Onderwerp: Bezoek-historie

Ontwerpbesluit Wnb vergunningaanvraag gaswinning Wapse
Geldigheid:09-12-2022 t/m 30-11-2023Status: Was geldig

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Geachte,

Op 12 oktober 2022 heeft u namens Vermilion Energy Netherlands B.V. een aanvraag ingediend voor een vergunning op grond van de Wet natuurbescherming (hierna: Wnb) voor het uitvoeren van een tweetal diepboringen (LDS-01 en LDS-02), inclusief voorbereidende werkzaamheden, en het in productie nemen van de geboorde putten op de locatie Wapse (Drenthe). Uw aanvraag gaat vergezeld van een passende beoordeling (hierna: PB). De vergunning is aangevraagd voor een periode van twee jaar.

 

Procedure

Per e-mail van 20 oktober 2022 heb ik de ontvangst van uw aanvraag bevestigd. Op 17 november 2022 heeft u diverse stukken toegezonden ter aanvulling van uw aanvraag.

Aangezien de aanvraag nog onvoldoende gegevens bevatte om deze juist te kunnen beoordelen, heb ik u per e-mail van 24 november 2022 de gelegenheid geboden de aanvraag aan te vullen. Op 25 november 2022 heeft u uw aanvraag aangevuld. Omdat de aanvullingen niet volledig waren, heb ik u op 25 november 2022 per e-mail nogmaals in de gelegenheid gesteld om de ontbrekende informatie aan te vullen. Op 30 november 2022 heeft u deze aanvullingen toegezonden.

Op deze aanvraag is de uniforme openbare voorbereidingsprocedure, zoals opgenomen in afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb), van toepassing.

 

Besluit

Ik besluit om u op grond van artikel 2.7, lid 2, van de Wnb de gevraagde vergunning te verlenen.

In dit besluit vindt u de voorschriften en de inhoudelijke overwegingen die aan deze vergunning ten grondslag liggen. De aanvraag en de bijlagen zijn onderdeel van dit besluit.

AANVRAAG

1.1. Onderwerp

De aanvraag behelst het realiseren van twee diepboringen (LDS-01 en LDS-02), inclusief voorbereidende werkzaamheden, en het in productie nemen van de geboorde putten. De boorwerkzaamheden vinden plaats in een continu rooster: 24 uur per dag, 7 dagen in de week. De boringen worden na elkaar uitgevoerd en zullen naar verwachting tezamen circa 130 dagen duren.

De voorgenomen activiteiten zijn in meer detail beschreven in de aangeleverde PB en bijlagen daarbij (bijlage 1).

Het project is niet gesitueerd binnen één of meerdere Natura 2000-gebieden, maar ligt wel in de nabijheid (op 600 tot 700 meter afstand) van Natura 2000-gebied Drents-Friese Wold & Leggelderveld. Uit de natuurtoets (RHDHV, BH2117-103-101IBR002F01 d.d. 14 januari 2021, bijlage 2) die u heeft laten uitvoeren is u gebleken dat alléén voor stikstofdepositie significante gevolgen niet op voorhand zijn uit te sluiten. Het betreft stikstofdepositie op de Natura 2000-gebieden Drents-Friese Wold & Leggelderveld, Holtingerveld, Dwingelderveld en Fochteloërveen.

 

1.2. Bevoegdheid

Op basis van artikel 1.3, lid 5, van de Wnb en de artikelen 1.2 en 1.3, lid 1., sub b onder 3° ('activiteiten ten aanzien van het opsporen, winnen of opslaan van diepe delfstoffen, bedoeld in artikel 1 van de Mijnbouwwet'), van het Besluit natuurbescherming ben ik bevoegd om te beslissen op uw vergunningaanvraag.

De exacte wetteksten zijn te raadplegen op www.overheid.nl onder 'wet- en regelgeving'.

 

1.3. Vergunningplicht

De aangevraagde activiteit kan, gelet op de instandhoudingsdoelstellingen voor de Natura 2000-gebieden Drents-Friese Wold & Leggelderveld, Holtingerveld, Dwingelderveld en Fochteloërveen, significante gevolgen hebben voor de instandhoudingsdoelstellingen voor deze gebieden. Daarom geldt een vergunningplicht op grond van artikel 2.7, lid 2, Wnb.

