Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 23/34383/GB, 14 juli 2023, beroep
Uitspraakdatum:14-07-2023

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Nummer          23/34383/GB

              

Betreft [klager]

Datum 14 juli 2023

 

Uitspraak van de beroepscommissie van de RSJ op het beroep van

[klager] (hierna: klager)

 

1. De procedure

De Minister voor Rechtsbescherming (hierna: verweerder) heeft op 2 juni 2022 klager opgeroepen om zich op 19 juli 2022 te melden in de Penitentiaire Inrichting (PI) Lelystad, voor het ondergaan van 230 dagen gevangenisstraf.

 

Klager heeft daartegen bezwaar ingesteld. Verweerder heeft op 30 juni 2022 beslist om de zelfmeldoproep in de wachtstand te zetten in afwachting van een advies van de medisch adviseur van de afdeling Individuele Medische Advisering (hierna: de medisch adviseur). De medisch adviseur heeft op 13 juni 2023 advies uitgebracht waarin klager detentiegeschikt wordt geacht. Verweerder heeft op 14 juni 2023 het bezwaar ongegrond verklaard en klager opgeroepen om zich op 7 augustus 2023 te melden in de PI Zwolle, voor het ondergaan van 230 dagen gevangenisstraf.

 

Klagers raadsman, mr. D.C. Vlielander, heeft namens klager beroep ingesteld tegen deze beslissing.

 

De beroepscommissie heeft klager, zijn raadsman en verweerder in de gelegenheid gesteld hun standpunten schriftelijk (nader) toe te lichten.

 

De beroepscommissie heeft kennisgenomen van het beroepschrift, de reactie van verweerder en de overige stukken.

 

2. De standpunten in beroep

Standpunt van klager

Klager kan zich niet verenigen met het advies van de medisch adviseur. Zijn gezondheid blijft achteruitgaan. Klager bezoekt regelmatig de huisarts en het ziekenhuis voor behandelingen. Zijn klachten zijn vaak acuut en in de inrichting kan niet snel genoeg gereageerd worden op die klachten. Klager is ondertussen al 65 jaar en helaas betekent dit dat iedere bijkomende gezondheidsklacht kan leiden tot een kritische situatie.

 

Daarnaast moet onderzoek verricht worden naar de gezondheid van klagers partner. Zij heeft te kampen met forse gezondheidsproblematiek. Haar huisarts heeft een kort overzicht met de voornaamste gezondheidsproblemen van haar overgelegd. Klager is de enige persoon die voor zijn partner – die inmiddels zeventig jaar oud is – kan zorgen. Uit het advies van de medisch adviseur volgt dat klager te kampen heeft met ernstig financiële problematiek. Het is daardoor niet mogelijk om betaalde zorg te regelen. Klager vreest voor de gedachte dat hij voor een langere periode in detentie moet verblijven, terwijl zijn vrouw zonder de nodige zorg achterblijft.

 

Standpunt van verweerder

Als blijkt dat de medische zorg voor klager om welke reden dan ook niet geboden kan worden in de PI Zwolle, dan kan klager op medische indicatie worden geplaatst in het Justitieel Centrum voor Somatische Zorg te Scheveningen.

 

Dat klagers partner dusdanig ziek is dat zij verzorging nodig heeft, is wegens het ontbreken van onderliggende bewijzen niet getoetst. Uit het document van de huisarts komt niet naar voren dat er sprake is van een levensbedreigende situatie. Daarnaast heeft klager inmiddels een jaar de tijd gehad om vervangende zorg voor zijn partner te regelen. Tot slot kan aan klager, indien er sprake is van een gebeurtenis in de persoonlijke sfeer waarbij zijn aanwezigheid noodzakelijk is, incidenteel verlof voor humanitaire doeleinden worden verleend.

 

3. De beoordeling

De procedure voor zelfmelders is geregeld in hoofdstuk 2 van de Regeling tenuitvoerlegging strafrechtelijke beslissingen en hoofdstuk 2 van de Beleidsregels tenuitvoerlegging strafrechtelijke en administratiefrechtelijke beslissingen 2021.

 

Klager wil graag uitstel van zijn melddatum, omdat hij het niet eens is met het advies van de medisch adviseur, inhoudende dat hij medisch geschikt is, en omdat zijn partner afhankelijk is van hem in verband met haar gezondheidsklachten.

 

De situatie van klager

De beroepscommissie stelt voorop dat in een procedure als deze niet kan worden ingegaan op de medische juistheid van het advies van de medisch adviseur. De beroepscommissie oordeelt slechts over de redelijkheid en billijkheid van de bestreden beslissing. Voor zover daarin wordt verwezen naar een advies van de medisch adviseur, geldt dat verweerder in beginsel op de juistheid van het advies mag vertrouwen. Dit is slechts anders indien het advies onbegrijpelijk of onvolledig is, of in het geheel niet is onderbouwd.

 

De medisch adviseur acht klager blijkens het advies van 13 juni 2023 op medische gronden detentiegeschikt. De medisch adviseur heeft hierbij diverse medische informatie betrokken. Naar het oordeel van de beroepscommissie heeft verweerder zijn conclusie dat klager onder voorwaarden detentiegeschikt is en zijn straf kan ondergaan, redelijkerwijs kunnen baseren op het advies van de medisch adviseur.

 

De situatie van klagers partner

Uit de brief van 6 juli 2023 van de huisarts van klagers partner volgt dat de voornaamste medische aandoeningen van klagers partner bestaan uit hartklachten, longproblemen, polyartrose, een prikkelbaar darmsyndroom en een hernia in 2019. Klagers partner heeft bij de huisarts aangegeven dat klager het huishouden en de boodschappen doet, omdat zij dit niet kan. De beroepscommissie is van oordeel dat voornoemde informatie voor verweerder aanleiding dient te geven om klagers verzoek om uitstel, meer specifiek de medische situatie van klagers partner, opnieuw voor te leggen aan de medisch adviseur.

 

Voor zover verweerder aangeeft dat klager lang de tijd heeft gehad om een vervangende verzorger voor zijn partner te regelen, geldt dat uit het advies van de medisch adviseur van 13 juni 2023 volgt dat er sprake is van forse financiële problematiek.

 

Conclusie

Gelet op het voorgaande is de bestreden beslissing onvoldoende gemotiveerd. De beroepscommissie zal het beroep daarom gegrond verklaren en de bestreden beslissing vernietigen. Zij zal verweerder opdragen een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van deze uitspraak, nadat de medisch adviseur advies heeft uitgebracht over de noodzaak van klagers persoonlijke aanwezigheid bij zijn partner, in verband met haar medische situatie. Tot die tijd hoeft klager zich dus niet te melden. De beroepscommissie ziet geen aanleiding om aan klager een tegemoetkoming toe te kennen.

 

4. De uitspraak

De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond en vernietigt de bestreden beslissing. Zij draagt verweerder op een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van deze uitspraak nadat de medisch adviseur van de afdeling IMA advies heeft uitgebracht over de noodzaak van klagers persoonlijke aanwezigheid bij zijn partner, in verband met haar medische situatie. Zij kent klager geen tegemoetkoming toe.

 

Deze uitspraak is op 14 juli 2023 gedaan door de beroepscommissie, bestaande uitmr. A. Jongsma, voorzitter, F. van Dekken en mr. J.M.C. Louwinger-Rijk, leden, bijgestaan door mr. M. Olde Keizer, secretaris.

 

secretaris        voorzitter

Naar boven