en TOS. Daar bovenop een bekostiging van reiskosten per cliëntcontact (reistoeslag) en een prestatie voor verblijf (bekostiging van hotelmatige kosten). Deze manier van bekostigen kent nadelen. Zo is er weinig inzicht in welke zorg geleverd wordt aan welk type cliënt. Op basis van declaratiedata kan hierdoor de geleverde zg-zorg moeilijk worden vergeleken tussen zorgaanbieders. Dit belemmert goede inkoop van zorg en controle op de declaraties door zorgverzekeraars.

De nieuwe bekostiging per 2020 gaat uit van zorgprogramma's en kwaliteitskaders die ontwikkeld zijn om meer uniformiteit en transparantie te krijgen in de zg-zorg. Een zorgprogramma is een systematische aanpak van de diagnostiek en behandeling voor een specifieke groep cliënten. Zorgaanbieders hebben vanuit de inhoud zorgprogramma's opgesteld, waarmee ook de afbakening van zg-zorg ten opzichte van andere vormen van zorg binnen de Zvw (zoals logopedie, audiologie en oogheelkunde) verder verduidelijkt werd. Dit resulteerde in een nieuwe prestatiestructuur zg-zorg3 die inzicht geeft en rekening houdt met cliëntgroepen, zorgtrajecten en zorgvraag. De nieuwe prestatiestructuur zg-zorg bestaat voor visuele zorg uit veertien prestaties, waaronder twee verblijfsprestaties en één reistoeslag en voor auditieve/communicatieve zorg uit negen prestaties, waaronder één reistoeslag.

De zorgaanbieders zg-zorg zijn actief in verschillende domeinen: de Zvw, de Wet langdurige zorg (Wlz) en de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). Het is een relatief kleine sector die bestaat uit dertien gecontracteerde zorgaanbieders: drie zorgaanbieders voor visuele zorg en tien zorgaanbieders voor auditieve/communicatieve zorg. De zg-zorg markt kenmerkt zich door enkele zeer grote zorgaanbieders. Dat zijn er twee voor visuele zorg en één voor auditieve/communicatieve zorg.

Deze monitor focust zich op de zg-zorg in het Zvw domein. Het beschikbare bedrag in de Zvw voor zg-zorg in 2021 bedraagt 182,8 miljoen euro.

1 Contractering zg-zorg 2021

1.1 Methode

Er is een digitale vragenlijst verstuurd aan zorgaanbieders die zorg leveren aan mensen met een visuele of auditieve beperking. Van de dertien zorgaanbieders waarmee volgens de zorgverzekeraars afspraken zijn gemaakt, hebben twaalf zorgaanbieders de enquête ingevuld: drie zorgaanbieders van visuele zorg en negen zorgaanbieders van auditieve zorg/communicatief.

Daarnaast is aan de zorgverzekeraars een digitale enquête gestuurd. Van de acht zorgverzekeraars waarmee volgens de zorgaanbieders afspraken zijn gemaakt, hebben zeven zorgverzekeraars de enquête ingevuld.

Uit de enquêtes bleek dat drie zorgverzekeraars die verenigd waren in een inkoopcombinatie, vanaf 1 januari 2021 zelfstandig zorg zijn gaan inkopen. In de tabellen van de enquête stond nog de inkoopcombinatie genoemd. Een aantal zorgaanbieders heeft de drie zorgverzekeraars als inkoopcombinatie gescoord terwijl andere zorgaanbieders de zorgverzekeraars handmatig hebben gesplitst en apart hebben beoordeeld. Dit heeft ons doen besluiten om voor deze monitor de drie zorgverzekeraars gezamenlijk mee te nemen. Wanneer een aanbieder de zorgverzekeraars handmatig heeft gesplitst, hebben we het gemiddelde van de drie cijfers meegenomen in de analyses.

De sector bestaat uit enkele grote en kleine zorgaanbieders. Bij het presenteren van de gegevens is geen direct verband gemaakt met de grootte van de zorgaanbieder. Uitgangspunt voor deze monitor is dat gegevens niet herleidbaar zijn naar individuele zorgaanbieders en zorgverzekeraars.

1.2 Gecontracteerde zorgaanbieders

Uit de enquêtes blijkt dat bijna alle zorgaanbieders en zorgverzekeraars contracten afsloten of voornemens zijn dit te doen. Eén zorgverzekeraar heeft met één zorgaanbieder geen contract gesloten. De reden hiervoor is dat men niet tot overeenstemming is gekomen over tarief en plafond. Eén zorgverzekeraar heeft met enkele zorgaanbieders de contractering voor 2021 nog niet volledig afgerond.

De zorgverzekeraars geven aan dat er geen niet-gecontracteerde zorgaanbieders zijn die zg-zorg declareren.

1.3 Inhoud en omvang gecontracteerde zorg

Productieafspraak 2021

Uit de opgave van de zorgaanbieders blijkt dat de productieafspraak voor 2021 € 195,4 miljoen is. Dit is 12,6 miljoen hoger dan het budgettair kader zorg voor zg-zorg. Voor 2020 bleek dat de productieafspraak 11,7 miljoen hoger lag dan het budgettair kader zorg voor zg-zorg. De productieafspraak 2020 en 2021 voor visueel is exclusief Msz4 (aandoeningendiagnostiek).

Productieafspraak zg 2021 (x 1 miljoen)

Zg-zorg

Afspraak 2021

Visueel

65,0

Auditief/TOS

130,4

Totaal

195,4

Budgettair kader zorg 2021

182,8

Drie zorgverzekeraars maken met alle zorgaanbieders afspraken over zowel het tarief, het volume als over omzetplafonds. De overige zorgverzekeraars maken met alle zorgaanbieders afspraken over het tarief. Met enkele zorgaanbieders maken ze ook afspraken over omzetplafonds. Uit de enquêtes blijkt dat alle zorgaanbieders met minimaal één zorgverzekeraar omzetplafonds hebben afgesproken.

De omzetplafonds zijn in de meeste gevallen gebaseerd op de afspraken/het omzetplafond 2020 plus de NZa-index. Voor de berekening van de omzetplafonds gebruiken de zorgverzekeraars allemaal een andere systematiek. Drie zorgverzekeraars hanteren voor alle zorgaanbieders dezelfde berekening. De andere drie zorgverzekeraars gebruiken verschillende methodieken voor verschillende zorgaanbieders. Een aantal zaken die bij de berekening van de omzetplafonds worden meegenomen zijn:

  • omzetplafond 2020 plus een index;

  • gerealiseerde productie of afspraak 2020 plus een index en/of een percentage voor volumegroei;

  • geschatte omzet 2021;

  • afgesproken volume x afgesproken tarief per prestatie.

Zorgverzekeraars hebben ook aanvullende afspraken met zorgaanbieders gemaakt. Enkele gemaakte aanvullende afspraken zijn:

  • monitoring;

  • een tweede plafond als het eerste plafond wordt overschreden door nieuwe unieke cliënten;

  • kwartaalaanlevering realisatiecijfers;

  • maximale kosten per verzekerde per jaar;

  • gemiddelde prijs per cliënt t.o.v. vorig schadelastjaar.

1.4 Type contracten

Elke zorgverzekeraar hanteert voor alle zorgaanbieders waar zij een contract mee afsluiten dezelfde contractduur. Vijf zorgverzekeraars hebben contracten afgesloten voor de duur van één jaar. Twee zorgverzekeraars hebben tweejarige contracten afgesloten, één verzekeraar voor 2020/2021 en één verzekeraar voor 2021/2022.

Twee zorgverzekeraars doen een standaard afslag op het tarief. Eén zorgverzekeraar spreekt max-max tarieven af met enkele zorgaanbieders. Bij de overige zorgaanbieders hanteert deze zorgverzekeraar enkel voor de vergoeding gederfd rendement eigen vermogen (vgrev) een standaard afslag. Drie zorgverzekeraars hebben niet aangegeven welke methode ze hanteren.

Drie zorgaanbieders geven aan dat het mogelijk is om een max-max tarief af te spreken met zorgverzekeraars, maar dat ze hier geen afspraken over hebben gemaakt. De verzekeraar beoordeelt of een zorgaanbieder in aanmerking komt voor een max-max tarief aan de hand van verschillende financiële ratio's. Daarnaast wordt per zorgaanbieder gekeken naar specifieke zaken, bijvoorbeeld naar doelgroep (doven) of de specifieke behandelingen (GGz) die cliënten nodig hebben waardoor van de max tarieven NZa exclusief VGREv kan worden afgeweken.

Alle zorgverzekeraars monitoren gedurende het jaar de volumes en omzetplafonds. Enkele zorgverzekeraars monitoren ook andere zaken, zoals: kosten per verzekerde, ontwikkeling TOS, samenloop Wlz/Wmo, specifieke behandeling kinderen.

Twee zorgverzekeraars hanteren uitkomstafspraken. De inhoud hiervan verschilt. Genoemd worden onder andere de maximumvergoeding per verzekerde per jaar, de gemiddelde kosten per verzekerde 2021 mogen die van 2019 en 2020 niet overstijgen, de afspraken met betrekking tot het budgettair kader zorg, de monitoring van zorgkosten per cliënt per zorgprogramma en de mate waarin de tarieven kostendekkend zijn.

In de eisen die zorgverzekeraars in de contractering stellen, spelen toegankelijkheid en continuïteit van de zorg een belangrijke rol. Enkele andere eisen die worden genoemd: bestaande zorgaanbieder, voldaan aan de contractvoorwaarden 2020, hebben van een toelating WtZi en klachtenregeling.

1.5 Ervaringen contracteringsproces

Zorgverzekeraars en zorgaanbieders hebben in de enquête hun ervaringen met het contracteringsproces gescoord. We hebben hiervoor verschillende onderwerpen uitgevraagd. In de Figuur 1 zijn de scores te zien, naast de scores uit de QuickScan 2020.

Om duidelijkheid te geven of de gemiddelde scores representatief zijn, lichten we hieronder per onderdeel de scores en ervaringen toe van zowel de zorgaanbieders als de zorgverzekeraars. Aan de hand van de variatie in de antwoorden en de informatie uit de toelichtingenvelden blijkt of het gemiddelde cijfer ook aansluit bij de ervaringen.

Figuur 1: tevredenheid op de uitgevraagde onderdelen

Tijdverloop van het contracteringsproces (voldoende tijd)

De zorgaanbieders geven voor het tijdspad van de contractering gemiddeld een ruim voldoende. Een aantal zorgverzekeraars scoort bij alle zorgaanbieders een voldoende. Er zijn echter door zorgaanbieders ook onvoldoendes uitgedeeld aan een aantal verzekeraars, waardoor het gemiddelde cijfer net onder de 7 uitkomt. Dit komt dan met name door de lange reactietermijnen van de zorgverzekeraars.

Ten opzichte van voorgaand jaar laten de scores van de zorgverzekeraars een grote verbetering zien. De zorgverzekeraars zijn over het algemeen positief tot zeer positief over het tijdverloop van het contracteringsproces, maar reageren wel wisselend op dit punt. In enkele gevallen duurde het tijdspad van het contracteringsproces te lang en kregen zorgaanbieders een onvoldoende. Onder andere de nieuwe bekostigingssystematiek en COVID-19 worden als oorzaak hiervan genoemd.

Bereikbaarheid van zorgverzekeraars/zorgaanbieders tijdens het contracteringsproces

De bereikbaarheid van de zorgverzekeraars wordt door de zorgaanbieders als ruim voldoende beoordeeld. Slechts één zorgverzekeraar scoort gemiddeld een onvoldoende. De reden hiervoor is dat er gedurende lange tijd geen contact mogelijk was met de zorginkoper. Ook voor andere zorgverzekeraars zijn er wat kritiekpunten wat betreft bereikbaarheid en snelheid van reageren op e-mails. Zij scoren wel allen gemiddeld voldoende tot goed.

Zorgverzekeraars zijn over het algemeen positief over de bereikbaarheid van de zorgaanbieders. De scores van de zorgverzekeraars lopen uiteen van voldoende tot zeer goed. Een enkele zorgaanbieder krijgt een lage score omdat er laat werd gereageerd.

De communicatiekanalen die zijn gebruikt zijn voornamelijk e-mail en telefoon. Nieuw is dat zorgaanbieders en zorgverzekeraars aangeven ook gebruik te maken van Teams, een online vergaderplatform.

Responstijd van zorgaanbieders / zorgverzekeraars tijdens het contracteringsproces

Over het algemeen beoordelen de zorgaanbieders de responstijd van de zorgverzekeraars als ruim voldoende, maar de ervaringen wisselen erg per zorgverzekeraar. Slechts één zorgverzekeraar scoort een onvoldoende. De reden hiervoor is een slecht bereikbare inkoper en lange reactietermijnen. Verder zijn de zorgaanbieders overwegend positief.

Zorgverzekeraars zijn over het algemeen positief over de reactietijd van zorgaanbieders. De scores lopen wel uiteen van onvoldoende tot uitmuntend. Soms moesten zorgaanbieders een aantal keer benaderd worden om reactie te krijgen.