 

1.4. Beoordeling van project

1.4.1. Project met mogelijk significante gevolgen

De activiteiten waarvoor u een vergunning aanvraagt, betreffen een project in de zin van artikel 2.7, lid 2, van de Wnb dat, omdat zij, afzonderlijk of in cumulatie met andere plannen of projecten, kunnen leiden tot significante gevolgen voor de instandhoudingsdoelstellingen voor de Natura 2000-gebieden Drents-Friese Wold & Leggelderveld, Holtingerveld, Dwingelderveld en Fochteloërveen.

1.4.2. Passende beoordeling

Voor een project dat afzonderlijk of in cumulatie kan leiden tot significante gevolgen voor de instandhoudingsdoelstellingen, kan alleen een vergunning verleend worden als de aanvrager een PB heeft overgelegd, waaruit zonder redelijke wetenschappelijke twijfel kan worden geconcludeerd dat het project niet zal leiden tot aantasting van de natuurlijke kenmerken van de betrokken Natura 2000-gebieden. De PB moet rekening houden met de instandhoudingsdoelstellingen voor deze gebieden. De PB biedt de grondslag voor de vaststelling van de aard en omvang van de gevolgen of de cumulatieve gevolgen en de manier waarop in mitigatie van die gevolgen is voorzien.

De met de aanvraag meegezonden PB toetst de effecten aan de instandhoudingdoelstellingen uit de aanwijzingsbesluiten en wijzigingsbesluiten van de betrokken Natura 2000-gebieden. In het onderstaande volgt mijn beoordeling van de effectenanalyse zoals die is neergelegd in de PB.

BEOORDELING

2.1 Afbakening

Gebieden en gevolgen

De door u aangevraagde activiteiten kunnen significante gevolgen hebben op Natura 2000-gebieden Drents-Friese Wold & Leggelderveld, Holtingerveld, Dwingelderveld en Fochteloërveen vanwege stikstofdepositie. In de PB zijn de habitattypen en leefgebieden van habitatsoorten opgenomen waarvoor geldt dat de kritische depositiewaarde reeds wordt overschreden.

 

Natuurwaarden

De beschermde natuurwaarden en de relevante instandhoudingsdoelstellingen van de betrokken Natura 2000-gebieden staan vermeld op www.rijksoverheid.nl/lnv ('Onderwerpen' > 'Natuur en Biodiversiteit' > 'Natura 2000').

 

Conclusie afbakening

Ik ben van oordeel dat de afbakening van de gebieden en de inventarisatie van mogelijke gevolgen van het project op de natuurwaarden op juiste wijze heeft plaatsgevonden in de PB.

 

2.2 Mogelijke effecten en mitigatie

Omdat het project stikstofdepositie zou toevoegen op reeds overbelaste habitattypen en leefgebieden en daardoor significante negatieve effecten niet zijn uit te sluiten, heeft u ervoor gekozen de depositie extern te salderen met de depositie veroorzaakt door twee inrichtingen.

Onder extern salderen wordt begrepen het wegstrepen van stikstofdepositie veroorzaakt door een project op een bepaalde locatie van stikstofgevoelige natuur, tegen de afname van depositie op dezelfde locatie door het beperken of intrekken van de toestemming van een ander project.

U heeft de emissierechten verkregen van twee agrarische bedrijven door de emissierechten van een agrarisch bedrijf op te kopen en de rechten van een ander agrarisch bedrijf tijdelijk te leasen.

Uit de Aerius-berekeningen (bijlagen 3, 4 en 5) die bij uw aanvraag zijn gevoegd blijkt dat na externe saldering, waarbij ook de voorgeschreven 30% afroming heeft plaatsgevonden, de toename van de stikstofdepositie op Natura 2000-gebieden Drents-Friese Wold & Leggelderveld, Holtingerveld, Dwingelderveld en Fochteloërveen 0,00 mol/ha/jaar of minder is. Dit betekent dus dat per saldo de stikstofdepositie gelijk blijft of afneemt. Er vindt een afname van depositie plaats op alle leefgebieden binnen genoemde Natura 2000-gebieden. Dit met uitzondering van twee hexagonen (leefgebied 14 - 'Eiken- en beukenbos van lemige zandgronden', hierna: LG14) binnen Natura 2000-gebied Drents-Friese Wold & Leggelderveld), waar een kleine en tijdelijke toename van stikstofdepositie van 0,01 mol/ha/jaar plaatsvindt. De achtergronddepositie ter plaatse ligt ruimschoots onder de kritische depositiewaarde van LG14 (1429 mol/ha/jaar); dit wordt in meer detail beschreven in de aangeleverde PB. De kleine en tijdelijke toename van stikstofdepositie heeft derhalve geen effect op de instandhoudingsdoelstellingen van de betrokken Natura 2000-gebieden.

