Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 23/31423/GB, 11 mei 2023, beroep
Uitspraakdatum:11-05-2023

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Nummer          23/31423/GB

               

Betreft [klager]

Datum 11 mei 2023

 

Uitspraak van de beroepscommissie van de RSJ op het beroep van

[klager] (hierna: klager)

 

1. De procedure

Klager heeft een verzoek gedaan tot overplaatsing naar de gevangenis van de Penitentiaire Inrichting (PI) Dordrecht of van de PI Krimpen aan den IJssel.

 

De Minister voor Rechtsbescherming (hierna: verweerder) heeft dat verzoek op 2 januari 2023 afgewezen.

 

Klagers raadsvrouw, mr. A.B.M. Nohl, heeft namens klager beroep ingesteld tegen deze beslissing.

 

De beroepscommissie heeft klager, zijn raadsvrouw en verweerder in de gelegenheid gesteld hun standpunten schriftelijk (nader) toe te lichten.

 

De beroepscommissie heeft kennisgenomen van het beroepschrift, de reactie van verweerder en de overige stukken.

 

2. De standpunten in beroep

Standpunt van klager

Klagers familie en zijn vriendin kunnen klager niet komen bezoeken, aangezien zij over onvoldoende financiële middelen beschikken (zijn vriendin staat onder bewind), het voor de pleegouders van zijn broertje en zusje niet haalbaar is om hen te brengen en te halen en er sprake is van een lange reistijd met het openbaar vervoer. Klager wil daarom worden overgeplaatst naar de PI Dordrecht. Zijn tweede voorkeur is een overplaatsing naar de PI Krimpen aan den IJssel.

 

Klager staat bovendien ingeschreven in de gemeente Vlaardingen en hij zou daarom in een gevangenis in zijn woonomgeving, in het arrondissement Rotterdam, moeten worden geplaatst. Hij verblijft momenteel al bijna vier maanden in de PI Lelystad en had in de tussentijd al op de wachtlijst kunnen staan voor de PI Dordrecht of de PI Krimpen aan den IJssel.

 

Klager verzoekt om het beroep mondeling te mogen toelichten.

 

Standpunt van verweerder

Klager heeft op 8 november 2022 een beslissing voor plaatsing in de PI Lelystad ontvangen. Zijn ingediende bezwaar daartegen is op 3 januari 2023 ongegrond verklaard. Daarnaast heeft klager op 15 december 2022 een verzoek tot overplaatsing naar de PI Dordrecht ingediend. Dat verzoek is op 2 januari 2023 afgewezen.

 

Zowel de PI Dordrecht als de PI Krimpen aan den IJssel hebben een dermate lange wachtlijst, dat een overplaatsing vooralsnog niet mogelijk is. Een overplaatsing naar de PI Dordrecht is op dit moment ook niet aan de orde, omdat klager op grond van de orde, rust en veiligheid daar eind 2021 is weggeplaatst.

 

Er is onvoldoende grond aanwezig om klager op de wachtlijst van de PI Krimpen aan den IJssel te plaatsen. Klager heeft onvoldoende schriftelijk onderbouwd dat het bezoek niet tot reizen in staat is. Bovendien blijkt niet uit de stukken dat men vanuit jeugdzorg, dan wel vanuit het pleeggezin, voornemens is om klagers broertje en klagers zusje bij klager op bezoek te laten komen, indien klager geplaatst zou zijn in een inrichting dichter bij zijn woonplaats.

 

3. De beoordeling

Klager heeft verzocht het beroep mondeling te mogen toelichten. Dit verzoek is niet onderbouwd, terwijl de stukken voldoende informatie bevatten om het beroep te kunnen beoordelen. De beroepscommissie wijst het verzoek daarom af.

 

Klager verblijft op dit moment in de gevangenis van de PI Lelystad. Hij wil graag worden overgeplaatst naar de gevangenis van de PI Dordrecht of van de PI Krimpen aan den IJssel, omdat zijn familie en vriendin hem dan (makkelijker) kunnen bezoeken.

 

Op grond van artikel 25, zevende lid, van de Regeling selectie, plaatsing en overplaatsing van gedetineerden (hierna: de Regeling) wordt een gedetineerde die tot een gevangenisstraf is veroordeeld, in beginsel in het arrondissement van vestiging geplaatst. Als in dat arrondissement geen gevangenis is aangewezen of als daar geen plaats beschikbaar is, dan wordt de gedetineerde in een aanpalend arrondissement geplaatst. Gedetineerden die in het plusprogramma verblijven krijgen voorrang. Klagers vestigingsadres ligt in het arrondissement Rotterdam. De PI Dordrecht en de PI Krimpen aan den IJssel liggen in dit arrondissement, terwijl de PI Lelystad in een aanpalend arrondissement ligt. Klagers verzoek vindt dus steun in de Regeling.

 

Uit de stukken volgt dat klager niet kan worden overgeplaatst naar de PI Dordrecht, omdat hij daar eerder is weggeplaatst vanwege het verstoren van de orde, rust en veiligheid in de inrichting. Van enig belang dat zich tegen klagers (plaatsing op de wachtlijst voor een) overplaatsing naar de PI Krimpen aan den IJssel verzet, is niet gebleken. De einddatum van klagers detentie is pas in oktober 2025. Bij deze stand van zaken moet de bestreden beslissing als onredelijk en onbillijk worden aangemerkt. De beroepscommissie zal het beroep daarom gegrond verklaren en de bestreden beslissing vernietigen. Zij zal verweerder opdragen een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van deze uitspraak binnen een termijn van twee weken na ontvangst daarvan.

 

Nu klager van 2 januari 2023 tot en met de datum waarop verweerder een nieuwe beslissing moet nemen, ten onrechte niet in (of op de wachtlijst van) de PI Krimpen aan den IJssel heeft verbleven en hij onweersproken heeft gesteld dat hij in de PI Lelystad is verstoken van bezoek, zal de beroepscommissie hem een tegemoetkoming toekennen van  €200,-.

4. De uitspraak

De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond en vernietigt de bestreden beslissing. Zij draagt verweerder op een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van deze uitspraak binnen een termijn van twee weken na ontvangst daarvan. De beroepscommissie kent klager een tegemoetkoming toe van €200,-.

 

Deze uitspraak is op 11 mei 2023 gedaan door de beroepscommissie, bestaande uit mr. A. Jongsma, voorzitter, mr. M.F.A. van Pelt en drs. M.R. van Veen, leden, bijgestaan door mr. M. Olde Keizer, secretaris.

 

secretaris        voorzitter

Naar boven