Nummer 22/30655/GA
Betreft [Klager]
Datum 19 juni 2023
Uitspraak van de beroepscommissie van de RSJ op het beroep van
[Klager] (hierna: klager)
1. De procedure
Klager heeft beklag ingesteld tegen het niet doorgaan van zijn bezoek zonder toezicht (BZT) in de familiekamer.
De beklagcommissie bij de Penitentiaire Inrichting (PI) Alphen te Alphen aan den Rijn heeft op 21 november 2022 het beklag ongegrond verklaard (AR 2022/927). De uitspraak van de beklagcommissie is bijgevoegd.
Klager heeft tegen deze uitspraak beroep ingesteld.
Op 13 maart 2023 heeft mr. W.B.O. van Soest zich als raadsman in deze zaak gesteld.
Klager, zijn raadsman en de directeur van de PI Alphen (hierna: de directeur) hebben geen gebruik gemaakt van de gelegenheid om op de zitting van 16 maart 2023 in het Justitieel Complex Zaanstad te worden gehoord.
De beroepscommissie heeft op 16 maart 2023 een schriftelijke reactie van de directeur ontvangen, die ter kennisgeving naar klager en zijn raadsman zijn toegezonden.
2. De beoordeling
De directeur heeft te kennen gegeven dat klagers verzoek om BZT op 28 oktober 2022, in afwachting van het herhalings- en bevestigingsonderzoek na een positieve uitslag van een urinecontrole op 26 oktober 2022, tijdelijk stop is gezet. In afwachting van het herhalings- en bevestigingsonderzoek, die respectievelijk op 28 oktober en 3 november 2022 hebben plaatsgevonden, kon het BZT in de familiekamer op 28 oktober 2022 reeds de facto niet worden gerealiseerd en was in zoverre al sprake van een (impliciete) afwijzing van klagers verzoek. De (impliciete) afwijzing van klagers verzoek komt de beroepscommissie niet onredelijk of onbillijk voor. Er was immers op dat moment een positieve uitslag van een urinecontrole voorhanden. Indien het herhalings- en/of bevestigingsonderzoek overigens tot een andere uitslag zouden hebben geleid, dan had het op de weg van de directeur gelegen om BZT in de familiekamer – mits aan de overige voorwaarden ook werd voldaan – op een nieuw of extra moment toe te kennen.
Hetgeen in beroep is aangevoerd kan naar het oordeel van de beroepscommissie dan ook niet tot een andere beslissing leiden dan die van de beklagcommissie. Het beroep zal daarom ongegrond worden verklaard.
3. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagcommissie, met aanvulling van de gronden.
Deze uitspraak is op 19 juni 2023 gedaan door de beroepscommissie, bestaande uit mr. F. Sieders, voorzitter, mr. A.B. Baumgarten en mr. C.N. Dijkstra, leden, bijgestaan door mr. S.F.J.H. Niederer, secretaris.
secretaris voorzitter