Aan de besturen van:
-
Zorgverzekeraars
-
ActiZ, Agora, BTN, EN, Fibula, FMS, InEen, KNGF, LHV, NFU, NHG, NPCF, NVAVG, NVD, NVKG, NVLF, NVZ, Paramedisch platform Nederland, Verenso, VNG, VPH, V&VN, VVOCM, ZN
-
Algemene ziekenhuizen
- Academische ziekenhuizen
Behandeld door: directie Regulering
Telefoonnummer: 088 - 770 8 770
E-mailadres: info@nza.nl
Kenmerk: 0273664/0408708 CI/17/66c
Onderwerp: Aanpassing regelgeving eerstelijnsverblijf 2018
Datum: 22 december 2017
Geachte heer, mevrouw,
Deze circulaire bevat een toelichting op de regelgeving eerstelijnsverblijf (elv) voor het jaar 2018. Op 19 december 2017 is door de Raad van Bestuur van de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) een nieuwe beleidsregel eerstelijnsverblijf 2018 vastgesteld, die in de plaats komt van de niet in werking getreden Beleidsregel eerstelijnsverblijf met kenmerk BR/REG-18118. Het gaat om de volgende beleidsregel:
- Beleidsregel eerstelijnsverblijf, BR/REG-18162
- Tariefbeschikking eerstelijnsverblijf, TB/REG-18618-03
In deze circulaire lichten wij toe wat er is gewijzigd ten opzichte van de in juni vastgestelde, maar niet in werking getreden beleidsregel. Wij vragen u deze informatie met uw achterban te delen.
Aanleiding
Eerstelijnsverblijf valt sinds 1 januari 2017 onder de Zorgverzekeringswet (Zvw). De definitie van elv is:
Zorg als bedoeld in artikel 2.12 van het Besluit Zorgverzekering, voor zover het gaat om verblijf dat medisch noodzakelijk is in verband met zorg zoals huisartsen die plegen te bieden, al dan niet gepaard gaande met verpleging, verzorging of paramedische zorg.
Psychologische zorg, wat regelmatig geleverd wordt binnen eerstelijnsverblijf (elv), maakt geen onderdeel uit van bovenstaande definitie, en valt daarom momenteel niet onder de integrale prestatie elv. Psychologische zorg binnen elv definiëren wij als: zorg verleend door gedragsdeskundigen aan patiënten tijdens het eerstelijnsverblijf, passende bij de elv-indicatie, vallende onder de Zvw-prestatie zorg zoals klinisch psychologen die plegen te bieden, niet zijnde geneeskundige geestelijke gezondheidszorg.
Het blijkt echter dat er geen andere manieren bestaan om deze zorg in rekening te brengen. Daarom wordt de beleidsregel elv per 1 januari 2018 aangepast.
Wijzigingen
In de nieuw vastgestelde beleidsregel is, met ingang van 1 januari 2018, de reikwijdte van de beleidsregel eerstelijnsverblijf uitgebreid met de psychologische zorg die geleverd wordt binnen elv, en die passend is bij de elv-indicatie. Daarnaast is de psychologische zorg toegevoegd aan de prestatiebeschrijvingen. Met deze wijzigingen is per 2018 bekostiging van de gedragsdeskundige via de integrale eerstelijnsverblijfprestaties mogelijk, en sluiten de prestatiebeschrijvingen beter aan bij de zorg die wordt verleend binnen het elv-traject.
Deze wijziging heeft expliciet betrekking op de psychologische zorg door gedragsdeskundigen die binnen elv geleverd wordt, en die niet onder de geestelijke gezondheidszorg valt (generalistische basis-ggz of gespecialiseerde ggz). De primaire reden voor opname in elv moet altijd medisch noodzakelijk zijn in verband met ‘zorg zoals huisartsen die plegen te bieden’. Met andere woorden, de gedragsdeskundige moet hierin als ‘medebehandelaar’ worden gezien; hij/zij wordt ingezet op verzoek van de huisarts, specialist ouderengeneeskundige of arts verstandelijk gehandicapten. Als een patiënt primair is aangewezen op ‘zorg zoals klinisch psychologen die plegen te bieden’, is geen sprake van elv.
Het is aan partijen (zorgaanbieder en zorgverzekeraar) om te bezien in hoeverre deze wijziging aanleiding is om de contractafspraken over 2018 aan te passen.
Heeft u vragen?
Wanneer u naar aanleiding van deze circulaire vragen heeft, dan kunt u
deze per e-mail sturen naar info@nza.nl of contact opnemen via bovengenoemd telefoonnummer.
Met vriendelijke groet,
Nederlandse Zorgautoriteit
drs. J. Rijneveld
unitmanager Eerstelijnszorg