Ik constateer dat uw aanvraag voldoet aan de Beleidsregel extern salderen zoals vastgesteld door de Minister van LNV d.d. 9 oktober 2020 en gepubliceerd d.d. 15 oktober 2020.

 

Uit uw aanvraag blijkt dat u overeenstemming heeft bereikt met de eigenaar van de inrichting waarvan u de emissierechten heeft gekocht en dat bij het bevoegd gezag (i.c. het College van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Westerveld) een verzoek is ingediend om de vergunning op grond van de Wet milieubeheer van 18 juli 1995 voor desbetreffende inrichting in te trekken. Voor deze inrichting gold echter geen vergunningplicht, maar slechts een meldplicht op grond van het Activiteitenbesluit milieubeheer. Derhalve kan van intrekking geen sprake kan zijn. Op 5 september 2022 heeft een melding Activiteitenbesluit milieubeheer plaatsgevonden bij de gemeente Westerveld (bijlage 6). De melding heeft betrekking op het beëindigen van de gehele inrichting en is door de RUD Drenthe bevestigd (bijlage 7). Daarnaast is de planologische situatie bij besluit van de gemeenteraad van de gemeente Westerveld d.d. 27 september 2022 gewijzigd naar 'wonen' (bijlage 8). Daarmee is voldoende gewaarborgd dat de activiteiten van desbetreffende inrichting gestaakt zijn en is de uitvoerbaarheid van uw voornemen - voor zover het extern salderen met de stikstofdepositie van deze inrichting betreft - voldoende aangetoond.

Verder blijkt uit uw aanvraag blijkt dat u overeenstemming heeft bereikt met de eigenaar van de inrichting waarvan u de emissierechten leaset en dat er bij het bevoegd gezag (i.c. Gedeputeerde Staten van de Provincie Drenthe) een verzoek is ingediend om de Wnb-vergunning voor de betreffende inrichting tijdelijk - voor de periode van 1 november 2022 tot 1 november 2024 - in te trekken. De uitvoerbaarheid van uw voornemen is hiermee voldoende aangetoond maar om te borgen dat uw project niet eerder aanvangt dan nadat de vergunning voor de inrichting waarmee externe saldering plaatsvindt is ingetrokken, dat besluit onherroepelijk is én de activiteiten zijn gestaakt, verbind ik aan de vergunning nader voorschrift 14.

Ten slotte constateer ik dat er in de PB en de daarbij behorende Aerius-berekeningen vanuit gegaan wordt dat bij de generatoren t.b.v. het aansturen van de boorinstallatie gebruik wordt gemaakt van zogeheten 'NOx-scrubbers' (SCR-units). Daarmee wordt de NOx-emissie met 85% gereduceerd. Om het gebruik hiervan te borgen, verbind ik nader voorschriften 12 en 13 aan deze vergunning.

 

2.3. Cumulatie

Bij vergunningverlening voor een project moet een beoordeling plaatsvinden van de cumulatieve gevolgen als het project, afzonderlijk of in combinatie met andere projecten, significante gevolgen kan hebben voor de betrokken Natura 2000-gebieden. Een vergunning kan alleen verleend worden als het project afzonderlijk of in combinatie met andere projecten geen significante gevolgen heeft.

Ik heb hiervoor al geconcludeerd dat de uitvoering van de voorgenomen activiteit zelfstandig beschouwd geen significant verstorend effect kan hebben op de soorten waarvoor het gebied is aangewezen.

Omdat het project (na externe saldering) - behoudens een kleine en tijdelijke toename voor twee hexagonen (LG14) binnen Natura 2000-gebied Drents-Friese Wold & Leggelderveld) - niet leidt tot toename van stikstofdepositie kan het ook niet in cumulatie met andere projecten tot negatieve gevolgen leiden.

De achtergronddepositie voor desbetreffende hexagonen ligt ruimschoots onder de kritische depositiewaarde van LG14. Dit, in combinatie met de kleine en tijdelijke toename van stikstofdepositie op een beperkt areaal én het belang van dit areaal voor de zwarte specht en draaihals, maken dat deze toename van stikstofdepositie ook niet in cumulatie met andere projecten tot negatieve gevolgen leiden. Dit wordt in meer detail beschreven in de aangeleverde PB.

