Paragraaf 1 Algemene bepalingen
Artikel 1 Begripsbepalingen
In deze regeling wordt verstaan onder:
a. DAS: dutch army shop;
b. de PANT-procedure: de procedure Particuliere Aanschaffingen Nederlandse Troepen, bedoeld in
artikel 14 van deze regeling;
c. NASAG: Netherlands Armed forces Support Agency Germany;
d. NSU:
National Support Unit;
e. Hoofdkwartierenprotocol:
Protocol van 28 augustus 1952 nopens de rechtspositie van internationale
militaire hoofdkwartieren, ingesteld uit hoofde van het Noord-Atlantische
verdrag (Trb. 1953, nr. 11).
Artikel 2 Kring van rechthebbenden
1. De volgende personen, mits in het bezit van de NAVO-status, zijn gerechtigd
gebruik te maken van de belastingvrije permanente winkels van de DAS:
- de militair of burgerambtenaar in dienst van het ministerie van Defensie, die voor
de uitoefening van de dienst op het grondgebied van de Bondsrepubliek Duitsland
voor drie maanden of langer is geplaatst;
- de burgerambtenaar in dienst van de Stichting Bijzondere Scholen voor Onderwijs
op Algemene Grondslag III, die voor drie maanden of langer is geplaatst bij een
Nederlandse school die in de Bondsrepubliek Duitsland is opgericht ten behoeve
van de aldaar gelegerde Nederlandse strijdkrachten;
- de functionaris die voor drie maanden of langer op het grondgebied van de
Bondsrepubliek Duitsland in dienst is van de Stichting Algemene Militaire
Tehuizen, de Vereniging Koninklijke Nederlandse Militaire Bond Pro Rege of de
Stichting Jeugdwerk West-Duitsland;
- de in de Bondsrepubliek Duitsland wonende:
1° echtgenoot of echtgenote of,
2° persoon, bedoeld in artikel 1, derde lid, onderdeel a, onder 1° en 2°, van
het Algemeen militair ambtenarenreglement en artikel 4, eerste lid, onderdeel a,
onder 1° en 2°, van het Burgerlijk ambtenarenreglement defensie,
van een functionaris als bedoeld onder a tot en met c.
- een in de Bondsrepubliek Duitsland wonend kind van een functionaris als bedoeld
onder a tot en met c, dat van deze functionaris afhankelijk is voor zijn onderhoud;
- een in de Bondsrepubliek Duitsland inwonende naaste bloedverwant van een
functionaris als bedoeld onder a tot en met c, die financieel of om gezondsredenen
afhankelijk is van deze functionaris en zich met toestemming van de Nederlandse Minister
van Defensie op het grond gebied van de Bondsrepubliek Duitsland bevindt.
2. Een militair of lid van de civiele dienst van een van de andere staten, die partij is
bij de Aanvullende Overeenkomst van 3 augustus 1959, alsmede de wettige echtgenoot of
wettige echtgenote, die in het bezit is van de NAVO-status, is eveneens gerechtigd gebruik
te maken van de belastingvrije permanente winkels van de DAS.
2a. Indien een in de
Bondsrepubliek Duitsland gevestigd geallieerd hoofdkwartier niet zelf beschikt
over een belastingvrije winkel zijn de volgende categorieën van personen,
bedoeld in artikel 3, eerste lid, van het Hoofdkwartierenprotocol gerechtigd
gebruik te maken van de belastingvrije permanente winkel van de DAS indien deze
voor die personen de dichtstbijzijnde belastingvrije winkel van een krijgsmacht
is:
1° binnen de grenzen, bepaald in overeenkomsten tussen Supreme Headquarters
Allied Powers Europe en de Bondsrepubliek Duitsland, alle personen genoemd in
artikel 3, eerste lid onderdeel a, van het Hoofdkwartierenprotocol;
2° binnen de grenzen, bepaald door de Duitse autoriteiten, het bij dat
geallieerd hoofdkwartier tewerkgestelde civiele personeel en de gezinsleden als
bedoeld in artikel 3, eerste lid, onderdeel b en c, van het
Hoofdkwartierenprotocol.