Informatievoorziening

De informatievoorziening vanuit zorgverzekeraars wordt met een ruim voldoende beoordeeld door de zorgaanbieders. De scores verschillen enorm tussen de zorgverzekeraars: van een 1 tot een 10. Bij de onvoldoendes wordt aangegeven dat de informatievoorziening vooral vanuit de zorgaanbieder moet komen. Bij de voldoendes wordt aangegeven dat de zorgverzekeraars goed op de hoogte zijn van de ontwikkelingen.

Zorgverzekeraars zijn gemiddeld genomen tevreden over de informatievoorziening van zorgaanbieders. Enkele zorgverzekeraars zijn heel positief, een aantal andere zorgverzekeraars geven een voldoende score. Er zijn ook enkele onvoldoendes gegeven. De aanlevering van productie en kosten en de impact van de COVID-19-regelgeving op de declaraties waren voor sommige zorgaanbieders lastig. In een enkel geval werd informatie niet of niet volledig aangeleverd.

Onderhandelingen over het contract (dus de mogelijkheid om in gesprek te gaan met de zorgverzekeraars over het contract)

Gemiddeld genomen wordt de ruimte om te onderhandelen met een ruim voldoende beoordeeld. Zorgaanbieders geven aan dat er goed onderhandeld kon worden, maar dat niet alle onderhandelingen even gemakkelijk waren.

De zorgverzekeraars beoordelen de onderhandelingen gemiddeld genomen met een voldoende. De scores lopen uiteen van voldoende tot zeer goed. Twee zorgaanbieders kregen van een enkele zorgverzekeraar een onvoldoende, daardoor is dit als enige onderdeel uit de enquête iets lager dan vorig jaar (van een 7,4 naar een 7,2).

Beperking administratieve lasten tijdens contracteringsproces

Gemiddeld genomen wordt de beperking van de administratieve lasten met een ruim voldoende beoordeeld, gemiddeld een 7.4. Vorig jaar was dit nog een 5,5, een enorme stijging dus. De voornaamste reden hiervan is dat de administratieve lasten vorig jaar heel hoog waren door de nieuwe bekostiging en daardoor de totaal nieuwe contracten. Ook geven de zorgaanbieders die 2-jarige contracten hebben afgesloten een hoog cijfer.

De zorgverzekeraars beoordelen dit onderdeel als ruim voldoende, waaruit op te maken is dat administratieve lasten in de ogen van zorgverzekeraars voldoende zijn beperkt tijdens het contracteringsproces. Eén zorgverzekeraar geeft aan dat de administratieve last geen prioriteit kreeg bij de zorgaanbieders, en dat er in de declaraties ook fouten zitten.

Duur van het contracteringsproces

In de enquêtes is gevraagd hoe zorgaanbieders en zorgverzekeraars het tijdspad en de duur van het contracteringsproces hebben ervaren. Geen van de zorgaanbieders vond het proces te kort duren. De processen bij vier van de zorgverzekeraars werd door de zorgaanbieders overwegend als goed ervaren. Bij de andere zorgverzekeraars werd dit grotendeels als te tijdrovend beoordeeld. De meeste zorgverzekeraars vinden de duur van het contracteringsproces goed bij vrijwel alle zorgaanbieders. Eén van de zorgverzekeraars geeft aan dat het in een enkel geval wat langer duurde om tot overeenstemming te komen. Er is één zorgverzekeraar die het proces bij bijna alle zorgaanbieders te lang vindt duren.

Aandacht voor kwaliteit van zorg en effect voor cliënten

De scores op de aandacht voor kwaliteit van zorg en effect voor cliënten kennen een erg grote variatie. Als voorbeeld: één aanbieder geeft alle verzekeraars een 10 en geeft aan dat 'de kwaliteit van zorg altijd centraal staat' terwijl een andere aanbieder alle verzekeraars een 2 geeft met als toelichting dat er door verzekeraars helemaal niet over kwaliteit is gesproken. Meerdere aanbieders geven aan dat de gesprekken met verzekeraars voornamelijk financieel gedreven zijn (tarieven, plafond) en dat kwaliteit van zorg ondergeschikt lijkt. Gemiddeld gezien blijft dit onderdeel wat achter en is er een krappe voldoende gescoord.

Zorgverzekeraars geven aan dat er tijdens het contracteringsproces weinig aandacht was voor de kwaliteit van zorg en het effect op cliënten. Gemiddeld wordt er een krappe voldoende gescoord. Eén zorgverzekeraar heeft een heel lage score gegeven. De scores van de andere zorgverzekeraars zijn voldoende tot zeer goed. Er is dus wel variatie in de ervaringen. Bepalingen met betrekking tot kwaliteit maken wel deel uit van de overeenkomst. Een zorgverzekeraar geeft aan dat tijdens de onderhandelingen het gesprek gericht is op volumes en tarieven en er minder aandacht is voor kwaliteit. Maar gedurende het jaar zijn er regelmatig gesprekken en bijeenkomsten waar de kwaliteit van de zorg en de effecten voor de cliënten worden besproken. Een andere zorgverzekeraar stelt dat de nieuwe bekostiging niet heel veel effect heeft op de cliënt of de zorgverlening, en dat er vooral administratieve effecten zijn. Verschillende zorgverzekeraars geven aan dat door COVID-19 minder aandacht is voor kwaliteit. Wel voeren ze gesprekken met zorgaanbieders over welke effecten de pandemie heeft op de kwaliteit van zorg.

Eenvoud van contracten en mogelijkheid tot aanpassing

De eenvoud van contracten heeft gemiddeld een ruim voldoende gescoord. Er is op dit onderdeel ook geen enkele onvoldoende gegeven, ondanks dat zorgaanbieders aangeven dat de contracten van zorgverzekeraars best veel van elkaar verschillen op lengte en inhoud. Omdat de contracten inhoudelijk grotendeels gelijk waren aan vorig jaar, was het nu makkelijker voor zorgaanbieders.

Wat betreft de mogelijkheid tot aanpassen van de contracten geven zorgaanbieders aan dat zorgverzekeraars het contract zelf niet aanpassen, maar dat het via addenda wel mogelijk is om aanpassingen te doen.

Als we kijken naar de cijfers die voor de eenvoud van contracten zijn toegekend zien we overwegend zeer positieve cijfers tussen de 8 en de 10. De gemiddelde score is maar liefst een 8,5. Over het algemeen gaan zorgverzekeraars een contract voor één of twee jaar aan. Er zijn weinig aanpassingen op de contracten dit jaar ten opzichte van het vorige jaar. Een zorgverzekeraar geeft bijvoorbeeld aan dat alleen de bijlage van het contract met afgesproken volumes, tarieven en omzetplafonds gewijzigd is.

Sfeer van de gesprekken

Bij een aantal zorgaanbieders is er alleen mailcontact geweest, bij anderen zijn er gesprekken gevoerd (telefonisch, op kantoor of via Teams). De zorgaanbieders geven voor de sfeer van de gesprekken met verzekeraars een ruim voldoende Steekwoorden die zijn genoemd zijn: goede sfeer, professioneel, ontspannen, positief. Als kritisch punt is onder andere benoemd dat persoonlijk contact gemist wordt, wanneer er alleen sprake is van mailcontact.

Gemiddeld scoren zorgverzekeraars de sfeer van de gesprekken als goed. De cijfers liggen bijna allemaal tussen de 6 en 9 en we troffen 2 uitschieters naar beneden (resp. een 4 en een 5) en 1 naar boven (10). De sfeer wordt dus overwegend als positief ervaren. Een zorgverzekeraar vraagt in de toelichting aandacht voor landelijke discussie tussen NVZ/ZN over de contractering 2021 van audiologische centra. Dit heeft volgens de zorgverzekeraar sommige gesprekken negatief beïnvloed. Verder noemen zorgverzekeraars dat verschil in inzicht met sommige zorgaanbieders tot discussie leidde.

Mogelijkheden van maatwerk in contracten

Deze vraag is alleen aan de zorgaanbieders gesteld. Zorgaanbieders geven aan dat het contract zelf vaak niet meer wordt aangepast omdat de contracten door de juridische afdeling al zijn getoetst. Daarom gaan eventuele aanpassingen via addenda. Meerdere zorgaanbieders geven aan dat maatwerk niet onmogelijk is, maar dat het niet van toepassing was of er niet om is gevraagd.

Mogelijkheid tot het maken van experiment afspraken

Deze vraag is alleen aan de zorgaanbieders gesteld. De meeste zorgaanbieders geven aan dat het maken van experiment afspraken niet is besproken en/of niet van toepassing is. Eén zorgaanbieder geeft aan hier wel mee bezig te zijn.

1.6 Aandachtspunten voor het contracteringsproces 2022

Aan de zorgaanbieders en zorgverzekeraars is gevraagd welke aandachtspunten en/of ruimte voor verbetering ze zien voor het contracteringsproces 2022 op basis van de ervaringen met het contracteringsproces 2021.

Zorgaanbieders

Uit de antwoorden van de zorgaanbieders hebben we drie punten gedestilleerd die door meerdere zorgaanbieders zijn genoemd. Dit zijn de punten: meer aandacht voor de kwaliteit van zorg, het verminderen van de administratieve lasten, en het verloop van het inkoopproces wat betreft de doorlooptijden en de communicatie.

1.6.1 Kwaliteit

Bij het punt kwaliteit geven zorgaanbieders aan dat er in het inkoopproces meer aandacht kan zijn voor de cliënt en de kwaliteit van de dienstverlening. Een aantal zorgaanbieders geeft aan dat de nadruk vooral ligt op de financiën en minder op de kwaliteit van zorg. Als voorbeeld noemde één zorgaanbieder dat het niet mogelijk was afspraken te maken voor nieuw zorgaanbod, dat reeds bewezen effectief en waardevol is en overconsumptie bij foutieve behandeling voorkomt. Ook krijgen zorgaanbieders graag ruimte om te experimenteren met nieuwe vormen van zorglevering.

1.6.2 Administratieve lasten

Een aantal zorgaanbieders geeft aan dat zij graag zouden zien dat zorgverzekeraars de administratieve lasten verder verlagen. Hiervoor wordt als optie aangeven dat meer zorgverzekeraars gebruik zouden kunnen maken van Vecozo5 voor de administratieve afhandeling van de contracten.

1.6.3 Algemene verloop van contractering

Bijna alle zorgaanbieders ervaren de doorlooptijd van de contractering nog als te lang. Een onderdeel hiervan is dat de responsetijden van zorgverzekeraars soms te lang zijn. Ook geven zorgaanbieders aan graag te zien dat alle zorgverzekeraars werken met een vaste contactpersoon die voldoende kennis heeft over de markt en de bekostiging.

Zorgverzekeraars

De zorgverzekeraars noemen de volgende punten:

  • Meer inzicht in de effecten van de nieuwe bekostiging maakt vergelijkingen mogelijk en verschillen inzichtelijk, waardoor zorgverzekeraars meer invulling kunnen geven aan doelmatigheid en uniformiteit. Het contracteringsproces zou hierdoor verbeteren.

  • De verwachting is dat er productverschuivingen optreden met een forse uitbreiding op TOS en toename van oogproblemen door vergrijzing. De vraag is of het budgettair kader passend zal zijn.

  • Er is behoefte aan een landelijk uniforme instructie over producten die naast elkaar kunnen worden gedeclareerd als gevolg van trajecten en week-behandelingen.

  • Er is behoefte aan instructie over het verlengde schadelastjaar 2020 omdat alle producten van cliënten die al in behandeling waren op 1 januari gestart zijn. Het gaat er hier om dat traject- en weekbehandelingen over de jaargrens heengaan, waardoor het schadelast jaar niet met het kalenderjaar overeenkomt. Dit heeft in 2020 gezorgd voor een verlengd schadelastjaar.

  • Meer ruimte voor gesprek over eHealth, digitalisering en inzet van doelmatige zorg. Dit laatste aangezien de gemiddelde kosten per unieke cliënt per jaar stijgen.

  • De wens dat zorgaanbieders openstaan voor discussie over de effecten van het nieuwe bekostigingsmodel en hoe deze effecten verwerkt moeten worden in de afspraken voor 2022.

1.7 Samenvatting contracteringsproces

In onderstaande tabel zijn de door zorgaanbieders en zorgverzekeraars meest genoemde en meest opvallende positieve punten en de ruimte voor verbetering in de contractering zg-zorg weergegeven.

Zorgaanbieders

Zorgverzekeraars

Positieve punten

  • Zorgverzekeraars informeerden tijdig over het zorginkoopbeleid en -proces 2021.

  • Het contracteringsproces heeft gedeeltelijk digitaal plaatsgevonden.

  • De eenvoud van de contracten en de mogelijkheid tot het toevoegen van addenda.

  • Zorgaanbieders waren goed bereikbaar, dit was vorig jaar al zo en is ook nog sterk verbeterd.

