Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 23/32121/SGB, 21 februari 2023, schorsing
Uitspraakdatum:21-02-2023

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Nummer          23/32121/SGB

               

Betreft [verzoeker]

Datum 21 februari 2023

Uitspraak van de voorzitter van de beroepscommissie van de RSJ op het verzoek van [verzoeker] (hierna: verzoeker)

 

1. De procedure

De Minister voor Rechtsbescherming (hierna: verweerder) heeft op 8 februari 2023 beslist verzoekers plaatsing in de Extra Beveiligde Inrichting (EBI) van de Penitentiaire Inrichting (PI) Vught met één jaar te verlengen op grond van artikel 6, eerste lid onder c. en d. van de Regeling selectie, plaatsing en overplaatsing van gedetineerden (hierna: de Regeling). Uit die beslissing vloeit op grond van de huisregels van de EBI de maatregel voort dat verzoekers vrouw en kinderen hem slechts mogen bellen vanuit een PI die op veertig kilometer afstand van hun woning ligt.

Verzoeker heeft tegen de verlengingsbeslissing beroep ingesteld. Daarnaast vraagt verzoeker om schorsing van de (verdere) tenuitvoerlegging van de daaruit voorvloeiende maatregel met betrekking tot het telefonisch contact met zijn gezin.

De voorzitter heeft kennisgenomen van de reactie van de directeur van de EBI en van verweerder op het schorsingsverzoek en voorts van het beroepschrift tegen de verlengingsbeslissing (23/32024/GB).

 

2. De ontvankelijkheid

De voorzitter overweegt dat de toezichtmaatregel met betrekking tot het telefonisch contact met verzoekers gezin niet kan worden aangemerkt als een verzoeker betreffende beslissing van de directeur als bedoeld in artikel 60, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet en evenmin als een beslissing van verweerder. De toezichtmaatregel moet naar het voorlopig oordeel van de voorzitter worden aangemerkt als een algemene regel die voor alle gedetineerden geldt die in de EBI verblijven op grond van artikel 6, eerste lid onder c. of d., van de Regeling. In beginsel kan verzoeker daarom niet worden ontvangen in zijn verzoek. Dit zou slechts anders zijn als deze algemene regel in strijd zou zijn met hogere wet- en regelgeving. Daarvan is naar het voorlopig oordeel van de voorzitter niet gebleken. Nu tegen een algemene regel geen beklag openstaat, kan daarvan ook niet om schorsing worden verzocht. Verzoeker kan daarom niet worden ontvangen in zijn verzoek.

 

3. De uitspraak

De voorzitter verklaart verzoeker niet-ontvankelijk in zijn verzoek.

 

 

Deze uitspraak is op 21 februari 2023 gedaan door mr. M.L. Plas, voorzitter, bijgestaan door de secretaris.

      

 

     voorzitter

Naar boven