Onderwerp: Bezoek-historie

Besluit op Handhavingsverzoek op grond van de Wet Natuurbescherming i.v.m. verkeersbesluit van 2012 aanpassing van de maximum snelheden op delen van autosnelwegen in beheer bij het Rijk.
Geldigheid:20-01-2021 t/m Status: Geldig vandaag

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Geachte,

Met uw brief van 24 april 2020 verzocht u mij om handhavend op te treden tegen het zonder vergunning ingevolge artikel 2.7, lid 2, dan wel zonder passende beoordeling ingevolge artikel 2.8, lid 1 Wet natuurbescherming (verder; Wnb) nemen en uitvoeren van het Verkeersbesluit Verhoging maximumsnelheid op autosnelwegen naar 130 km per uur, Staatsblad 2012, nr. 347, verder: Verkeersbesluit 2012.

 

Met deze brief beantwoord ik uw verzoek en motiveer ik daarbij mijn beslissing.

Belanghebbenden

Ik stel vast dat Vereniging Milieudefensie op grond van artikel 1:2, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb) als belanghebbende kan worden aangemerkt, zodat ik het handhavingsverzoek op grond van artikel 1:3, derde lid, van de Awb kan aanmerken als een aanvraag om een handhavingsbesluit.

Bevoegdheid

Op grond van artikel 1.3, vijfde lid, van de Wnb en de bij algemene maatregel van bestuur (Besluit Natuurbescherming) aangewezen categorieën van handelingen ben ik, in plaats van Gedeputeerde Staten van de provincies Gelderland en Friesland, bevoegd tot vergunning verlening op grond van artikel 2.7, tweede lid, van de Wnb en tot handhaving op grond van artikel 7.2, tweede lid, onderdeel a, van de Wnb.

Achtergrondinformatie

Op 5 september 2019 ontving ik een eerste verzoek tot handhaving. In deze brief verzocht u mij op te treden tegen het Verkeersbesluit Aanpassing van de maximumsnelheid op delen van autosnelwegen in beheer bij het Rijk, Staatscourant 15 december 2016, nr. 70410 (Verkeersbesluit 2016). Het handhavingsverzoek had betrekking op de vier trajecten, A15, A7, A28 en A2. Bij brief van 24 februari 2020, kenmerk DGNVLG / 19311545 heb ik afwijzend beslist op dit verzoek. U heeft op dit afwijzingsbesluit een pro forma bezwaar ingediend en bij brief d.d. 24 april 2020 heeft u uw bezwaarschrift aangevuld. Het bezwaarschrift is afgewezen en de bezwaren zijn ongegrond verklaard.

U heeft in uw bezwaarschrift van 24 april 2020 een nieuw handhavingsverzoek gedaan om handhavend op te treden tegen, in dit geval, het Verkeersbesluit 2012. Dit heeft u gedaan omdat het eerste handhavingsverzoek betrekking had op het verkeersbesluit van 15 december 2016, en dit besluit heeft niet tot een snelheidsverhoging geleid voor de trajecten A15 en A7. De maximumsnelheid voor deze trajecten is reeds bij besluit van 2012 verhoogd naar 130 km/uur. Het verkeersbesluit van 2012 heeft wel tot een snelheidsverhoging van 120 km/uur naar 130 km/uur geleid.

Bij e-mail van 25 mei 2020 is bevestigd dat op dit nieuwe verzoek, dat in het bezwaarschrift besloten lag, een afzonderlijk primair besluit zal worden genomen. Dit handhavingsbesluit is het besluit op het handhavingsverzoek dat in het bezwaarschrift van 24 april 2020 besloten lag.

Motivering handhavingsverzoek

U stelt dat de verhoging van de maximumsnelheid van deze trajecten met 10 km/u, in de avond en nacht, tot schade leidt aan de natuur en tot een verslechtering van de luchtkwaliteit in de dichtbijgelegen natuurgebieden.

U verzoekt mij om in geval er geen passende beoordeling is uitgevoerd en dus ook geen Wnb-vergunning is verleend, op grond van de wet natuurbescherming, handhavend op te treden tegen het Verkeersbesluit 2012 omdat de zekerheid ontbreekt dat de natuurlijke kenmerken van de betrokken gebieden niet worden aangetast.

Toetsingskader

In artikel 21, aanhef en onder a, van het RVV 1990 staat onder meer dat voor motorvoertuigen op autosnelwegen een maximumsnelheid van 130 km per uur geldt. Het betreft een algemene norm, waaraan alle weggebruikers zich dienen te houden. Door het Verkeersbesluit 2012 wordt uitvoering gegeven aan de norm in het RVV 1990, door de maximumsnelheid op onderhavig traject in de avond en nacht in overeenstemming met die algemene norm te brengen. Het Verkeersbesluit 2012 heeft daardoor uitsluitend een normerend karakter en is derhalve een autonoom gevolg van de wijziging van het RVV 1990, dat per 1 september 2012 in werking trad. Dit in tegenstelling tot bijvoorbeeld een Tracébesluit, waarbij toestemming wordt verleend voor een bepaalde activiteit, namelijk een project dat wordt uitgevoerd. Een Tracébesluit maakt het mogelijk dat er op een traject kan worden gereden, maar het maakt niet inzichtelijk hoe hard er mag worden gereden, die normen zijn immers vastgelegd in het RVV 1990.

Kortom, er is geen sprake van een vergunningplicht, omdat het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990 (RVV 1990) evenals het Verkeersbesluit 2012 zien op een normering, namelijk hoe hard er maximaal gereden mag worden op de Nederlandse snelwegen. Het normeren is niet vergunningplichtig en er is dan ook geen sprake van een plan of project in de zin van de Wet natuurbescherming. Op grond van het vorenstaande is er geen plicht om een passende beoordeling van de gevolgen voor de Natura 2000-gebieden te maken, e.e.a. zoals bepaal wordt in artikel 2.8 van de Wnb.

Ik concludeer hiermee dat er geen sprake is van een overtreding waartegen kan worden gehandhaafd.

Besluit Ik wijs het door u ingediende handhavingsverzoek af.

Hoogachtend,

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

namens deze:

Kennisgeving

Conform artikel 3:41, eerste lid, van de Awb wordt dit besluit bekendgemaakt door toezending aan verzoeker.

 

Bezwaar

Tegen dit besluit staat op grond van de Algemene wet bestuursrecht voor een belanghebbende de mogelijkheid open een bezwaarschrift in te dienen. Een bezwaarschrift moet binnen zes weken na bekendmaking van dit besluit op de hieronder genoemde website worden ingediend bij:

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland

afdeling Juridische Zaken

Postbus 40219

8004 DE Zwolle

Het bezwaarschrift dient te zijn ondertekend en moet ten minste de volgende elementen bevatten:

  1. de naam en het adres van de indiener;

  2. de dagtekening;

  3. een omschrijving van het besluit waartegen het bezwaar gericht is, en

  4. de gronden van bezwaar.

Het is raadzaam een kopie van dit besluit bij het bezwaarschrift te voegen.

Publicatie

Op grond van artikel 8 van de Wet openbaarheid van bestuur zal het Ministerie van LNV onderhavig besluit openbaar maken. De besluiten op grond van de Wnb, waaronder onderhavige, zullen onder anonimisering van de persoonsgegevens geplaatst worden op https://puc.overheid.nl/natuurvergunningen.

Naar boven