  • De duur van het contracteringsproces was over het algemeen goed

  • De contracten die met zorgaanbieders zijn afgesproken worden zijn eenvoudig. Ook dit is sterk verbeterd ten opzichte van vorig jaar.

Verbeter- en aandachtspunten

  • Doorlooptijden worden nog als lang ervaren

  • De nadruk van de onderhandelingsgesprekken ligt op financiën en minder op de kwaliteit

  • Verlagen van administratieve lasten (bijvoorbeeld door gebruik van Vecozo).

  • Meer aandacht voor e-Health, digitalisering en inzet van passende zorg

  • Kwaliteit is nauwelijks onderwerp van gesprek in het contracteringsproces

1.8 Risico's en toekomst

Aan zorgaanbieders en zorgverzekeraars zijn drie vragen gesteld over risico's en de toekomst. De drie vragen zijn: welke risico's zij zien waardoor niet kan worden voldaan aan de zorgvraag, welke verwachtingen er zijn met betrekking tot de toekomst en wat er wordt verwacht van COVID-19 ten aanzien van uitgestelde of inhaal-zorg, groei, en/of toegenomen wachtlijsten.

Risico's voor niet kunnen voldoen aan de zorgvraag

Zorgaanbieders

De risico's die de zorgaanbieders hebben aangedragen zijn onderverdeeld in 4 hoofdcategorieën: arbeidsmarktkrapte, afspraken met verzekeraars, wachttijden en overig. De zorgaanbieders is ook gevraagd om, als dat kan, per risico een mogelijke oplossing te geven. Hieronder worden deze risico's en de oplossingen in willekeurige volgorde per categorie weergegeven.

  1. Arbeidsmarktkrapte

Risico's

Oplossingen

Er is sprake van een krapte op de arbeidsmarkt waardoor er niet voldoende gekwalificeerd personeel beschikbaar is.

  • Strategische personeelsplanning;

  • Opleiden nieuwe medewerkers d.m.v. aanbod van stageplaatsen;

  • Doorontwikkeling huidige medewerkers;

  • Actieve arbeidsmarktcampagnes;

  • Samenwerken brancheorganisaties en verzekeraars om beroep logopedie weer meer aantrekkelijk te maken (bijvoorbeeld door verhogen van tarieven).

De capaciteit op de audiologische centra en in de eerstelijns logopedie is beperkt. De instroom in de opleiding tot logopedist is gedaald.

  1. Afspraken met verzekeraars

Risico's

Oplossingen

Verzekeraars hanteren de realisatie van het lopende jaar als uitgangspunt.

Het laatste jaar zonder corona (2019) pakken als basis en vanuit daar redeneren.

  • Als de druk op de tarieven en volume door zorgverzekeraars (onevenredig) groot is, kan er niet worden voldaan aan de zorgvraag en is dit een risico voor de kwaliteit van zorg.

  • Verzekeraars willen lagere tarieven afspreken waar de marges al klein zijn.

  • Verzekeraars sturen op kosten per cliënt.

  • Uitgestelde zorg kan leiden tot overproductie waardoor afgesproken omzetplafonds mogelijk overschreden worden.

  • Passende en op maat gemaakte tarieven afspreken;

  • Plafondvrij werken (zeker bij de kleine verzekeraars);

  • Sturen op resultaten/tevredenheid van cliënten.

  • Actief monitoren van productie;

  • Mogelijkheid tot bijstellen van afspraken met individuele zorgverzekeraars.

  • Er vindt geen correctie plaats op contractafspraken als gevolg van verzekerdenmutatie (risico is overschrijding van het omzetplafond);

  • Door de kleine populaties van cliënten per verzekeraar, heeft een wisseling van verzekeraar van één cliënt al een grote impact op schadelast.

Neutraliseren van de impact van de verzekerdenmutatie (net als bij ziekenhuizen).

Er wordt in de afspraken niet of onvoldoende rekening gehouden met:

  • De toename van zorg in jonge groeigemeenten;

  • Risico van toename van zorgzwaarte in de Zvw vanwege veroudering;

  • Uniek zorgaanbod t.o.v. generieke doelgroep waardoor risico bestaat op te laag tarief (onder kostprijs) bij complexe doelgroep.

De zorgkosten per cliënt in het juiste perspectief plaatsen (afzetten tegen de landelijke zorgkosten per cliënt bij deze doelgroep).

  1. Wachttijden

Risico's

Oplossingen

  • Door de uitgestelde zorg is er sprake van een (tijdelijke) toename van wachtlijsten;

  • De doorlooptijden van cliënten in zorg zijn door corona toegenomen. Die vertraagde uitstroom belemmert de instroom;

  • Lange wachtlijsten bij audiologische centra kunnen ertoe leiden dat kinderen niet of te laat behandeld worden;

  • Kinderen zijn soms langer in zorg doordat er geen ruimte is binnen het Cluster 2 onderwijs, om een goede overstap van zorg naar onderwijs te kunnen laten maken.

  • Tijdelijk meer budget toekennen om de cliënten in het stuwmeer tijdig passende behandeling te kunnen bieden;

  • Verruimen van budgettair kader MSZ (in het kader van de wachtlijsten bij audiologische centra).

  1. Overige risico's

Risico's

Oplossingen

  • Geen ambulante zorg rondom de visuele beperking vergroot de kans dat mensen niet zelfstandig kunnen functioneren. Daardoor zullen meer mensen meer aanspraak maken op diensten in de Wmo en langdurige zorg;

  • Wanneer visueel beperkten geen aanspraak meer mogen doen op zittend ziekenvervoer, kan dit leiden tot zorgmijding;

  • Er is geen bekostiging voor intensieve ambulante zorg (binnen AC21);

  • Bekostiging voor reisvergoeding en reistijd;

  • De verspreiding over het land van specifieke doelgroep kost veel tijd voor behandelaren.

  • Actief mensen met een visuele beperking ondersteunen vanuit de zorgverzekeringswet, zodat de zelfstandigheid van mensen vroegtijdig wordt vergroot. Dit kan de druk op bijvoorbeeld Wmo en de langdurige zorg verminderen;

  • Passende bekostiging voor reisvergoeding.

  • Een te strak budgettair kader kan er voor zorgen dat niet alle kinderen behandeling krijgen

  • Er is nog altijd een groep kinderen met (vermoeden van) TOS niet in beeld.

- De vroeg signalering weer ten volle inzetten;

- Verruimen van het budgettair kader.

Visueel zit in hetzelfde macrokader als auditief (waar auditief exceptioneel groeit door voornamelijk TOS)

Macrokaders auditief en visueel splitsen.

Kleine organisaties hebben weinig mogelijkheden voor het snel op- en afschalen mede door de grote spreiding over de regio.

  • Indien marktwerking in een kleine sector gewenst is zullen nieuwe / kleine spelers groeikansen moeten krijgen van zorgverzekeraars;

  • Spreiding kan helpen om kwaliteit te waarborgen.

De overschrijding van het BKZ in 2020 kan extra financiële druk op alle partijen leggen.

Het BKZ voor de zg op een realistisch niveau brengen en, ondertussen, met elkaar de dingen blijven doen die nodig zijn en daarin ook goed samen optrekken met aanbieders, verzekeraars en regiepartijen NZa en VWS.

Zorgverzekeraars

De risico's die de zorgverzekeraars hebben aangedragen zijn weergegeven in onderstaande tabel. De zorgverzekeraars is ook gevraagd om per risico een mogelijke oplossing te geven. In de tabel zijn de risico's en oplossingen in willekeurige volgorde weergegeven.

Risico's

Oplossingen

Er is sprake van arbeidsmarktproblematiek binnen de zg-sector.

  • Versterken van de samenwerking tussen zorgaanbieders uit de sector, maar ook tussen zorgaanbieders en onderwijsinstellingen.

  • Landelijk meer aandacht voor de zg-sector, mogelijkheden tot digitalisering in de zorg.

  • De TOS-groei zal mogelijk nog doorzetten. Het is niet duidelijk of er sprake was van een piek of dat dit blijft groeien.

  • Overleg met VWS en Zorginstituut over gezamenlijke aanpak.

  • Stijging van de gemiddelde schadelast per verzekerde. Dit zet de betaalbaarheid van de zg-zorg onder druk.

  • Tarifering opnieuw bekijken.

  • Toewerken naar een andere wijze van kostenonderzoek door de NZa en daarmee de ontwikkeling van passende tariefstellingen.

  • Op de korte termijn een zg-sector-specifieke tariefherijking die de negatieve effecten van de nieuwe bekostigingsstructuur en tarifering ervan kan herstellen.

  • Meer inzet op doelmatigheid, eHealth, gesprekken met aanbieders over zorgkostenontwikkeling. Onderzoek met name gericht op TOS (oorzaak stijging etc.).

  • De nieuwe bekostiging is niet budgetneutraal.

  • -Op korte termijn een onderzoek doen naar de effecten van de nieuwe bekostigingsstructuur.

  • Er is onvoldoende voortgang bij zorgaanbieders op gebied van zinnige zorg.

  • Afsluiten convenant VWS/zg-sector over zinnige zorg, met SMART afspraken.

  • Handhaven van het BKZ.

  • Meer (NZa) doelmatigheidsprikkels:

    1. Verlaging max tarieven NZa;

    2. Toegang tot max-max met zorgverzekeraars explicieter maker;

    3. Betrekken van expertisegelden bij beleidsregels/producten/zorgprestaties.

Verwachtingen voor de toekomst

Er is gevraagd wat de verwachtingen zijn van de ontwikkeling (groei/afname) van de zg-zorg, en waarom dit wordt verwacht. De antwoorden zijn in onderstaande tabel weergegeven.

Zorgaanbieders

Het grootste deel van de zorgaanbieders geeft aan dat de zg-zorg de afgelopen jaren is gestabiliseerd. De (prevalentie)cijfers zijn stabiel en er wordt ook voor de komende jaren geen exponentiele groei verwacht. Verschillende zorgaanbieders hebben aangegeven op welke vlakken er wel mogelijk een (lichte) groei verwacht kan worden. Zie onderstaande tabel:

Ontwikkelingen toekomst m.b.t. groei/afname

  1. Msz: zg-aanbieders worden vaker ingezet voor vroegdiagnostiek

  2. Vergrijzing: op latere leeftijd ontwikkelen van visuele beperking

  3. Extramurale zorg aan mensen met visuele/auditieve problemen en een verstandelijke beperking

  4. Revalidatievragen in combinatie met tijdelijk verblijf

  5. Extramurale TOS-behandeling aan cliënten die verblijven in een lznstelling

  6. Lichtere doelgroepen waarin de ZG-aanbieder samenwerkt met eerstelijnsvoorzieningen

  7. Voortgaande bevolkingsgroei (o.m. door immigratie)

Zorgverzekeraars

Ontwikkelingen toekomst m.b.t. groei/afname

Auditief

  1. Een aantal instellingen lijkt ondanks de COVID-19-pandemie het afgesproken omzetplafond te naderen of er overheen te gaan. Dit zou groei betekenen. Als dit doorzet is er van een verschuiving van budget van auditief naar visueel geen sprake en zal een groei op totaalniveau niet uit te sluiten zijn.

  2. Toename TOS zal mogelijk blijven aanhouden.

Visueel

  1. Het volume lijkt te dalen. Vraag is of dit geheel aan de COVID-19-pandemie toe te schrijven is of dat de vraag naar deze zorg gedeeltelijk weg aan het vallen is, bijvoorbeeld door technologische ontwikkelingen.

  2. Verwachte toename in de toekomst vanwege vergrijzing.

  3. Verwachting dat het aantal cliënten gelijk blijft of licht afneemt. Dit door de grote vooruitgang op het gebied van software en technologie voor blinden en slechtziende. Hierdoor kan de zorg voor een deel vervangen worden.

Auditief/visueel

Jaarlijkse uitnutting van het macrokader voor zg-zorg als gevolg van de nieuwe bekostiging en tarieven.

Ontwikkelingen COVID-19 pandemie

Aan de zorgaanbieders en zorgverzekeraars is gevraagd wat zij nu zien of verwachten van COVID-19 pandemie ten aanzien van uitgestelde of inhaal-zorg, groei, en/of toegenomen wachtlijsten. Hieronder geven we de genoemde punten kort weer.

Zorgaanbieders

Zorgverzekeraars

  1. Kinderen met TOS-stromen later in voor behandeling

  2. Afname van het aantal cliënten door opgelopen wachttijden diagnostiek en 'gesloten' instellingen

  3. Uitgestelde zorg moet worden ingehaald

  4. De behandelduur is langer doordat er geen direct behandelcontact mogelijk was. Digitale zorg is minder effectief voor hulp aan ouders. Door maatregelen COVID-19 moeten groepen in quarantaine bij besmettingen.

  1. De zorg is in 2020 over het algemeen naar verwachting doorgegaan. Doorverwijzingen hebben echter stilgelegen. Onduidelijk is of dit inmiddels is rechtgetrokken.

  2. De COVID-19 pandemie maakt het onderscheid tussen noodzakelijke en niet noodzakelijke zorg duidelijk, omdat alleen de noodzakelijke zorg heeft plaatsgevonden.

