Gelet op artikel 2, zesde lid, van de Kaderwet militaire pensioenen en op
artikel 13, tweede lid van het Besluit procedure geneeskundig onderzoek
blijvende dienstongeschiktheid en pensioenkeuring militairen;
Artikel 2
1. De vaststelling van de mate van invaliditeit bij verzoeken ingediend voor
de inwerkingtreding van deze regeling geschiedt aan de hand van de WPC-schaal.
2. Indien de toepassing van de in artikel 1 genoemde protocollen bij een
herkeuring na de datum van inwerkingtreding van deze regeling leidt tot een
lager invaliditeitspercentage blijft het oorspronkelijk vastgestelde
invaliditeitspercentage van kracht.
3. Het gestelde in het tweede lid blijft buiten toepassing indien het een
herkeuring betreft van een voorlopig vastgesteld invaliditeitspercentage.
4. Het gestelde in het derde lid blijft buiten
toepassing indien sprake is van een eerste keuring en een of meerdere
herkeuringen voor 1 juli 2008 en na die datum nog sprake is van een voorlopig
vastgesteld invaliditeitspercentage en het invaliditeitspercentage binnen een
relatieve bandbreedte van 20 procent stabiel is. In die situatie wordt op het
moment van herkeuring na 1 juli 2008 het voorlopig vastgesteld
invaliditeitspercentage omgezet in een definitief invaliditeitspercentage.
Toelichting
In het kader van een verbetering van de zorg voor militairen die zijn
geïnvalideerd ten gevolge van de uitoefening van de militaire dienst onder
buitengewone of daarmee vergelijkbare omstandigheden, b.v. tijdens uitzendingen,
is de afspraak gemaakt dat zij voortaan op één moment aan een
verzekeringsgeneeskundig onderzoek zullen worden onderworpen om de aanspraken
vast te kunnen stellen in het kader van de Wet inkomen naar arbeidsvermogen
(WIA) en de Kaderwet militaire pensioenen voor de vaststelling van het
invaliditeitspercentage voor het militair invaliditeitspensioen. Met de
uitvoerder van de WIA, het UWV, is overeengekomen dat de WIA/IP keuring door een
verzekeringsarts van het UWV en een verzekeringsarts van de uitvoerder van de
bijzondere defensieregelingen van het ABP, onder behoud van ieders eigen
verantwoordelijkheid, op één moment op één locatie zal plaatsvinden. Om deze
gecombineerde keuring te stroomlijnen is het protocol voor de
verzekeringsgeneeskundige beoordeling van arbeidsongeschiktheid, dienstverband
en invaliditeit bij militairen (WIA/IP Protocol) ontwikkeld.
Ingevolge artikel 13, eerste lid, van het Besluit procedure geneeskundig
onderzoek blijvende dienstongeschiktheid en pensioenkeuring militairen dient bij
de vaststelling van de mate van invaliditeit te worden uitgegaan van de War
Pensions Committee-schaal (WPC-schaal). De WPC-schaal kent geen bruikbare tabel
aan de hand waarvan een percentage invaliditeit kan worden vastgesteld voor
psychische aandoeningen met name wanneer sprake is van een posttraumatische
stress stoornis (PTSS). Daartoe is het onderhavige PTSS-protocol ontwikkeld. Dit
protocol vervangt hoofdstuk VII van de WPC-schaal. De WPC-schaal kent ook geen
bruikbare tabel om de mate van invaliditeit vast te stellen indien sprake van
medical unexplained physical symptoms/lichamelijk onverklaarde chronische
klachten (MUPS/LOK) . Daartoe is bijgaand MUPS/LOK Protocol ontwikkeld. Voor
beide protocollen geldt het WIA/IP protocol als uitgangspunt.
De protocollen zijn tot stand gekomen met behulp van externe deskundigen. Zij
zijn ook ter kennisname gepresenteerd aan de centrales van overheidspersoneel.
De Raad voor civiel-militaire Zorg en Onderzoek heeft de protocollen positief
beoordeeld en is van mening dat Defensie met deze protocollen op het gebied van
de verzekeringsgeneeskundige beoordeling van psychische invaliditeit en
lichamelijk onverklaarbare chronische klachten vooroploopt.
Voor de vaststelling van de mate van invaliditeit bij verzoeken om een
invaliditeitspensioen ingediend voor de inwerkingtreding van deze regeling
blijft de WPC-schaal van toepassing.
Verzoeken ingediend na die datum worden beoordeeld aan de hand van de nieuwe
protocollen. Daarnaast kan zich in de praktijk de situatie voordoen dat een
herkeuring na ingangsdatum van deze regeling met toepassing van een van de
genoemde protocollen leidt tot een lager invaliditeitspercentage. In die
situatie blijft het oorspronkelijk vastgestelde percentage van kracht. Deze
uitzondering geldt niet indien sprake is van een herkeuring in de situatie dat
sprake is van een voorlopig vastgesteld invaliditeitspercentage. Een voorlopig
invaliditeitspercentage wordt veelal vastgesteld in de situatie dat betrokkene
nog onder behandeling is, dan wel er nog geen sprake is van een medische
stabiele situatie. In genoemde situaties wordt ook geen bijzondere
invaliditeitsverhoging toegekend. Na afronding van die behandeling, dan wel het
bereiken van een medische stabiele situatie, kan het invaliditeitspercentage nog
wijzigen en in voorkomend geval een bijzondere invaliditeitsverhoging worden
toegekend.
De onderhavige protocollen worden middels deze ministeriele regeling
geformaliseerd. Artikel 13, tweede lid van het Besluit procedure geneeskundig
onderzoek blijvende dienstongeschiktheid en pensioenkeuring militairen biedt
daartoe de mogelijkheid. Ingevolge genoemd artikellid kan de Minister van
Defensie in bepaalde gevallen afwijken van de WPC-schaal, dan wel aanwijzingen
geven ter nadere invulling van de WPC-schaal. Onderhavige protocollen vormen die
aanwijzingen.
De formele ingangsdatum van deze regeling wordt gesteld op 1 juli 2008. Een
eerdere ingangsdatum is niet mogelijk aangezien de betrokken verzekeringsartsen
eerst geschoold moeten worden in het toepassen van de onderhavige protocollen.
Deze scholing wordt begeleid door externe deskundigen. Na verloop van tijd zal
de toepassing van de protocollen worden geëvalueerd.