3. De in het eerste lid bedoelde personen zijn gerechtigd gebruik te maken van het
bureau PANT mits wordt voldaan aan de voorwaarde dat de plaatsingstermijn minimaal 24
maanden bedraagt.
4. De Nederlandse militair of burgerambtenaar in dienst van het ministerie van
Defensie, die deelneemt aan een in de Bondsrepubliek Duitsland gehouden meerdaagse
oefening, of op dienstreis is dan wel voor de uitoefening van de dienst voor drie maanden
of korter is geplaatst op het grondgebied van de Bondsrepubliek Duitsland, is indien deze
in het bezit is van de NAVO-status, gerechtigd gebruik te maken van de belastingvrije
permanente en mobiele of tijdelijke winkels van de DAS.
Artikel 3 Controle bij aankopen
1. Aan de rechthebbende, bedoeld in artikel 2, eerste lid, mag
slechts worden verkocht nadat deze de NAVO-status heeft aangetoond
op de wijze, bedoeld in artikel 6 van de Regeling aanduiding NAVO-status.
2. Aan de rechthebbende,bedoeld in artikel 2, tweede lid, mag
slechts worden verkocht nadat deze de NAVO-status heeft aangetoond aan de hand
van een door de in artikel 2, tweede lid, bedoelde staat verstrekt document.
3. Aan de rechthebbende, bedoeld in artikel 2, lid 2a, mag
slechts worden verkocht nadat deze de status, bedoeld in het
Hoofdkwartierenprotocol heeft aangetoond aan de hand van een door het geallieerd
hoofdkwartier, bedoeld in artikel 2, lid 2a, verstrekt document.
4. Aan een rechthebbende, bedoeld in artikel 2, vierde
lid, mag slechts worden verkocht:
nadat deze de NAVO-status heeft aangetoond aan de hand van een
identiteitsbewijs ministerie van Defensie in combinatie met diens individuele
of collectieve reiswijzer; en
nadat door zorg van het personeel van de DAS registratie van
de aanschaf heeft plaatsgevonden.
Artikel 4 Rantsoenering
1. Met uitsluiting van de in artikel 2, eerste lid, onder e, genoemde rechthebbende
en de in artikel 2, vierde lid, genoemde dienstreiziger, kunnen door de in artikel 2
genoemde rechthebbenden gerantsoeneerde artikelen worden gekocht in de in artikel 7,
tweede lid, onder a, genoemde winkels conform de rantsoenering welke is
overeengekomen in de tussen de Duitse en de Nederlandse autoriteiten gesloten
administratieve overeenkomst.
2. Ter uitvoering van de tussen de Duitse en Nederlandse autoriteiten gesloten
administratieve overeenkomst wordt de aanschaf van gerantsoeneerde artikelen
geregistreerd.
Artikel 5 Maximum aanschafbedrag rechthebbende, bedoeld in artikel 2, vierde lid
Door een rechthebbende als bedoeld in artikel 2, vierde
lid, mag per verblijf als bedoeld in artikel 2, vierde lid, voor maximaal &eurol; 100
aan belastingvrije artikelen worden aangeschaft.
Artikel 6 Doel van de aanschaf
De belastingvrije aanschaf van artikelen door de in artikel 2, eerste tot en met derde lid,
bedoelde rechthebbenden is slechts toegestaan indien deze geschiedt met het oog op
eigen gebruik of verbruik in Duitsland.
Paragraaf 2 Taken en verantwoordelijkheden sleutelfunctionarissen DAS
Artikel 7 DAS
1. Er is een in de Bondsrepubliek Duitsland gevestigde DAS, die ressorteert onder
de commandant NASAG.
2. De DAS omvat de volgende onderdelen:
- de belastingvrije winkels in Rheindalen, Rodenbach, Neustadt a/d Weinstrasse, Münster en Zeven/Seedorf;
- de mobiele of tijdelijke winkels.