  3. De overschrijding BKZ van 2020 wordt niet zichtbaar vanwege de COVID-19 pandemie. Een overschrijding van het BKZ is ook in 2022 en 2023 te verwachten.

  4. Het is lastig in te schatten hoe de periode na de COVID-19 pandemie eruit zal zien. Ondanks afname in volumes is er in 2020 toch een overschrijding van het BKZ. Als de volumes na 2020 gaan stijgen, komen de kosten boven de afspraken uit.

  5. Als gevolg van een tijdelijke sluiting van locaties vanwege de COVID-19 pandemie is de verwachting dat verzekerden langer in zorg zullen zijn waarmee de instroom van nieuwe verzekerden vertraging kan oplopen. Er wordt geen groot effect verwacht van inhaalzorg.

  6. Met name voor de visuele prestaties wordt op basis van de gesprekken met aanbieders ingeschat dat er sprake zal zijn van inhaalzorg en toenemende wachtlijsten. Veel auditieve zorg heeft door kunnen gaan door beeldschermzorg, dus daar wordt niet meer inhaalzorg en toegenomen wachtlijsten verwacht dan in een situatie zonder COVID-19.

2 Effectuering aanbevelingen Quickscan zg 2020

In de QuickScan zg 2020 heeft de NZa tien aanbevelingen opgesteld voor zorgaanbieders en zorgverzekeraars. In de enquête hebben we zorgaanbieders en zorgverzekeraars gevraagd in welke mate de aanbevelingen zijn geeffectueerd. We zullen per aanbeveling aangeven of en hoe de aanbevelingen zijn opgepakt en tot welke implicaties de aanbevelingen hebben geleid.

Aanbeveling 1: Doelmatige zorg is één van de doelstellingen van de nieuwe bekostiging. De nieuwe bekostigingsstructuur Zg-zorg geeft de mogelijkheid om per cliëntgroep en zorgtraject de kwaliteit van zorg en de effecten voor de cliënten inzichtelijk te maken. Onderzoek samen hoe hier meer aandacht aan kan worden gegeven in de onderhandelingen en maak hierover concrete afspraken.

Tien zorgaanbieders hebben hun visie gegeven op de effectuering van deze aanbeveling. Van de tien zorgaanbieders geven er zeven aan dat er in de contractering niet tot nauwelijks gesproken is over doelmatige zorg en de kwaliteit van zorg (en de effecten voor de cliënten). Als reden wordt hier een aantal maal de impact van corona op de zorglevering genoemd. Drie zorgaanbieders geven aan dat er wel over verschillende onderwerpen gesproken is (eHealth, impact van de corona maatregelen) maar dat soms de vertaalslag in de onderhandelingen nog onvoldoende gemaakt wordt.

Vrijwel alle zorgverzekeraars geven aan dat ze een poging hebben gedaan deze aanbeveling op te pakken en dat ze in gesprek zijn met aanbieders over doelmatige zorg. Gegevens en inzichten die hiervoor nodig zijn, zijn echter niet voldoende voorhanden. Aangegeven wordt dat dat komt door de COVID-19-pandemie. Een zorgverzekeraar geeft aan deze aanbeveling niet opgepakt te hebben.

Etc.

Aanbeveling 2: De coronacrisis heeft veel impact op de zorglevering en de wijze waarop de zorgvraag beantwoord werd middels passende en digitale zorg. Neem deze ervaringen mee om de mogelijkheden van de nieuwe bekostiging optimaal te benutten.

Een aantal zorgaanbieders geeft aan dat de coronacrisis duidelijk heeft gemaakt dat zorg op afstand mogelijk is. Er wordt ook door zorgaanbieders onderzocht of dit structureel kan worden aangeboden binnen zorgprogramma's. Wel geven zorgaanbieders aan dat de doelgroep niet geschikt is om volledig digitale zorg te leveren, er zal altijd zorg in nabijheid geleverd worden.

Drie zorgaanbieders geven aan dat dit geen onderwerp is geweest in de gesprekken met verzekeraars gedurende de contractering.

Zorgverzekeraars geven aan dat de impact van de COVID-19-pandemie op de zorglevering en op digitalisering in gesprekken aan bod is gekomen. Veelal wordt aangekaart dat de digitalisering de behandelduur verlengt (minder effectieve behandeling) maar dat de effecten van de COVID-19-pandemie in sommige gevallen betekenisvol zijn geweest voor digitalisering. Verschillende zorgverzekeraars geven aan dat de positieve effecten van de COVID-19 pandemie in de zg-zorgverlening onderdeel zullen zijn van de contracteringsgesprekken voor 2022. Bijvoorbeeld over welke aanpassingen worden gecontinueerd en welke niet. Een zorgverzekeraar merkt op dat zorgaanbieders echter zo snel mogelijk terug willen naar de 'oude' situatie en ervaart de mindset van zorgaanbieders als conservatief.

Aanbeveling 3: Zorg voor een duidelijke planning van het contracteringsproces met realistische termijnen en communiceer helder over wat de zorgaanbieders en zorgverzekeraars op welk moment van elkaar kunnen verwachten. Geef gedurende het contracteringsproces aan hoe het wordt ervaren, stuur aan op een tijdige afronding van de onderhandelingen (minimaal voor het einde van het jaar) en een hogere tevredenheidsscore van zowel zorgverzekeraar als zorgaanbieder (streven 8 of hoger).

De zorgaanbieders hebben over het algemeen positief gereageerd op het toepassen van deze aanbeveling. De meeste zorgaanbieders geven aan dat het contracteringsproces dit jaar beter en vlotter is verlopen dan vorig jaar (een aantal uitzondering daargelaten). De zorgverzekeraars zijn tijdig begonnen en hebben ook de contractering grotendeels voor het einde van het jaar afgerond. De tevredenheidsscore van een 8 of hoger is niet behaald, zorgaanbieders geven aan dat het initiatief voor het maken van contractafspraken veelal bij de zorgaanbieders ligt en dat zij vaak rappels sturen om tot een tijdige afronding te komen.

Ook de zorgverzekeraars geven aan dat er overwegend positieve ontwikkelingen zijn in lijn met deze aanbeveling. Een enkele zorgverzekeraar geeft aan dat er bij bestuurders geen gevoel van urgentie heerst ten aanzien van de planning. In vergelijking met 2020 komen zorgaanbieders en zorgverzekeraars in meerdere gevallen sneller tot gesprekken, onderhandeling en overeenstemming. Ook zijn er tijdspaden afgesproken waarin partijen naar elkaar dienen te reageren. Planning en deadlines zijn opgenomen als onderdeel van het contracteerbeleid en er zijn afspraken met zorgaanbieders gemaakt over reactietijden.

Aanbeveling 4 (alleen aan zorgaanbieders): Werk gezamenlijk de definities voor wachttijden uit en inventariseer de mogelijke aanpassingen in de systemen om de wachttijden te registreren en uit te vragen. Probeer daarbij gezamenlijk tot een uniforme wijze van registratie te komen, opdat een gestandaardiseerd inzicht verkregen kan worden. Stel voor de verbetersuggesties met betrekking tot de wachttijden een realistisch tijdpad op. Neem de leermomenten mee die zijn opgedaan bij beantwoording van de vragen over wachttijden.

Over deze aanbeveling geven alle zorgaanbieders hetzelfde aan. De aanbeveling is op brancheniveau opgepakt (in afstemming met ZN en NZa). Er zijn afspraken gemaakt over definiëring en toepassing van treeknormen op wachttijden binnen de sector. De implementatie van deze afspraken loopt op dit moment.

Aanbeveling 5: Ga met elkaar in gesprek over de stijging van de TOS-doelgroep en betrek hierbij zorgprofessionals. Organiseer een gezamenlijk overleg tussen brancheorganisaties om te inventariseren op welke wijze de stijging van de doelgroep opgepakt kan worden.

De reacties op deze aanbeveling verschillen. Een aantal zorgaanbieders geeft aan de stijging van de TOS-doelgroep niet te herkennen of te zien dat het stabiliseert. Er zijn echter ook een aantal zorgaanbieders die de stijging wel herkennen en aangeven erover in gesprek te zijn met brancheorganisaties. Ook wordt aangegeven dat de stijging is meegenomen in de te maken afspraken met zorgverzekeraars.

Zorgverzekeraars geven aan dat er gesprekken hierover zijn geweest. Niet alle gesprekken waren even vruchtbaar. Een zorgverzekeraar geeft aan dat ze het gevoel hebben dat het probleem van de groei van de TOS-doelgroep bij de zorgverzekeraar wordt gelegd, namelijk dat zorgaanbieders vinden dat de volumeafspraak moet worden verhoogd. Een andere zorgverzekeraar geeft aan dat uit gesprekken blijkt dat de stijging (deels) te verklaren is door de inzet/focus op vroegsignalering bij aanbieders. Meerdere zorgverzekeraars geven aan de groei en ontwikkelingen te blijven monitoren en dat daar tijd voor wordt vrijgemaakt. Vragen die leven bij zorgverzekeraars zijn of de groei structureel of incidenteel van aard is en of er nog andere oorzaken zijn dan louter de stijging door vroegsignalering. Eén zorgverzekeraar geeft aan dit punt niet opgepakt te hebben. Deze zorgverzekeraar wil graag dat er een landelijk onderzoek komt naar de stijging van TOS.

Aanbeveling 6: Normeer de wachttijden voorafgaand aan de uitvraag van de wachttijdinformatie en toets de wachtlijstinformatie aan de nieuwe normen.

Elf zorgaanbieders geven aan dat dit is opgepakt door SIAC en VIVIS. SIAC, VIVIS, NZa en ZN hebben afspraken gemaakt over definiëring en toepassing van treeknormen op wachttijden binnen de ZG-sector. Ook geven enkele zorgaanbieders aan de gemaakte afspraken momenteel te implementeren.

Drie zorgverzekeraars geven aan in de contracten afspraken gemaakt te hebben over het verminderen van de wachtlijsten, al dan niet op basis van de Treeknormen. Een andere zorgverzekeraar geeft aan dat er onvoldoende inzicht is in de wachttijden en dat de sector bezig is met een voorstel voor wachttijdregistratie. Een andere zorgverzekeraar heeft deze aanbeveling niet opgepakt.

Aanbeveling 7: Bekijk of het mogelijk is om de verbetersuggesties met betrekking tot het contracteringsproces van elkaar te verwerken in de komende contracteerronde. Overweeg daarbij om (regio)bijeenkomsten te organiseren om informatie uit te wisselen tussen zorgaanbieders en zorgverzekeraars.

Vier zorgaanbieders geven aan jaarlijks een bijeenkomst te organiseren met zorgverzekeraars waarin informatie met elkaar uitgewisseld wordt. Door corona is dit afgelopen jaar niet gelukt omdat een fysieke bijeenkomst niet toegestaan was en omdat corona een grote verzwaring heeft gegeven van het takenpakket van de zorgaanbieders. Twee zorgaanbieders geven aan dit samen met de brancheorganisaties op te pakken. Drie zorgaanbieders geven aan nog geen bijeenkomst te hebben georganiseerd.

Zorgverzekeraars geven wisselende antwoorden. Twee zorgverzekeraars bespreken de verbetersuggesties in de gesprekken met de zorgaanbieders. Een zorgverzekeraar geeft aan dat ze hiermee nog niet aan de slag zijn gegaan. Een andere zorgverzekeraar zegt dat de zorgaanbieders al vinden dat ze het goed doen. Een zorgverzekeraar geeft aan met de aanbeveling aan de slag te zijn gegaan maar op tegenstand te stuiten.

Aanbeveling 8: Onderzoek samen de mogelijkheden voor maatwerk in de contractering.

Zes zorgaanbieders geven aan dit niet besproken te hebben omdat hier geen aanleiding voor was. Drie zorgaanbieders geven aan beperkt de mogelijkheid te krijgen voor maatwerk. Zo geeft een zorgaanbieder aan dat maatwerk echt mogelijk wordt als de (ontwikkeling in de) inhoud van de zorg- en dienstverlening onderwerp van gesprek wordt. Ook wordt als reden genoemd dat sommige zorgverzekeraars vasthouden aan gestandaardiseerde contracten.

De zorgverzekeraars geven aan dat ze altijd ruimte voor maatwerk bieden in de contractering, en daar soms heel expliciet naar vragen bij zorgaanbieders. Zorgaanbieders komen volgens zorgverzekeraars echter niet met maatwerkverzoeken. Een enkele zorgverzekeraar ziet de contractering van zg-zorg per definitie als maatwerk.

Aanbeveling 9 (alleen zorgaanbieders): Zet in op (nader onderzoek naar) structurele oplossingen of strategieën om met het probleem van personeelstekorten om te gaan, bijvoorbeeld via bijeenkomsten.

Enkele zorgaanbieders hebben dit opgepakt door het op te nemen in de strategische personeelsplanning en het starten van een wervingscampagne. Ook geeft een zorgaanbieder aan dit gezamenlijk te doen met de brancheorganisatie. Drie zorgaanbieders geven aan geen problemen te ervaren met personeelstekorten.