Ik concludeer dat in de aangeleverde PB een volledige en juiste cumulatietoetsing is uitgevoerd.

 

2.4 Conclusie

Met de door u uitgevoerde PB, Aerius-berekeningen en de daarbij behorende documenten en hieronder aan de vergunning verbonden voorschriften is de zekerheid verkregen dat de activiteit waarvoor de vergunning is aangevraagd, niet leidt tot aantasting van de natuurlijke kenmerken van de betrokken Natura 2000-gebieden.

Op grond van het bovenstaande ben ik van mening dat de gevraagde vergunning, onder de hieronder opgenomen voorschriften en beperkingen, kan worden verleend.

VOORSCHRIFTEN

Ter bescherming van de in de Natura 2000-gebieden Drents-Friese Wold & Leggelderveld, Holtingerveld, Dwingelderveld en Fochteloërveen aanwezige beschermde natuurwaarden, verbind ik aan deze vergunning de volgende voorschriften en beperkingen.

 

Algemeen

  1. Deze vergunning staat op naam van Vermilion Energy Netherlands B.V. (hierna: vergunninghouder) of diens rechtsopvolger.

  2. Deze vergunning wordt uitsluitend gebruikt door (medewerkers van) de vergunninghouder of door (rechts)personen die aantoonbaar in opdracht van de vergunninghouder handelen. De vergunninghouder blijft daarbij verantwoordelijk voor de juiste naleving van deze vergunning.

  3. De in voorschrift 2 genoemde (rechts)personen beschikken op de plaats waar de vergunde activiteit wordt uitgevoerd over een (digitaal) exemplaar van deze beschikking, inclusief alle daarbij behorende bijlagen.

  4. De in voorschrift 2 genoemde (rechts)personen zijn aantoonbaar op de hoogte van de inhoud en het doel van deze voorschriften en beperkingen.

  5. De vergunde activiteit wordt uitgevoerd zoals deze is aangegeven in de aanvraag en bijbehorende PB en volgens de voorschriften en beperkingen die aan deze vergunning zijn verbonden. Bij eventuele strijdigheid van de aanvraag en de voorschriften en beperkingen van deze vergunning hebben de laatste voorrang.

  6. Als zich een incident voordoet, meldt de vergunninghouder dit met alle relevante gegevens onmiddellijk aan het bevoegd gezag. Een incident is in dit geval een onvoorziene gebeurtenis waardoor schade aan de natuurlijke kenmerken in één of meer van de betrokken beschermde Natura 2000-gebieden is of kan worden toegebracht, bijvoorbeeld wanneer onbedoeld vrijgekomen schadelijke stoffen een habitattype of Habitat- of Vogelrichtlijnsoort bedreigen.

  7. Als zich een incident voordoet, is de vergunninghouder verplicht eventuele verontreinigingen zo mogelijk direct te verwijderen en de eventueel opgetreden schade voor zover mogelijk te herstellen, zulks ter beoordeling van het bevoegd gezag.

  8. De vergunninghouder volgt de aanwijzingen op die het bevoegd gezag geeft.

  9. Zodra de werkzaamheden met betrekking tot de vergunde activiteit feitelijk zijn beëindigd, meldt de vergunninghouder dit uiterlijk binnen één (1) week bij het bevoegd gezag.

  10. Alle correspondentie met betrekking tot deze vergunning kan per reguliere post of per e-mail (wetnatuurbescherming@minlnv.nl) worden gedaan.

 

Nadere inhoudelijke voorschriften

  1. De dieselgeneratoren die gebruikt worden voor het aansturen van de boorinstallatie zijn uitgerust met een nabehandelingsfilter, een zogenaamd SCR-systeem (selective catalytic reduction-systeem) of NOx-scrubber, zoals beschreven in de passende beoordeling.

  2. De dieselgeneratoren worden afgesteld en gebruikt overeenkomstig de instellingen zoals gebruikt in de PB.

  3. Met de vergunde activiteiten wordt niet gestart dan nadat de vergunning op grond van de Wnb voor de inrichtingen waarmee externe saldering van stikstofdepositie plaatsvindt:

  4. is ingetrokken door het bevoegd gezag voor deze vergunning,

  5. dit besluit tot intrekking onherroepelijk is, en

  6. de saldogever de betreffende activiteiten heeft gestaakt, en

  7. ons dit besluit schriftelijk aan ons heeft doen toekomen.

