Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 23/33941/GM, 12 oktober 2023, beroep
Uitspraakdatum:12-10-2023

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Nummer    23/33941/GM
    
            
Betreft    [Klager]
Datum    12 oktober 2023


Uitspraak van de beroepscommissie van de RSJ op het beroep van

[Klager] (hierna: klager)

 

1. De procedure
Klager heeft beroep ingesteld tegen het medisch handelen van de inrichtingsarts van de Penitentiaire Inrichting Dordrecht (hierna: de inrichtingsarts). Klager beklaagt zich erover dat hij – ondanks zijn klachten – niet arbeidsongeschikt is verklaard.

De medisch adviseur bij het ministerie van Justitie & Veiligheid heeft bemiddeld. Het bemiddelingsverslag bevindt zich in het dossier.

 

2. De ontvankelijkheid
Op grond van artikel 71d, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet dient het beroepschrift uiterlijk op de zevende dag na die van de ontvangst van het afschrift van de mededeling van de medisch adviseur te worden ingediend. 

De mededeling van de medisch adviseur is gedateerd 2 mei 2023. Het beroepschrift van klager is niet gedateerd. De door klager ingevulde toestemmingsverklaring voor toezending van het medisch dossier, die met het beroepschrift is meegestuurd, is gedateerd 11 mei 2023. Het beroepschrift is op 24 mei 2023 op het secretariaat van de Raad ontvangen. 

Het door de medische dienst van de PI Dordrecht overgelegde medische dossier houdt in als aantekening bij 3 mei 2023 en 22 mei 2023 respectievelijk: ‘IO Hfdz: terugkoppeling van MA; de medische dienst kijkt samen met de arbeid naar de juiste werkplek voor betrokkene. Dit lijkt mij de juiste weg’ en ‘IO Hfdz: (…) Had in antwoord op het advies MA zijn brief niet naar de RSJ maar naar mij gestuurd. Ik heb zijn brief alsnog naar de RSJ doorgestuurd’. 

Klager is bij brief van 13 juni 2023 verzocht toe te lichten wanneer hij het bemiddelingsverslag – de mededeling – van de medisch adviseur heeft ontvangen. Klager heeft daarop niet gereageerd. 

De beroepscommissie gaat ervan uit dat, mede vanwege het ontbreken van een toelichting van klager, klager net zoals de medische dienst op 3 mei 2023 en in ieder geval op 11 mei 2023 het bemiddelingsverslag van de medisch adviseur heeft ontvangen. Klager heeft het beroep ook niet binnen zeven dagen na 11 mei 2023 en dus niet tijdig ingesteld. 

Voorzover klager het beroepschrift bij het hoofd zorg in plaats van de beroepscommissie van de RSJ heeft ingediend, moet die omstandigheid voor rekening en risico van klager blijven. Van belang hierbij is dat in het verslag van bemiddeling (standaard) wordt vermeld dat als klager de klacht wil doorzetten hij of zij binnen zeven dagen beroep kan instellen bij de beroepscommissie van de RSJ met vermelding van het adres van de RSJ. De beroepscommissie zijn ook overigens geen feiten of omstandigheden gebleken die aanleiding kunnen geven voor het oordeel dat klager bij het door hem na afloop van de beroepstermijn ingediende beroepschrift redelijkerwijs niet in verzuim is. 

De beroepscommissie zal klager daarom niet-ontvankelijk verklaren in zijn beroep.

 

3. De uitspraak
De beroepsrechter verklaart klager niet-ontvankelijk in zijn beroep.


Deze uitspraak is op 12 oktober 2023 gedaan door de beroepscommissie, bestaande uit 
mr. drs. N.C. van Lookeren Campagne, voorzitter, drs. P.J.M. van Puffelen en 
drs. M.I. van den Baar-Vroon, leden, bijgestaan door mr. A. de Groot, secretaris.
 
 
secretaris    voorzitter
 

Naar boven