Artikel 8 Taken en verantwoordelijkheden sleutelfunctionarissen DAS
1. Het hoofd DAS is belast met de volgende taken:
- het met inachtneming van de aanwijzingen en richtlijnen van de commandant
NASAG geven van leiding aan de DAS;
- het houden van toezicht op de exploitatie en het beheer van de belastingvrije
permanente winkels en de mobiele of tijdelijke winkels;
- het houden van toezicht op de inkoop van de artikelen ten behoeve van de
belastingvrije permanente winkels en de mobiele of tijdelijke winkels;
- het opstellen en uitvoeren van het door de commandant NASAG goed te keuren
beleidsplan van de DAS;
- het opstellen en uitvoeren van het door de commandant NASAG goed te keuren
jaarplan van de DAS.
2. Het hoofd inkoop is met inachtneming van de aanwijzingen en richtlijnen van het
hoofd van de DAS belast met de inkoop van artikelen ten behoeve van de belastingvrije
permanente winkels en de mobiele of tijdelijke winkels.
3. Elke belastingvrije permanente winkel staat onder leiding van een bedrijfsleider
die met inachtneming van de aanwijzingen en richtlijnen van het hoofd van de DAS is
belast met het exploiteren en beheren van die belastingvrije permanente winkel.
4. De mobiele of tijdelijke winkels staan onder leiding van het hoofd ondersteuning
oefeningen die met inachtneming van de aanwijzingen en richtlijnen van het hoofd van de
DAS is belast met het exploiteren en beheren van de door het hoofd van de DAS
aangewezen mobiele of tijdelijke winkels.
Artikel 9 Aanschaf en vastlegging winkelassortiment
Het hoofd van de DAS stelt het winkelassortiment van de belastingvrije permanente
winkels en de mobiele of tijdelijke winkels vast. Daarbij wordt rekening gehouden met
lokale omstandigheden.
Artikel 10 Bepaling verkoopprijs
1. Het hoofd van de DAS stelt, met inachtneming van het tweede lid, voor alle
artikelen de verkoopprijzen vast.
2. De verkoopprijs van een artikel bestaat uit de volgende componenten:
- de inkoopprijs van het artikel; en
- een opslagpercentage ten behoeve van de exploitatie;
- een opslagpercentage ten behoeve van de reservering voor investeringen.
Artikel 11 Openingstijden winkels
Het hoofd van de DAS stelt de openingstijden van de belastingvrije permanente winkels,
de mobiele of tijdelijke winkels vast. Daarbij wordt rekening gehouden met lokale
omstandigheden.
Paragraaf 3 PANT-procedure
Artikel 12 Algemeen
De commandant NSU stelt de openingstijden van het onder
hem ressorterende bureau gemeentezaken vast.
Artikel 13 Taken en verantwoordelijkheden commandant NSU
Het commandant NSU is belast met de volgende taken:
- het met inachtneming van de aanwijzingen en richtlijnen van commandant
NASAG geven van leiding aan het bureau gemeentezaken dat is belast met de
uitvoering van de PANT-procedure;
- het registreren van aangeschafte artikelen op grond van de PANT-procedure.
- de controle op de uitvoering van de PANT-procedure.
Artikel 14 Belastingvrije aanschaf via PANT-procedure
1. De procedure volgens welke belastingvrije aankopen kunnen worden gedaan bij
civiele leveranciers door middel van de PANT-procedure, wordt vastgesteld door de
Bevelhebber der Landstrijdkrachten na overleg met de Duitse autoriteiten.
2. De gegevens van alle artikelen, die door middel
van de PANT-procedure worden aangeschaft, worden ten name van de in artikel 2, derde lid, genoemde
persoon geregistreerd.
3. Uitgesloten van de aankoop via de PANT-procedure zijn:
- levensmiddelen;
- artikelen bestemd voor kapitaalvorming;
- zaken die naar hun aard of bestemming onroerend zijn;
- verlening van diensten.
4. Aanschaf van motorrijtuigen door middel van de
PANT-procedure is alleen
mogelijk indien voor het motorrijtuig een BFG-registratie is afgegeven of deze naar
verwachting binnen vier weken wordt afgegeven.
