Onderwerp: Bezoek-historie

BadS 274/1992 Richtlijnen en controlelijsten t.b.v. tijdelijk onbemande machinekamers a.b.v. schepen, geen kleine vaart
Geldigheid:24-01-1992 t/m 31-12-2004Status: Was geldig

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.


Bekendmaking aan de scheepvaart tot wijziging van Bekendmaking aan de scheepvaart no. 274/1992

Het Hoofd van de Scheepvaartinspectie,
Gelet op artikel 174, eerste lid, van het Schepenbesluit 1965;
Maakt bekend:

Artikel I
Bekendmaking aan de Scheepvaart no. 274/1992 komt te luiden:

Artikel 1 Richtlijnen
De voorzieningen die door het Hoofd van de Scheepvaartinspectie noodzakelijk worden geacht voor het varen met een tijdelijk onbemande machinekamer zijn opgenomen in de ’Richtlijnen voor het inrichten, beveiligen en controleren van machine-installaties bestemd voor 0-mans wachtbezetting’.

Artikel 2 Controlelijsten
1. Aan boord van een schip met een voortstuwingsvermogen van 750 kW of meer moet een controlelijst betreffende alarmerings- en regelapparatuur worden bijgehouden.
2. De in de controlelijst voorkomende wachtcomponenten moeten overeenkomen met de wachtcomponenten die zijn aangegeven in de van toepassing zijnde richtlijnen voor het inrichten, beveiligen en controleren van machine-installaties bestemd voor 0-mans wachtbezetting.
3. Elke wachtcomponent moet ten minste eenmaal in de vier maanden worden gecontroleerd op de wijze zoals in de controlelijst is aangegeven.
4. De controlelijst moet eenmaal per jaar en wel twee maanden voor het vernieuwen of het verlengen van het Certificaat van Deugdelijkheid worden gezonden aan Hoofd van Scheepvaartinspectie.
5. Een uit een geautomatiseerd administratiesysteem verkregen lijst kan in de plaats treden van de bovengenoemde controlelijst, mits deze dezelfde informatie bevat en de presentatie van de gegevens ten genoegen van het Hoofd van de Scheepvaartinspectie is.

Artikel 3 Klassebureaus
Indien het schip is gebouwd volgens de regels van een erkend klassebureau mogen met betrekking tot de inrichting voor het varen met een tijdelijk onbemande machinekamer de betreffende voorschriften van dat klassebureau worden toegepast.

Artikel 4 Wederzijdse erkenning
Met de in deze bekendmaking vastgestelde technische normen of technische eisen worden gelijkgesteld daaraan gelijkwaardige technische normen of technische eisen, vastgesteld door een andere lid-staat van de Europese Unie dan wel door een staat die partij is bij de Overeenkomst inzake de Europese Economische Ruimte.

Artikel II
Deze bekendmaking treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze bekendmaking zal met de toelichting in de Staatscourant, in de Curaçaosche Courant en in de Landscourant van Aruba worden geplaatst.

Het Hoofd van Scheepvaartinspectie,
H.G.H. ten Hoopen.


Toelichting
Deze Bekendmaking aan de scheepvaart strekt tot het opnieuw vaststellen van Bekendmaking aan de Scheepvaart no. 274/1992 (Stcrt. 1992, 31). Het ontwerp van die bekendmaking werd niet genotificeerd overeenkomstig artikel 8, eerste lid, van richtlijn nr. 83/189/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 28 maart 1983 betreffende een informatieprocedure op het gebied van normen en technische voorschriften (PbEG L 109)1. Om alsnog aan de verplichting tot notificatie te voldoen is deze bekendmaking in ontwerp aan de Commissie van de Europese Gemeenschappen genotificeerd (zie ook kamerstukken II 1996/1997, 25 389).
De tekst van de bekendmaking is identiek aan de tekst van de oorspronkelijke bekendmaking, behoudens het volgende.
In artikel 3 wordt mede uitvoering gegeven aan artikel 14 van richtlijn nr. 94/57/EG van de Raad van de Europese Unie van 22 november 1994 inzake gemeenschappelijke voorschriften en normen voor met de inspectie en controle van schepen belaste organisaties en voor de desbetreffende werkzaamheden van maritieme instanties (PbEG L 319). Genoemd artikel verplicht iedere lid-staat van de Europese Unie er op toe te zien dat schepen varend onder diens vlag, worden gebouwd en onderhouden overeenkomstig de voorschriften van een erkende organisatie betreffende de romp, de machines, de elektrische installaties en de bedieningsapparatuur.
In artikel 4 is een bepaling opgenomen betreffende wederzijdse erkenning van technische normen en technische eisen.
De ontwerp-bekendmaking is op 15 augustus 1997 gemeld aan de Commissie van de Europese Gemeenschappen (notificatienr. 97/0584/NL), ter voldoening aan artikel 8, eerste lid, van de eerdergenoemde richtlijn nr. 83/189/EEG. De ontwerpbekendmaking is op 29 september 1997 gemeld aan het Secretariaat van de Wereld Handelsorganisatie (notificatienr. G/TBT/Notif.97.523), ter voldoening aan artikel 2, negende lid, van de op 15 april 1994 te Marrakech tot stand gekomen Overeenkomst inzake technische handelsbelemmeringen (Trb. 1994, 235). Een aankondiging van de ontwerp-bekendmaking is gepubliceerd in Stcrt. 1997, 197.
Deze notificaties zijn noodzakelijk aangezien de bekendmaking technische voorschriften bevat in de zin van richtlijn nr. 83/189/EEG, zoals gewijzigd, en als bedoeld in voornoemde overeenkomst. Als technisch voorschrift worden aangewezen artikel 1. Dit artikel, dat zonder onderscheid van toepassing is op Nederlandse en ingevoerde voorzieningen voor het inrichten, beveiligen en controleren van tijdelijk onbemande machine-installaties aan boord van schepen, geen klein vaartuig zijnde, is uit hoofde van een doeltreffende bescherming van de openbare veiligheid en de gezondheid en het leven van personen noodzakelijk.
Ook is het evenredig aan de met deze voorschriften beoogde doelen.
Voor zover deze bekendmaking kwantitatieve invoerbeperkingen of maatregelen van gelijke werking in de zin van artikel 30 EG-Verdrag bevat, zijn deze derhalve gerechtvaardigd ter bescherming van de bovengenoemde belangen.
In het kader van de notificatie ingevolge de richtlijn is in artikel 4 de bovengenoemde bepaling betreffende wederzijdse erkenning opgenomen met het oog op de geharmoniseerde toepassing van technische voorschriften.
De WTO-notificatieprocedure heeft niet geleid tot wijziging van de ontwerpbekendmaking.
Exemplaren van de richtlijnen en de controlelijsten zijn op aanvraag verkrijgbaar bij de Scheepvaartinspectie te Rotterdam.

Het Hoofd van de Scheepvaartinspectie,
H.G.H. ten Hoopen.

1 Laatstelijk gewijzigd bij richtlijn nr. 94/10/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 23 maart 1994 (PbEG L 100).
Een bijgewerkte integrale tekst van de richtlijn is gepubliceerd in PbEG 1997, C 78.
Naar boven