Aanbeveling 10 (alleen zorgverzekeraars): werk zoveel mogelijk met vaste inkopers/contactpersonen.

Vier zorgverzekeraars geven aan met vaste aanspreekpunten of zorginkopers te werken. Eén zorgverzekeraar geeft aan dat er in 2020 een wisseling is geweest. De overige zorgverzekeraars hebben deze vraag niet beantwoord.

Welke aandachtspunten en/of ruimte voor verbetering ziet u nog met betrekking tot de aanbevelingen:

Een aantal zorgaanbieders geeft aan dat door de nieuwe prestatiestructuur een betere basis is ontstaan voor de contractering waardoor een aantal aanbevelingen minder relevant is geworden. Niet aan alle aanbevelingen is opvolging gegeven door Corona. Ook geeft een aantal zorgaanbieders aan de samenwerking binnen de brancheorganisaties prettig te vinden omdat op deze manier knelpunten besproken kunnen worden en voorgelegd worden aan de NZa en ZN.

Zorgverzekeraars hebben geen nieuwe aandachtspunten met betrekking tot de aanbevelingen genoemd.

3 Wachttijd en wachtlijst

Er is een inventarisatie gemaakt van de huidige wachttijden en wachtlijsten per cliënt. De nieuwe prestatiestructuur zg-zorg (vanaf 2020) biedt de mogelijkheid om wachttijden tussen aanmelding, intake, diagnostiek en behandeling vanuit de prestatiestructuur inzichtelijk te maken. De mogelijkheden hiervoor verschillen tussen auditief/communicatief en visueel. Zo is de intake bij auditief/communicatief een aparte prestatie die vooraf gaat aan diagnostiek en behandeling. Dit betekent dat de wachttijd tussen aanmelding, intake en behandeling gevolgd kan worden via de prestaties auditief/communicatief. De diagnostiekfase en behandelfase zijn echter niet door middel van een prestatie te onderscheiden. Bij visueel is er geen aparte prestatie voor de intake en is de wachttijd tussen intake en diagnostiek/behandeling derhalve niet vanuit de prestatie af te leiden. De diagnose wachttijd voor visueel is de wachttijd tussen aanmelding en diagnose. Bij de uitvraag van de wachttijden en wachtlijsten zijn de volgende definities gehanteerd:

Aanmeldwachttijd

De periode tussen het moment waarop de patiënt zich meldt en de intake.

Diagnose wachttijd

Auditief/communicatief: de wachttijd tussen de intake en de diagnose.

Visueel

De wachttijd tussen de aanmelding en de diagnose.

Behandelwachttijd

De wachttijd tussen de intake en de behandeling.

Totale wachttijd

Periode tussen het moment waarop de patiënt zich meldt en de start van de behandeling.

Wachttijd

De tijd (in dagen) waarbij op een bepaalde vorm van zorg wordt gewacht.

Wachtlijst

Het aantal personen dat op een bepaalde vorm van zorg wacht.

Hieronder presenteren we de informatie uit de enquêtes. Van elf zorgaanbieders hebben we informatie over wachttijden en wachtlijsten ontvangen.

3.1 Wachttijd en wachtlijst

Een aantal zorgaanbieders geven aan dat er geen tot minimale wachttijden zijn. Cliënten worden altijd in zorg genomen zonder noemenswaardige wachttijden. Er zijn echter ook een aantal zorgaanbieders die aangeven dat er wel sprake is van een wachttijd en wachtlijst. Wachttijden kunnen regionaal verschillen. Cliënten op de wachtlijst ontvangen in de tussentijd overbruggingszorg. De COVID-19-pandemie heeft ertoe geleid dat de doorlooptijden van de behandeling van huidige cliënten zijn toegenomen, doordat zorg op afstand minder effectief is dan de reguliere ambulante behandeling en groepsbehandeling. Dit zorgt voor een toename in de wachttijden en de wachtlijsten. Ook is er de ervaring dat de financiële afspraken met zorgverzekeraars de mogelijkheid beperken om (tijdelijk) capaciteit uit te breiden om dit probleem het hoofd te bieden.

De gemiddelde wachttijd en wachtlijst van zorgaanbieders met wachttijden staan in onderstaande tabellen aangegeven.

Gemiddelde wachttijd in maanden

Wacthtijd

Visueel

Auditief/communicatief

Aanmeldwachttijd

n.v.t.

1 tot 1,5

Diagnose wachttijd

1,5 tot 2

n.v.t.

Behandelwachttijd

1

1 tot 1,5

Totale wachttijd

2,5 tot 3

2 tot 3

Wachtlijst van de totale wachttijd

Wacthtijd

Visueel

Auditief/communicatief

Cliënten

-6

1.117

Periode waarover de wachttijd en wachtlijstgegevens zijn verzameld

De periode van de wachttijd- en wachtlijstgegevens die de zorgaanbieders hebben opgenomen verschilt. Het kan gaan om cijfers uit 2019, 2020 en 2021 over een periode van enkele maanden tot een jaar.

3.2 Monitoring wachttijden

De sectoren visueel en auditief/communicatief zijn in een vergevorderd stadium van eenduidig monitoren van de wachttijden. De brancheorganisaties Vivis en Siac hebben plannen van aanpak voor normering en registratie van wachttijden opgesteld die momenteel in uitvoering zijn. De verwachting is dat de eerste resultaten van monitoring van de wachttijden vanaf medio 2021 gepubliceerd kunnen worden. Zorgaanbieders passen (indien nodig) hun registratiesystemen aan om de data omtrent de wachttijden te kunnen ontsluiten.

4 Kosten zg-zorg

We hebben zorgaanbieders en zorgverzekeraars een aantal vragen gesteld over de bekostiging zg-zorg van 2015 tot en met 2020 en de invloed en doelen van de nieuwe bekostiging om te bepalen in welke mate de nieuwe bekostiging bijdraagt aan het inkoopgesprek, passende zorg en dekking van de geleverde zorg.

Om de effecten van de nieuwe bekostiging te kunnen duiden, hebben we tabellen opgesteld die de trends van de voorgaande jaren in beeld brengen. In deze tabellen hebben wij één of meer opvallende ontwikkelingen uitgelicht. In de enquêtes is gevraagd naar de mogelijke verklaringen voor deze opvallendheden. De verklaringen van zorgverzekeraars en zorgaanbieders worden per opvallende ontwikkeling weergegeven.

4.1 Kosten zg-zorg 2015 tot en met 2019

In dit onderdeel wordt gekeken naar de bekostiging van de jaren 2015 tot en met 2019. Er is gefocust op aantallen cliënten, aantallen prestaties per cliënt en omzet per cliënt.

Aantallen prestaties 2015 t/m 2019

zg-zorg

eenheid

2015

2016

2017

2018

2019

visueel

uur

382.435

398.752

371.538

381.516

391.662

auditief

uur

137.568

143.845

135.156

135.804

152.613

communicatief (TOS)

uur

603.446

698.887

734.250

724.367

742.465

reistoeslag aud./com

contact

36.128

40.683

39.443

38.981

49.814

reistoeslag visueel

contact

61.787

58.956

54.772

56.027

58.452

verblijf

dag

-

10.176

9.989

11.270

9.563

Opvallende ontwikkeling
  • Grote stijging aantallen prestaties auditief in 2019 ten opzichte van voorgaande jaren.

Verklaringen
  • Fluctuaties in auditief ten opzichte van TOS zijn niet ongewoon aangezien virusuitbraken zoals meningitis of de mazelen een toename van kinderen met een auditieve stoornis veroorzaken. Deze cliënten komen op jonge leeftijd in zorg en tot ongeveer twee jaar ligt de nadruk op behandeling in het gezin. Vervolgens wordt tot de schoolgaande leeftijd groepsbehandeling geboden. De groepsbehandeling is veel intensiever dan de behandeling in het gezin en brengt daarom hogere kosten met zich mee. De cliëntenpopulatie auditief is in verhouding tot TOS klein. Wanneer er in een bepaald jaar relatief veel kinderen van deze kleine doelgroep groepsbehandeling ontvangen in vergelijking met het jaar ervoor, worden al grote verschillen in het aantal uren geleverde zorg gezien. Bij een gelijk aantal unieke cliënten kunnen de zorgkosten dus sterk variëren afhankelijk van de verhouding van het aantal cliënten in ambulante zorg versus groepsbehandeling.

Cliënten7 zg-zorg 2015 t/m 2019

zg-zorg

2015

2016

2017

2018

2019

visueel

25.512

24.088

22.059

22.551

23.983

auditief

2.628

2.697

2.580

2.775

2.786

communicatief (TOS)

5.181

5.976

6.218

6.596

7.637

reistoeslag aud./com

4.616

5.319

4.658

4.882

4.839

reistoeslag visueel

13.583

14.391

13.201

13.614

14.609

verblijf

-

134

178

197

179

Opvallende ontwikkelingen en verklaringen

In deze tabel vallen twee zaken op:

  1. Het aantal cliënten visueel is in 2019 aanzienlijk gestegen.

  2. Het aantal cliënten TOS is in 2019 flink hoger (+47% ten opzichte van 2015) dan de voorgaande jaren.

De gegeven verklaringen voor de eerste ontwikkeling zijn:

  • In 2019 konden er door daling van verzuim van zorgmedewerkers en het aantrekken van nieuwe medewerkers meer cliënten geholpen worden.

  • Tussen 2016 en 2018 bleven de doorverwijzingen in de tweede lijn achter door een tekort aan oogartsen in de ziekenhuizen. Halverwege 2018 is hierin een inhaalslag gemaakt. Dit effect is in 2019 terug te zien in toename van aantal cliënten. De cijfers van 2019 liggen nog altijd onder de cijfers van 2016 en onder die van de AWBZ (2014).

Voor de tweede ontwikkeling zijn de verklaringen:

  • De stijging van het aantal TOS-cliënten komt doordat de stoornis en behandelmogelijkheden meer bekend zijn bij verwijzers, en zo steeds meer ook bij pré verwijzers en ouders. Er is een vroegere diagnostisering op jongere leeftijd. Daarbij hebben jeugdartsen/consultatiebureaus een taalsignaleringsinstrument vastgesteld en geïmplementeerd. Er is een betere signalering van taalachterstanden in de JGZ. Bij TOS is veel ingezet op (vroeg)signalering8 bij onder meer verwijzers, kinderopvang etc. Mede hierdoor is het aantal groepen/behandellocaties de afgelopen jaren uitgebreid. Er wordt een voortgaande, zij het beperkte, groei van de TOS-doelgroep voor de komende jaren verwacht.

Totale omzet zg-zorg 2015 t/m 2019

zg-zorg

2015

2016

2017

2018

2019

visueel

€ 51.863.201

€ 52.584.793

€ 49.239.890

€ 51.430.515

€ 53.788.128

auditief

€ 17.102.814

€ 16.755.146

€ 15.931.874

€ 16.240.470

€ 18.773.881

communicatief (TOS)

€ 75.176.643

€ 80.762.409

€ 85.904.230

€ 85.603.385

€ 91.333.519

reistoeslag aud./com

€ 892.842

€ 887.472

€ 775.638

€ 746.296

€ 860.226

reistoeslag visueel

€ 1.272.064

€ 1.332.404

€ 1.235.729

€ 1.284.399

€ 1.360.043

verblijf

-

€ 297.898

€ 292.840

€ 337.961

€ 290.706

totaal

€ 146.307.546

€ 152.620.123

€ 153.380.201

€ 155.643.026

€ 166.406.503

Gemiddeld aantal prestaties per cliënt9 zg-zorg 2015 t/m 2019

zg-zorg

eenheid

2015

2016

2017

2018

2019

visueel

uur

14,99

16,55

16,84

16,92

16,33

auditief

uur

52,35

53,34

52,39

48,94

54,78

communicatief (TOS)

uur

116,47

116,95

118,08

109,82

97,22

reistoeslag aud./com

Contact

7,83

7,65

8,47

7,98

10,29

reistoeslag visueel

Contact

4,55

4,10

4,15

4,12

4,00

verblijf

dag

-

75,94

56,12

57,21

53,42

Gemiddelde omzet per cliënt10 zg-zorg 2015 t/m 2019

zg-zorg

2015

2016

2017

2018

2019

visueel

€ 2.033

€ 2.183

€ 2.232

€ 2.281

€ 2.243

auditief

€ 6.508

€ 6.213

€ 6.175

€ 5.852

€ 6.739

communicatief (TOS)

€ 14.510

€ 13.514

€ 13.815

€ 12.978

€ 11.959

reistoeslag aud./com

€ 193

€ 167

€ 167

€ 153

€ 178

reistoeslag visueel

€ 94

€ 93

€ 94

€ 94

€ 93

verblijf

-

€ 2.223

€ 1.645

€ 1.716

€ 1.624

Opvallende ontwikkelingen en verklaringen

In deze tabellen vallen twee zaken op:

  1. Het gemiddeld aantal prestaties auditief per cliënt is in 2019 hoger ten opzichte van 2018 terwijl het aantal cliënten auditief in 2018 en 2019 nagenoeg gelijk is gebleven;

  2. De gemiddelde omzet en het gemiddeld aantal prestaties van TOS-cliënten neemt af in 2019.

De gegeven verklaring voor ontwikkeling 1 is:

  • De toename van het aandeel jonge kinderen in auditief kan een oorzaak zijn van de toename van het aantal prestaties.