 

Toezicht

  1. De vergunninghouder voert een administratie met daarin alle documenten die betrekking hebben op deze vergunning en op de naleving van de voorschriften.

  2. De vergunninghouder geeft alle medewerking aan de aangewezen toezichthouder en opsporingsambtenaren.

  3. De vergunninghouder toont informatie en documenten op verzoek aan de bevoegde toezichthouder en opsporingsambtenaren.

 

Looptijd en geldigheid

  1. Met inachtneming van het gestelde in artikel 14, is de vergunning geldig vanaf de datum van afgifte tot en met het moment dat de vergunde activiteit wordt beëindigd en uiterlijk tot en met 30 november 2023.

TER INFORMATIE

Op grond van afdeling 4.1.1. van de Awb kan een verzoek tot wijziging van de vergunning worden ingediend.

Op grond van artikel 5.4, lid 1 en lid 2, van de Wnb kan de verleende vergunning worden ingetrokken of gewijzigd.

Als de vergunninghouder handelt in strijd met de vergunning, kan op grond van artikel 7.2, lid 2, van de Wnb een last onder bestuursdwang worden opgelegd.

Conform artikel 5:32, lid 1, Awb kan een bestuursorgaan dat bevoegd is bestuursdwang toe te passen, in plaats daarvan aan de overtreder een last onder dwangsom opleggen.

 

Hoogachtend,

De Minister voor Natuur en Stikstof

namens deze:

MT-lid Directoraat-Generaal Natuur en Visserij

 

 

Bijlagen:

  1. Passende beoordeling diepboringen Wapse

  2. Natuurtoets diepboringen Wapse

  3. B2 AERIUS berekening Diepboringen

  4. B3 AERIUSberekening Agrarische bedrijven

  5. B4 AERIUS berekening Verschilberekening

  6. Melding Activiteitenbesluit milieubeheer

  7. RUD Drenthe - Bevestiging melding Activiteitenbesluit milieubeheer

  8. Gemeente Westerveld - Besluit wijziging planologische situatie

Toepassing uniforme openbare voorbereidingsprocedure

Op deze vergunningprocedure is de openbare uniforme voorbereidingsprocedure als opgenomen in afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing.

 

Zienswijze doorgeven

U kunt uw zienswijze op verschillende manieren doorgeven. U doet dit het snelst door het digitale formulier (zie hieronder) in te vullen.

Lukt het niet om de zienswijze door te geven met het digitale formulier? Geef uw zienswijze dan telefonisch door of in een brief. U kunt uw zienswijze niet in een e-mail of via het algemene contactformulier sturen. We nemen deze niet in behandeling.

 

Digitaal formulier

Geef uw zienswijze op tijd door met een digitaal formulier op https://mijn.rvo.nl/zienswijze-ontwerpbesluit-of-voorgenomen-besluit. Dit kunt u doen tot uiterlijk zes weken na publicatie van dit besluit. U logt hierop in met DigiD (als burger), of met eHerkenning niveau 2+ (als organisatie).

 

Telefonisch

U moet eerst een afspraak maken. Dit doet u door te bellen naar 088 042 42 42. Kies voor optie 1 en daarna voor optie 4.

 

Brief

U kunt uw zienswijze ook via de post naar ons sturen. De adresgegevens treft u hieronder aan:

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland

Afdeling Vergunning en Handhaving

Postbus 40225

8004 DE Zwolle

 

Zorg dat uw naam, adres en telefoonnummer in de brief staan. Noem in uw brief om welk ontwerpbesluit het gaat. En vertel of u het er wel of niet mee eens bent. Alleen dan kan uw zienswijze meegenomen worden in het nemen van het besluit.

 

Na uw zienswijze

Nadat u uw zienswijze heeft doorgegeven, krijgt u een ontvangstbevestiging. Alle zienswijzen worden meegenomen in het nemen van een definitief besluit. Als alle zienswijzen verwerkt zijn, krijgt u bericht dat er een Nota van Antwoord is opgesteld. Hierin zijn alle zienswijzen en de reacties daarop samengevoegd. Uw persoonlijke gegevens komen niet in deze nota te staan.

PUBLICATIE BESLUIT

De Minister voor Natuur en Stikstof maakt dit besluit openbaar op grond van artikel 8 van de Wet openbaarheid van bestuur. Het zal onder anonimisering van de persoonsgegevens geplaatst worden op https://puc.overheid.nl/natuurvergunningen.

Naar boven