Paragraaf 4 Controle, sancties en mandaat
Artikel 15 Controle
1. De commandant NASAG is belast
met de controle op de juiste naleving van deze regeling door de commandanten
NSU, de in artikel 8 bedoelde functionarissen, het winkelpersoneel en de
rechthebbenden.
2. Ten behoeve van de controle
door commandant NASAG brengt het hoofd Controller NASAG aan de commandant NASAG
minimaal tweemaal per jaar rapportage uit omtrent onderzoeken bij de bureaus
gemeentezaken van de NSU’s en bij de belastingvrije permanente, mobiele of
tijdelijk winkels.
3. Het hoofd van de DAS stelt
jaarlijks voor 1 april ten behoeve van de commandant NASAG een jaarverslag over
het afgelopen kalenderjaar op, dat is voorzien van een accountantsverklaring van
de directeur van de auditdienst defensie. Een exemplaar van dit verslag wordt
verzonden aan de Bevelhebber der Landstrijdkrachten.
4. De Bevelhebber der
Landstrijdkrachten draagt zorg voor een integrale controle op de juiste naleving
van deze regeling.
5.
De Minister van Defensie kan in voorkomend geval andere
instanties belasten met de controle op de juiste naleving van deze regeling.
Artikel 16 Sancties
In geval van handelen in strijd
met het bepaalde in deze regeling of in geval van misbruik of oneigenlijk
gebruik van de in deze regeling genoemde faciliteiten kan schriftelijk voor een
bepaalde duur van ten hoogste 12 maanden een rechthebbende de belastingvrije
aankoop worden ontzegd:
in de belastingvrije
permanente, de mobiele of tijdelijke winkels van de DAS¸ of
door middel van de
PANT-procedure.
Artikel 16a Mandaat
1. Aan commandant NASAG wordt
mandaat verleend tot het nemen van besluiten ter uitvoering van deze regeling
met uitzondering van een besluit als bedoeld in artikel 15, vijfde lid.
2. Ten
aanzien van het nemen van besluiten waarvan ingevolge het eerste lid mandaat is
verleend aan commandant NASAG kan deze schriftelijk aan door hem aan te wijzen
personen geheel of gedeeltelijk ondermandaat verlenen, tenzij het betreft een in
artikel 16 bedoeld besluit tot ontzegging welke een periode van drie maanden te
boven gaat.
Paragraaf 5 Slotbepalingen
Artikel 17 Intrekking oude regeling
De Regeling belastingvrije verkopen winkels BRD, 17 augustus 1981, directie juridische
zaken, afdeling administratiefrecht, nr. PZ 81/035/2278 (Laonr. 81016, codenr. 55.3/213
en Luonr. 65520, codenr. 23.1/47) wordt ingetrokken.
Artikel 18 Overgangsbepaling
1. Tot het tijdstip van inwerkingtreding van de administratieve overeenkomst geldt
met uitsluiting van de in artikel 2, eerste lid, onder e, genoemde rechthebbende en de in
artikel 2, vierde lid, genoemde dienstreiziger, dat door de in artikel 2 genoemde rechthebbenden gerantsoeneerde artikelen kunnen worden gekocht overeenkomstig de volgende
rantsoenering:
- een in de kazerne wonende rechthebbende: 10 pakjes sigaretten per week;
- een buiten de kazerne wonende rechthebbende: 10 pakjes sigaretten per week
en 5 flessen gedistilleerde drank, met een maximum van circa 1 liter per fles, per
maand;
- een met zijn gezin in de Bondsrepubliek Duitsland wonende rechthebbende
bovendien,
- ten behoeve van zijn echtgenote : 30 pakjes sigaretten per maand;
- ten behoeve van ieder ander gezinslid van 16 jaar en ouder:20 pakjes
sigaretten per maand;
In plaats van 2 pakjes sigaretten kan worden aangeschaft:
2. De aanschaf van gerantsoeneerde artikelen wordt geregistreerd.
Artikel 19 Inwerkingtreding
Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 1998 met uitzondering van artikel
4 dat inwerking treedt met ingang van de datum van inwerkingtreding van de
administratieve overeenkomst.
Artikel 20 Citeertitel
Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling winkelorganisatie Defensie in BRD.