Voor ontwikkeling 2 zijn de verklaringen als volgt:

  • De uren en kosten per cliënt zijn lager door doelmatiger aanpak per cliënt en door toename van aantal cliënten: een hogere bezetting op een groep levert lagere kosten per cliënt op.

  • In 2018 en 2019 worden cliënten op een andere manier in de vroegbehandeling behandeld. De zorgprogramma's voor de TOS doelgroep efficiënter zijn geworden. Hierdoor nam per cliënt het aantal uren fors af (tot gemiddeld 17% ten opzichte van 2015). De doelmatigheid van de behandeling is daarmee vergroot.

De gegeven verklaring wordt ondersteund door de cijfers. Het gemiddeld aantal prestaties per cliënt voor TOS neemt af van gemiddeld 118,08 uur per cliënt in 2017 naar gemiddeld 97,22 uur per cliënt in 2019.

4.2 Kosten zg-zorg 2020

In dit onderdeel wordt ingegaan op de effecten van de nieuwe bekostiging:

  • De productieafspraak 2020 wordt vergeleken met de realisatie 2019;

  • De realisatie van 2020 wordt vergeleken met de gegevens uit het kostenonderzoek 2017.

De verklaringen zijn gegeven door de zorgaanbieders en zorgverzekeraars.

Verder worden de aangevraagde continuïteitsbijdrage en meerkosten weergegeven. Ten slotte wordt ingegaan op de impact van de nieuwe prestatiebekostiging op de administratiesystemen.

Realisatie 2019 en productieafspraak 2020 (x 1 miljoen euro)

Zg-zorg

Realisatie 2019

Afspraak 2020

% t.o.v. t-1

Visueel

55,44

62,50

112,7%

Auditief/TOS

110,97

126,48

114,0%

Totaal

166,41

188,98

113,6%

Opvallende ontwikkeling en verklaringen

De productieafspraak zg neemt in 2020 toe met 13,6% ten opzichte van de realisatie van het voorgaande jaar.

De gegeven verklaringen voor de ontwikkeling zijn:

  • Groei afspraak zg-zorg visueel en auditief/communicatief door toename van het aantal cliënten als gevolg van meer samenwerking met ketenpartners zorg en toename doorverwijzing naar de zorgaanbieder.

  • In beide jaren was sprake van een groei van de zorgvraag visueel en auditief/communicatief. In 2019 was er sprake van een forse groei van de zorgvraag die zich structureel doorzette in de afspraak 2020.

  • Verlengd schadelastjaar 2020 als gevolg van toerekenen van prestaties auditief/communicatief met trajecten van 28 dagen aan jaar t die sluiten in t+1. Het schadelastjaar 2020 loopt daardoor uit tot en met 27-01-2021, waardoor de schadelast hoger is dan in 2019.

  • De niet vergoede overproductie auditief/communicatief die in 2019 is gerealiseerd, is nu in de productieafspraak van 2020 verwerkt.

  • De stijgingen zijn te verklaren uit de landelijke prijsindexaties en de nieuwe bekostiging waardoor zorgaanbieders een hogere vergoeding ontvangen.

  • Relatief hoge tariefpercentages werden gecontracteerd om aan de zorgplicht te kunnen voldoen;

  • De tarieven op basis van het kostenonderzoek 2017 zijn geïndexeerd naar 2020 op basis van de landelijke indexeringspercentages die door de NZa zijn gehanteerd. De zorgverzekeraars zijn lagere indexeringen overeengekomen waardoor het behaalde inkoopresultaat van de afgelopen jaren werd tenietgedaan.

Bovenstaande verklaringen zijn gegeven door zorgaanbieders en zorgverzekeraars. Bij het laatste punt wordt opgemerkt dat de berekening van kostprijs naar tarief door indexering met de landelijke index gebruikelijk is. De prijsafspraak tussen zorgaanbieder en zorgverzekeraar vanaf 2017 tot en met 2019 is niet structureel verwerkt in de maximumtarieven 2020. Dit zou de tariefruimte om een prijsafspraak te maken, beperken. De berekende maximumtarieven 2020 laten ruimte om een prijsafspraak te maken. Het is aan de zorgverzekeraar en zorgaanbieder om hier invulling aan te geven. Welke prijsafspraak voor 2020 is gemaakt, staat beschreven in onderdeel 'prijsafspraak 2020'.

Realisatie 2020

In onderstaande tabellen wordt de realisatie van 2020 weergeven: aantal cliënten, aantal prestaties, omzet en omzet per cliënt. Het totaal aantal cliënten auditief/communicatief en aantal cliënten visueel betreft het totaal aantal unieke cliënten in respectievelijk de prestatiegroep auditief/communicatief en de prestatiegroep visueel. Het aantal cliënten per prestatie kan niet opgeteld worden om te komen tot een totaal aantal cliënten omdat dezelfde cliënt bij meerdere prestaties voor kan komen.

Auditief/communicatief

Code

Prestatie

Cliënten

€ per cliënt

Aantal

Eenheid

€ Omzet

%

AC10

Intake

4.765

€ 943

10.183

uur

€ 4.492.663

3,7 %

AC21

Beh. D/H excl. groep

727

€ 3.404

3.920

traject

€ 2.474.454

2,1 %

AC22

Beh. D/H incl. groep

268

€ 19.022

2.259

traject

€ 5.097.951

4,2 %

AC31

Beh. TOS excl. groep

557

€ 1.082

1.069

traject

€ 602.938

0,5 %

AC32

Beh. TOS incl. groep

3.207

€ 20.383

21.221

traject

€ 65.369.383

53,4 %

AC33

Beh. individ. zonder groep

346

€ 3.782

1.466

traject

€ 1.308.442

1,1 %

AC41

Diagn. en beh. coördinatie

3.846

€ 4.433

30.231

uur

€ 17.048.634

14,2 %

AC42

Behandeling

4.120

€ 4.992

178.295

uur

€ 20.567.741

17,1 %

AC50

Reistoeslag

4.598

€ 704

34.336

contact

€ 3.236.523

2,7 %

Totaal

10.826

n.v.t.

n.v.t.

€ 120.198.729

100,0 %

Visueel

Code

Prestatie

Cliënten

€ per cliënt

Aantal

Eenheid

€ Omzet

%

V11

Kortdurende behandeling

290

€ 1.520

1.681

uur

€ 440.886

0,9 %

V12

Diagnostiek

1.568

€ 798

3.354

uur

€ 1.250.968

2,5 %

V13

Verdiepende diagnostiek

2.031

€ 2.394

13.043

uur

€ 4.861.452

9,9 %

V14

Uitgebreide behandeling

2.051

€ 4.319

52.270

uur

€ 8.858.126

18,1 %

V21

Kortdurende behandeling

1.273

€ 1.105

6.841

uur

€ 1.406.693

2,9 %

V22

Diagnostiek

4.673

€ 1.046

17.810

uur

€ 4.889.056

10,0 %

V23

Verdiepende diagnostiek

4.122

€ 1.709

25.666

uur

€ 7.042.439

14,4 %

V24

Uitgebreide behandeling

3.836

€ 2.038

47.835

Uur

€ 7.816.429

15,9 %

V31

Observatie met verblijf

74

€ 11.806

70

week

€ 873.651

1,8 %

V32

Intens. beh. met verblijf

116

€ 47.297

1.671

week

€ 5.486.500

11,2 %

V41

Intermitterende vis. beh.

83

€ 3.265

2.067

uur

€ 270.988

0,5 %

V51

Visuele expert consultatie

2.334

€ 574

2.325

traject

€ 1.340.618

2,7 %

V52

Uitgebreide vis. exp. con.

167

€ 1.019

158

traject

€ 170.196

0,3 %

V60

Reistoeslag

9.586

€ 455

40.731

contact

€ 4.364.105

8,9 %

Totaal

22.118

n.v.t.

n.v.t.

€ 49.072.107

100,0 %

Zg-zorg

Auditief/communicatief

€ 120.198.729

71,0%

Visueel

€ 49.072.107

29,0%

Totaal

€ 169.270.836

100,0 %

Verlengde schadelastjaar 2020

Het verlengde schadelastjaar is geïnventariseerd. Het gaat om prestaties met trajectbekostiging die starten in december 2020 en eindigen in januari 2021. De waarde van deze prestaties is 1,6 miljoen euro waarvan 1 miljoen euro doorloopt in 2021. De toename van de kosten zg-zorg 2020 als gevolg van het verlengde schadelastjaar bedraagt dus 1 miljoen euro. Hierbij wordt opgemerkt dat dit bedrag nog kan toenemen wanneer actuelere gegevens over 2021 beschikbaar komen.

Opvallende ontwikkelingen en verklaringen

In deze tabellen vallen twee zaken op:

  1. Het aantal cliënten auditief/communicatief voor 2020 is 10.826. Dit is meer dan het aantal cliënten uit 2019 (10.423).

  2. Het aantal cliënten visueel voor 2020 is 22.118. Dit is minder dan het aantal cliënten uit 2019 (23.983).

De gegeven verklaring voor ontwikkeling 1 is:

De groei wordt veroorzaakt doordat de stoornis (TOS) en behandelmogelijkheden meer bekend zijn bij verwijzers. Jeugdartsen/consultatiebureaus hebben een taalsignaleringsinstrument vastgesteld en geïmplementeerd. Om de toegenomen zorgvraag te bedienen zijn meer groepen geopend en in sommige gevallen nieuwe locaties geopend, zodat cliënten in de desbetreffende regio ook behandeling kunnen ontvangen. De groei is in 2020 gedempt door de gevolgen van het coronavirus. De begrote aantallen waren fors hoger dan gerealiseerd. De verwachting is dat door de eerdere diagnosestelling er op latere leeftijd minder zorgkosten worden gemaakt.

Voor ontwikkeling 2 zijn de verklaringen als volgt:

  • Het aantal cliënten in 2020 laat een daling zien ten opzichte van voorgaande jaren in combinatie met de levering van minder uren per cliënt. Dit heeft te maken met vraaguitval door corona. Vanaf maart 2020 loopt de uren zorgverlening terug en wordt de productieafspraak 2020 gedeeltelijk gehaald. De zorgverlening van visuele expert consultatie (VEC) is bijvoorbeeld behoorlijk weggevallen doordat deze zorg in mindere mate verleend kon worden aan cliënten bij de zorgaanbieders waar normaliter deze zorg verleend werd.

  • Door de coronapandemie zijn er minder doorverwijzingen vanuit ziekenhuizen (medisch specialistische zorg) en oogartsen vanwege wachtlijsten.

Prijsafspraak 2020

Zg-zorg

Sector

€ Omzet o.b.v. max tarief

€ Omzet

%

Auditief/communicatief

€ 125.208.850

€ 120.198.729

-4,0%

Visueel

€ 49.947.713

€ 49.072.107

-1,8%

Totaal

€ 175.156.563

€ 169.270.836

-3,4%

De omzet op basis van het maximumtarief zijn de aantallen gerealiseerde prestaties 2020 vermenigvuldigd met het maximumtarieven 2020. De omzet op basis van het maximumtarief wordt vergeleken met de werkelijke omzet 2020 op basis van de afgesproken prijzen. Het verschil is de prijsafspraak. Voor de zg-zorg is dit in 2020 -3,4%. De maximumtarieven 2020 laten ruimte voor zorgverzekeraar en zorgaanbieder om een prijsafspraak te maken waarin rekening gehouden kan worden met de prijsafspraak van voorgaande jaren en de uitkomsten van het kostenonderzoek over 2017.

Continuïteitsbijdrage en meerkosten 2020

Hieronder staan de bedragen continuïteitsbijdrage en meerkosten die zorgaanbieders hebben aangevraagd bij de zorgverzekeraars ter compensatie van het omzetverlies en/of meerkosten in 2020 als gevolg van de uitbraak van COVID-19.

Compensatieregeling COVID-19

Zg-zorg

Continuïteitsbijdrage

Meerkosten

Totaal

Visueel

€ 8.310.263

€ 68.938

€ 8.379.201

Auditief/comm.

€ 2.045.000

€ 160.000

€ 2.205.000

Totaal

€ 10.355.263

€ 228.938

€ 10.584.201

4.3 Vergelijking zg-zorg 2019 - 2020

In dit onderdeel wordt 2019 vergeleken met 2020 op de volgende onderdelen:

  • Omvang zg-zorg

  • Gemiddelde kosten per cliënt

  • Aantal cliënten

De jaren 2019 en 2020 kennen verschillende bekostigingssystemen en een vergelijking op prestatieniveau tussen de jaren is hierdoor niet mogelijk. Een vergelijking tussen 2019 en 2020 is wel mogelijk op basis van een gemeenschappelijke noemer, namelijk de cliënt. De aantallen cliënten en de gemiddelde kosten per cliënt worden gebruikt voor een verschillenanalyse tussen 2019 en 2020. De geconstateerde verschillen tussen 2019 en 2020 worden vervolgens onderverdeeld in prijs- en hoeveelheidverschil. In deze context wordt met prijsverschil de gemiddelde kosten per cliënt bedoeld en met hoeveelheidsverschil het aantal cliënten.

Prijsverschil = (P t - P t-1) x H t

Hoeveelheidsverschil = (H t -H t-1) x P t-1

P = Gemiddelde kosten per cliënt

H = Aantal cliënten

t = jaar

Gemiddelde kosten en aantallen cliënten 2019 en 2020

Gemiddelde kosten per cliënt

Zg-zorg

2019

2020

Visueel

€ 2.312

€ 2.219

Auditief/comm.

€ 10.667

€ 11.103

Aantal cliënten

Zg-zorg

2019

2020

Visueel

23.983

22.118

Auditief/comm.

10.403

10.826

Omvang zg zorg 2019 en 2020

Zg-zorg

2019

2020

Verschil

Visueel

€ 55.438.877

€ 49.072.107

-€ 6.366.770

Auditief/comm.

€ 110.967.626

€ 120.198.729

€ 9.231.103

Totaal

€ 166.406.503

€ 169.270.836

€ 2.864.333

Prijs- en hoeveelheidsverschil

Zg-zorg

Prijsverschil

Hoeveelheidsverschil

Totaal

Visueel

-€ 2.055.654

-€ 4.311.116

-€ 6.366.770

Auditief/comm.

€ 4.719.010

€ 4.512.093

€ 9.231.103

Totaal

€ 2.663.356

€ 200.977

€ 2.864.333

De zg-zorg 2020 is 2,9 miljoen hoger dan 2019. Het verschil van 2,9 miljoen wordt verklaard door de stijging van de gemiddelde kosten per cliënt voor auditief/communicatief en de stijging van het aantal cliënten auditief/communicatief. Voor visueel is er zowel sprake van een daling van de gemiddelde kosten per cliënt als een daling van het aantal cliënten. Bij deze berekening is niet gecorrigeerd voor het verlengde schadelastjaar 2020. Op basis van de huidige gegevens is dit 1 miljoen euro. Dit zou het verschil tussen 2020 en 2019 van auditief/communicatief met 1 miljoen euro verlagen en de gemiddelde kosten auditief/communicatief per cliënt van 2020 met 92 euro doen dalen.

Daarnaast is er sprake van een jaarlijkse indexatie van de tarieven die ook van invloed is op de gemiddelde kosten per cliënt. In de tarieven 2020 is er een voorlopige index 2020 verwerkt van 2,20% voor visueel en 2,28% voor auditief/communicatief. Wanneer de kosten zg-zorg 2020 naar prijspeil 2019 gebracht zouden worden, zijn de gemiddelde kosten per cliënt voor visueel 2.171 euro en voor auditief/communicatie 10.855 euro. Deze bedragen kunnen echter niet zondermeer vergeleken worden met de gemiddelde kosten per cliënt in 2019. De verschuiving op basis van het kostenonderzoek 2017 is -2,6% voor auditief/communicatie en +5,2% voor visueel.

Omdat ten tijde van het kostenonderzoek de sector auditief/communicatief twee keer zo groot was als visueel, was er sprake van een macro neutrale invoering. De tarieven auditief/communicatief werden per saldo verlaagd en de tarieven visueel per saldo verhoogd. Bij gelijkblijvende zorginzet (van 2019) in 2020 zou je een daling van de gemiddelde kosten per cliënt verwachten bij auditief/communicatief en een stijging van de gemiddelde kosten per cliënt voor visueel. De coronapandemie heeft een zodanige impact op het aantal cliënten, behandelduur en zorglevering dat deze verwachting niet is uitgekomen.

De compensatie van de COVID-regeling van 10,6 miljoen wordt opgeteld bij de realisatie 2020. De kosten zg- zorg nemen hierdoor in 2020 met 13,5 miljoen euro toe. Het budgettair kader 2020 is 177,3 miljoen. De realisatie 2020 (inclusief compensatieregeling) overschrijdt dit kader met 2,6 miljoen euro.

Realisatie 2019, 2020 (incl. compensatieregeling COVID-19) en afspraak 2020

Zg-zorg

Realisatie 2019

%

Realisatie 2020

%

Afspraak 2020

Visueel

€ 55.438.877

33,3%

€ 57.451.309

31,9%

€ 62.504.727

Auditief/comm.

€ 110.967.626

66,7%

€ 122.403.729

68,1%

€ 126.475.161

Totaal

€ 166.406.503

100,0%

€ 179.855.038

100,0%

€ 188.979.888

De realisatiecijfers 2020 inclusief compensatieregeling COVID-19 laten bij de sector visueel stijging zien van 2,0 miljoen euro en bij de sector auditief/communicatief een stijging van 11,4 miljoen ten opzichte van 2019. Dit leidt in 2020 tot een stijging van het aandeel auditief/communicatief en een daling van het aandeel visueel.

4.4 Invloed en doelen nieuwe bekostigingsstructuur

Aan de zorgaanbieder en zorgverzekeraar zijn een aantal vragen gesteld om te bepalen in welke mate de nieuwe bekostiging bijdraagt aan het inkoopgesprek, doelmatige zorg en dekking van de geleverde zorg. Hierna worden de vragen weergegeven en de reactie van zorgaanbieder en zorgverzekeraar. De derde vraag is specifiek gericht aan de zorgaanbieder en de vierde vraag is specifiek gericht aan de zorgverzekeraar. Ten slotte wordt de impact van de nieuwe prestatiebekostiging op de administratiesystemen in beeld gebracht.

  1. Op welke wijze faciliteert de nieuwe bekostigingsstructuur het inkoopgesprek tussen zorgaanbieder en zorgverzekeraars?

    • Drie zorgaanbieders geven aan dat de nieuwe bekostigingsstructuur meer transparantie en meer mogelijkheden biedt om zorgkosten gedifferentieerd te vergelijken tussen aanbieders en daarover het inkoopgesprek aan te gaan. Door de invoering van gedifferentieerde prestaties is een prestatiestructuur ontstaan waarbij dicht bij de zorginhoud is gebleven. Waar voorheen in het inkoopgesprek alleen over de prestatie behandeling kon worden gesproken, kan in het gesprek nu meer de zorginhoud worden besproken onderbouwd door de onderliggende prestaties en mutaties. Er kan nu beter gekeken worden naar het aantal cliënten (per categorie), het aantal zorgtrajecten en de intensiteit van de zorg.

    • Vijf zorgaanbieders geven aan dat de nieuwe bekostigingsstructuur in beperkte mate bijdraagt aan het inkoopgesprek. Zorgverzekeraars kunnen nog meer de verdiepende informatie gebruiken die te halen is uit de registraties. Zij hebben in sommige gevallen nog onvoldoende kennis over de nieuwe bekostiging, bijvoorbeeld als het gaat om declaraties, doorloop van blokken en het feit dat 2020 eenmalig een langer schadelastjaar is.

    • Meerdere van deze zorgaanbieders geven aan dat door de COVID-19-pandemie er nog weinig data beschikbaar is om vergelijkingen te maken. De nieuwe bekostigingsstructuur vraagt om meerdere (normale) jaren ervaring om onderbouwde uitspraken over doorlooptijd en kosten per zorgtraject te doen.

    • Drie zorgaanbieders geven aan dat de nieuwe bekostigingsstructuur het inkoopgesprek niet faciliteert.

    • Drie zorgverzekeraars geven aan beter in staat te zijn om zorgaanbieders onderling te vergelijken en uitkomsten bespreekbaar te maken. Er kan meer gesproken worden over de inhoud van de zorg. Gezien de diversiteit van de cliëntdoelgroepen, de zorgaanbieders en de beperkte omvang van de zg-zorg blijft het lastig om hier conclusies op zorgaanbieder niveau aan te verbinden. Ook is de realisatie per cliënt over 2019 lastig te vergelijken met 2020 en 2021.

    • Eén zorgverzekeraar geeft aan dat door de nieuwe bekostigingsstructuur de inkoopgesprekken dit jaar wederom stroef verliepen. Goed inzicht in de effecten van de nieuwe bekostiging en inzicht in de geleverde zorg ontbreken. Uit de cijfers van de zorgverzekeraar blijken bij veel instellingen grote stijgingen in kosten per verzekerde. Het productieniveau zit bij een aantal instellingen om en nabij het omzetplafond, enkele gaan er zelfs overheen, ondanks COVID-19. Voor 2021 was de conclusie om de gesprekken over het effect van de nieuwe bekostiging en stijgende kosten, gedurende 2021 op te pakken omdat er dan hopelijk meer inzicht in de cijfers is.

    • Twee zorgverzekeraars geven aan dat de invoering van de nieuwe bekostiging de contractering (ernstig) heeft beïnvloed. Dit heeft te maken met de aanzienlijke toename in schadelast en de toename van de gemiddelde schadelast per verzekerde. De ene verzekeraar geeft aan het idee te hebben dat de nieuwe bekostigingsstructuur voor zorgaanbieders slechts een middel is voor extra financiering. De belangen van zorgaanbieders en verzekeraars lopen uiteen als het gaat om de transparantie die nodig is om zinnige zorg en gepast gebruik te implementeren. Deze punten maken het volgens deze twee zorgverzekeraars onmogelijk om te voldoen aan een budget neutrale overgang in bekostigingsstructuur.

  2. Op welke wijze stimuleert de nieuwe bekostiging het leveren van doelmatige zorg aan de cliënt.

Een aantal zorgaanbieders geeft aan dat er altijd een focus is op het leveren van doelmatige zorg, onafhankelijk van het type bekostiging. De punten die genoemd worden als positieve invloed op het leveren van doelmatige zijn onder andere:

  • De nieuwe bekostiging en de aanloop naar de nieuwe bekostiging heeft zorgaanbieders benchmarkgegevens geboden.

  • De nieuwe bekostigingsstructuur maakt goed inzichtelijk hoe de verhoudingen liggen tussen de verschillende zorgprogramma's (7 en 8) bij met name de TOS-cliënten < 5 jaar. Dit heeft gestimuleerd om doelmatigheid te vergroten en bevordert het gesprek over doelmatigheid.

  • De verschillende modules maken goed inzichtelijk aan welke zorgdoelen per cliënt wordt gewerkt, dit komt de doelmatigheid ten goede.

  • Er ontstaat een meer doelmatige inzet per cliënt doordat er per cliëntgroep wordt gekeken welke ondersteuningsvorm en intensiteit nodig is.

  • Er zijn meer prikkels om voor de zorg die in blokken wordt geleverd integraal binnen de opbrengsten te blijven en dus niet zomaar extra zorg (modules) te leveren.

  • Doordat er meer inzicht is in de gemiddelde kostenontwikkeling per cliënt per prestatie wordt een beeld verkregen omtrent de doelmatige inzet van de middelen. Dit wordt meegenomen in de inkoopgespreken met zorgverzekeraars.

  • De trajectbekostiging leidt tot standaardisatie en werkt efficiency en innovatie in de hand. Een goed voorbeeld hiervan is dat(gedeeltelijk) online geleverde zorg niet meer leidt tot minder directe uren (en dus lagere vergoeding).

  • Bij zorg die in uren wordt geleverd geldt alleen de directe tijd als declarabel waardoor het terugdringen van de indirecte tijd wordt gestimuleerd.

  • Eén zorgverzekeraar geeft aan dat door de nieuwe bekostigingsstructuur er meer op een inhoudelijke manier gesproken kan worden over de inhoud van de zorg. De declaratiedata verdeeld over de prestaties levert hieraan een bijdrage. Eén zorgverzekeraar geeft aan dat vergelijkingen en analyses tussen instellingen, cliëntgroepen en zorgverzekeraars nog niet gemaakt kunnen worden door zorgaanbieders en zorgverzekeraars. Informatie over het landelijk gemiddelde ontbreekt zodat er geen vergelijking mogelijk is tussen zorg geleverd aan cliënten van de zorgverzekeraar en het landelijk gemiddelde (bijvoorbeeld gemiddeld aantal prestaties per cliënt, gemiddelde kosten per cliënt etc.).

  • Twee zorgverzekeraars geven aan dat trajectbekostiging (28 dagen, week prestatie) doelmatige zorgverlening stimuleert. Waar in de voorgaande bekostiging zowel directe- als indirecte tijd gedeclareerd mocht worden, is er nu vaak sprake van trajectbekostiging dan wel van bekostiging van uitsluitend directe tijd. Deze vorm van bekostiging heeft als voordeel dat meer contact11 tussen zorgaanbieder en verzekerden niet automatisch leidt tot meer omzet voor de zorgaanbieder. Twee zorgverzekeraars geven aan dat de nieuwe bekostiging het leveren van doelmatige zorg aan de cliënt niet stimuleert, gezien o.a. de toename van de gemiddelde schadelast per verzekerde.

    1. In welke mate sluiten de inkomsten beter aan bij de kosten die de zorgaanbieder maakt om de zorg te kunnen leveren aan de cliënten?

Deze vraag is alleen gesteld aan de zorgaanbieders. De meeste zorgaanbieders geven aan dat inkomsten en kosten beter op elkaar aansluiten. De grotere mate van differentiatie en het alleen schrijven van de directe tijd maakt het mogelijk om specifiekere kostprijsberekeningen te maken. Hierdoor kunnen de kosten en inkomsten beter aangesloten worden bij de geleverde zorg aan de cliënt. In de oude bekostiging was er sprake van één grote verzameling uren. Nu sluit de bekostiging beter aan bij de werkelijke kosten. Twee zorgaanbieders geven aan hier nog geen conclusies over te kunnen trekken. Dit komt vooral doordat 2020 geen representatief jaar is door corona en er is nog te weinig data beschikbaar om te vergelijken. Eén zorgaanbieder geeft aan dat er in de bekostiging geen goede aansluiting zit tussen inkomsten en kosten. Doordat de prestaties zijn bepaald op basis van het gemiddelde van alle zorgaanbieders komen zij hier niet mee uit. Dit bleek niet oplosbaar in de productieafspraak met de zorgverzekeraar.

  1. In welke mate krijgen zorgverzekeraars in de nieuwe bekostiging meer/minder inzicht in de geleverde zorg?

Deze vraag is alleen gesteld aan de zorgverzekeraars.

  • Eén zorgverzekeraar geeft aan dat er op dit moment minder inzicht is in de geleverde zorg. Zorgaanbieders kunnen weinig informatie aanleveren en de cijfers van de zorgverzekeraar zijn niet eenduidig, wisselen per zorgaanbieder en zijn afhankelijk van peilmoment. De nieuwe bekostiging heeft tijd nodig om te zien of de nieuwe prestaties een beter beeld geven van de zorg die wordt ingekocht en geleverd.

  • Eén zorgverzekeraar geeft aan dat de meerwaarde zit in de verschillende prestaties voor auditief/communicatief en visueel. De zorgverzekeraar maakt analyses van product mix, hoogste gemiddelde en laagste kosten per cliënt per jaar. Landelijke informatie vanuit de NZa zou hierbij helpen.

  • Twee zorgverzekeraars geven aan dat prestaties op uurbasis inzicht geven in de hoeveelheid directe tijd bij verzekerde maar ook hoe vaak een verzekerde wordt gezien door de zorgaanbieder. Deze informatie ontbreekt voor de zorgverzekeraar voor de prestaties die o.b.v. trajecten worden bekostigd. Er is veel specifieke kennis nodig en een goede connectie met de zorgpraktijk om dit inzicht te verkrijgen. De verdeling per doelgroep is logischerwijs wel beter inzichtelijk voor zorgverzekeraars door de toename in het aantal prestatiecodes (op basis van doelgroep en type zorgverlening).

Impact van de nieuwe prestatiebekostiging op de administratiesystemen (incl. beheersmaatregelen)

De administratiesystemen hebben bijvoorbeeld betrekking op inrichting, registratie declaratie etc.

Zorgaanbieders

Een aantal zorgaanbieders geeft aan dat de impact groot was. Redenen die hiervoor zijn gegeven zijn:

  • Met de implementatie van de nieuwe bekostiging waren hoge kosten en een enorme tijdsinvestering gemoeid, bijvoorbeeld door de nieuwe inrichting van het softwarepakket en het inwerken van medewerkers op registratie.

  • Zorgaanbieders en zorgverzekeraars zitten niet altijd op één lijn met de interpretatie van de beleidsregels waardoor facturatieproblemen zijn ontstaan (dit is gedurende het jaar opgelost).

  • In de eerste maanden van 2020 was er sprake van een grotere druk op de registratie en beheersmaatregelen, gezien de logische gewenfase die een organisatie en haar medewerkers doormaken.

  • De administratielast is toegenomen door toename van het aantal prestaties. De controles zijn intensiever en afkeuring van declaraties zorgt voor aanvullende correctiemaatregelen.

  • Er zijn handmatige controles nodig doordat de inrichting van de trajectprestaties VEC lastig is gebleken.

  • De sturingsinformatie moest opnieuw gedefinieerd moet worden. Trajectbekostiging van 28 dagen is een andere maat dan de directe en indirecte uren die voorheen werden bekostigd.

Maar er zijn ook zorgaanbieders die aangeven dat de impact beperkt is. Bijvoorbeeld omdat de administratieve lasten enigszins zijn verminderd en vereenvoudigd, gezien het wegvallen van de verplichte registratie op behandelmodules, cliënt- en behandelprofiel. In het verlengde hiervan zijn de beheersmaatregelen ook enigszins gereduceerd.

Zorgverzekeraars

Ook meerdere zorgverzekeraars geven aan dat door de invoering van de nieuwe bekostiging er problemen zijn geweest met de declaraties. Deze kwamen vertraagd binnen en systemen moesten worden aangepast om de declaraties te kunnen verwerken. Er was onduidelijkheid over welke prestaties wel of niet naast elkaar gedeclareerd mogen worden. Bepaalde prestaties (traject en week) kunnen over het jaar heen lopen. De landelijke Vektis standaard en de systemen bij zorgaanbieders waren niet (tijdig) op orde. Daarentegen wordt door een zorgverzekeraar aangegeven dat door de toename van het aantal verschillende prestaties mogelijk is om betere analyses te doen. Ook geeft een zorgverzekeraar aan weinig problemen te hebben ervaren met het inrichten van declaratiesystemen dan wel van grote uitval van declaraties door zorgaanbieders.

5 Bronnen en methoden

Bronnen

Voor de beantwoording van de onderzoeksvragen hebben wij gebruik gemaakt van een enquêteformulier voor zorgverzekeraars en een enquêteformulier voor zorgaanbieders. Zorgaanbieders en zorgverzekeraars hebben de enquête op vrijwillige basis ingevuld.

Voor de gerealiseerde zg productie is gebruik gemaakt van de Vektis data over de periode 2015 tot en met 2020.

Methode

De opzet van het onderzoek en de onderzoeksvragen van de enquêtes zijn geconsulteerd bij bracheorganisaties ZN, Vivis, Siac, Fodok en Oogvereniging. Vervolgens zijn de enquêtes uitgezet bij de brancheorganisaties ZN, Vivis en Siac die deze enquêtes verder uitgezet hebben onder hun leden. De enquêtes zijn ingezonden door zorgaanbieders en zorgverzekeraars waarna de gegevens uit de enquêtes zijn verzameld in een werkdocument en samengevat in deze monitor. De monitor is ten slotte geconsulteerd bij de bracheorganisaties ZN, Vivis, Siac, Fodok en Oogvereniging om te toetsen of partijen zich kunnen herkennen in de bevindingen van deze monitor.

Inhoud van de enquêtes

De enquêtes zijn gebaseerd op de vragen en criteria die gebruikt zijn in soortgelijke monitors en quickscans. In tabel 1 is de inhoud van de enquêtes te zien.

Zorgaanbieders

In de enquête zijn vragen gesteld over verschillende onderdelen van het contracteringsproces: bereikbaarheid zorgverzekeraar, informatievoorziening, responstijd, contractonderhandelingen, doorlooptijd contracteringsproces etc. Zorgaanbieders konden voor deze onderdelen een cijfer toekennen en die toelichten. Verder zijn zorgaanbieders gevraagd naar effectuering aanbevelingen quickscan 2020, mate waarin invloed en doelen nieuwe bekostigingsstructuur zijn behaald en verklaringen voor opvallende ontwikkelingen in de bekostiging zg zorg 2015 tot en met 2020. Daarnaast is zorgaanbieders gevraagd om mogelijke risico's te benoemen (met bijbehorende mogelijk oplossingen), verwachtingen voor de toekomst en ontwikkelingen COVID-19 voor de zg zorg en deze te waarderen met een cijfer. Tot slot is zorgaanbieders gevraagd om informatie aan te leveren rondom de actuele wachttijden.

Zorgverzekeraars

Aan de zorgverzekeraars hebben we grotendeels dezelfde vragen voorgelegd als aan de zorgaanbieders met uitzondering van de wachttijden.

Tabel 1. Inhoud enquêtes

Onderwerp

Zorgaanbieders

Zorgverzekeraars

  1. Contractering

Met welke zorgverzekeraars zijn wel/niet contractafspraken gemaakt?

  • Met welke zorgaanbieders zijn wel/niet contracten afgesloten

  • Voor hoeveel jaar zijn de afspraken gemaakt

  • Welke eisen stelt zorgverzekeraar aan zorgaanbieders t.b.v. contractering

Omvang gecontracteerde zorg 2021

Omvang gecontracteerde zorg 2021

Worden afspraken gemaakt over tarief, volume en/of omzetplafond

Worden afspraken gemaakt over tarief, volume en/of omzetplafond

Waar is omzetplafond op gebaseerd

Waar is omzetplafond op gebaseerd

Zijn er aanvullende afspraken gemaakt

Zijn er aanvullende afspraken gemaakt

  • Type contract

  • Standaard afslag en max-max tarief

  • Monitoring zg zorg

  • Uitkomstafspraken

Tijdpad van het contracteringsproces (voldoende tijd)

Tijdpad van het contracteringsproces (voldoende tijd)

Bereikbaarheid van de zorgverzekeraars tijdens het contracteringsproces

Bereikbaarheid van de zorgaanbieders tijdens het contracteringsproces

Responstijd van zorgverzekeraars tijdens het contracteringsproces

Responstijd van zorgaanbieders tijdens het contracteringsproces

Informatievoorziening vanuit zorgverzekeraars

Informatievoorziening vanuit zorgaanbieders

Onderhandelingen over het contract (dus de mogelijkheid om in gesprek te gaan met de zorgverzekeraars over het contract)

Onderhandelingen over het contract (dus de mogelijkheid om in gesprek te gaan met de zorgaanbieders over het contract)

Beperking administratieve lasten tijdens contracteringsproces

Beperking administratieve lasten tijdens contracteringsproces

Duur van het contracteringsproces

Duur van het contracteringsproces

Aandacht voor kwaliteit van zorg en effect voor cliënten

Aandacht voor kwaliteit van zorg en effect voor cliënten

Eenvoud van contracten en mogelijkheid tot aanpassing

Eenvoud van contracten en mogelijkheid tot aanpassing

Sfeer van de gesprekken met zorgverzekeraars

Sfeer van de gesprekken met zorgaanbieders

Mogelijkheden voor maatwerk in contract

Mogelijkheden voor maatwerk in contract

Mogelijkheid voor experimentafspraken

Mogelijkheid voor experimentafspraken

Aandachtspunten voor verbetering voor contractering 2022

Aandachtspunten voor verbetering voor contractering 2022

  1. Effectuering aanbevelingen 2020

Aanbeveling 1 tot en met 9 uit QuickScan 2020

Aanbeveling 1 tot en met 8 en 10 uit QuickScan 2020

Aandachtspunten en/of ruimte voor verbetering

Aandachtspunten en/of ruimte voor verbetering

  1. Invloed en doelen nieuwe bekostigingsstructuur

Op welke wijze beïnvloedt de nieuwe bekostigingsstructuur het inkoopgesprek

Op welke wijze beïnvloedt de nieuwe bekostigingsstructuur het inkoopgesprek

Op welke wijze stimuleert de nieuwe bekostiging het leveren van doelmatige zorg

Op welke wijze stimuleert de nieuwe bekostiging het leveren van doelmatige zorg

In welke mate sluiten de inkomsten beter aan bij de kosten van de zorgaanbieder

In welke mate sluiten de inkomsten beter aan bij de kosten van de zorgaanbieder

  1. Risico's en toekomst

Risico's waardoor niet voldaan kan worden aan de zorgvraag

Risico's waardoor niet voldaan kan worden aan de zorgvraag

Verwachtingen met betrekking tot de toekomst

Verwachtingen met betrekking tot de toekomst

Ontwikkelingen COVID-19

Ontwikkelingen COVID-19

  1. Bekostiging zg-zorg

Bekostiging zg-zorg 2015 tot en met 2019

Bekostiging zg-zorg 2015 tot en met 2019

Bekostiging zg-zorg 2020

Bekostiging zg-zorg 2020

Continuïteitsbijdrage en meerkosten 2020

  1. Wachttijden

Wachttijd (in dagen) en wachtlijst

Periode waarover de wachttijd en wachtlijstgegevens zijn verzameld

Wachttijd (in dagen) en wachtlijst

  1. Afsluiting

Opgave tijd invullen van de vragenlijst

Opgave tijd invullen van de vragenlijst

Opmerkingen over de vragenlijst of over het onderzoek

Opmerkingen over de vragenlijst of over het onderzoek

Naar boven