Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 22/30742/STA, 7 december 2022, schorsing
Uitspraakdatum:07-12-2022

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Nummer          22/30742/STA

Betreft [Verzoeker]

Datum 7 december 2022

Uitspraak van de voorzitter van de beroepscommissie van de RSJ op het verzoek van [Verzoeker] (hierna: verzoeker)

1. De procedure

Het hoofd van het Centrum voor Transculturele Psychiatrie (CTP) Veldzicht te Balkbrug (hierna: de instelling) heeft beslist tot voortzetting van verzoekers verblijf op een afdeling voor intensieve zorg (de ICU-afdeling) op de ICU-C afdeling.

Verzoekers raadsman, mr. N. Hannaart, vraagt namens verzoeker om schorsing van de (verdere) tenuitvoerlegging daarvan.

De voorzitter heeft kennisgenomen van de reactie van het hoofd van de instelling op het schorsingsverzoek en van het klaagschrift (VE-2022-000168).

2. De standpunten

Standpunt van verzoeker
Verzoeker was toegezegd dat hij tot zijn overplaatsing naar een afdeling voor langdurige forensische en psychiatrische zorg (LFPZ) op de ICU-B afdeling zou blijven. Er is geen noodzaak om hem nu naar de ICU-C afdeling over te plaatsen. Hij liet op de ICU-B afdeling een positieve ontwikkeling zien en een nieuwe afdeling zou hem (te) erg ontregelen. Op de ICU-B afdeling heeft hij een vertrouwensrelatie met het personeel en de behandelaren opgebouwd. Op de ICU-C afdeling zou hem bovendien geen privilege in de vorm van een open deurenbeleid toekomen, terwijl er geen reden is gegeven om hem dit te ontnemen. Verder is op de ICU-C afdeling geen douche op cel beschikbaar en verblijven daar verwarde patiënten met psychoses. Dit is voor verzoeker geen goede plek. Hij heeft bovendien geen schriftelijke beslissing ontvangen en is niet gehoord. 

Standpunt van het hoofd van de instelling
Verzoeker heeft van de Interne Toetsingscommissie een ICU-indicatie gekregen en is op grond daarvan op de ICU-afdeling geplaatst. Dat betrof tot voor kort de ICU-B afdeling. De indicatie en plaatsing worden voortgezet, maar nu op de ICU-C afdeling. Tegen een dergelijke interne overplaatsing tussen ICU-afdelingen staat geen beklag en/of beroep open, zodat verzoeker niet-ontvankelijk in zijn verzoek dient te worden verklaard.

Gezien de aard en inhoud van verzoekers klachten is geen sprake meer van een vertrouwensrelatie. Hij heeft recent ten overstaan van de rechtbank hoge vijandigheid richting zijn hoofdbehandelaar getoond waarbij hij ook valse beschuldigingen richting het behandelteam heeft geuit. Verzoeker zit hoog in zijn signaleringsplan, zodat verdere beperking is aangewezen om de orde en veiligheid in de instelling te kunnen waarborgen. Verzoekers voorgeschiedenis laat zien dat hij één-op-één-begeleiding nodig heeft en dat hij groepsontwrichtend werkt. Op de kleinere groep op de ICU-C afdeling kan meer controle en toezicht worden uitgeoefend.   

3. De beoordeling

Het hoofd van de instelling heeft naar voren gebracht dat tegen de bestreden beslissing geen beklag openstaat. De voorzitter zal verzoeker evenwel in zijn verzoek ontvangen, nu – hoewel is beslist tot voortzetting van de ICU-plaatsing waartoe eerder is beslist – verzoeker (zo begrijpt de voorzitter) is overgeplaatst naar een ICU-afdeling met beperktere vrijheden dan die hij op de ICU-B afdeling genoot.

De voorzitter stelt voorop dat bij een verzoek om schorsing van de tenuitvoerlegging van een beslissing van het hoofd van de instelling slechts ruimte bestaat voor een voorlopige beoordeling. De zaak kan dus niet ten gronde worden onderzocht. De voorzitter beoordeelt alleen of de beslissing waartegen beklag is ingesteld in strijd is met een wettelijk voorschrift of dat deze zodanig onredelijk of onbillijk is dat er een spoedeisend belang is om op dit moment de (verdere) tenuitvoerlegging van die beslissing te schorsen. Naar het oordeel van de voorzitter is dat niet het geval.

Nu uit de door het hoofd van de instelling verstrekte informatie naar voren komt dat verdere beperkingen zijn aangewezen om de orde en veiligheid in de instelling te kunnen waarborgen en op de ICU-C afdeling meer controle en toezicht kan worden uitgeoefend, kan de beslissing tot overplaatsing van verzoeker van de ICU-B afdeling naar de ICU-C afdeling niet op voorhand als in strijd met de wet of als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt. De voorzitter zal het verzoek daarom afwijzen.

4. De uitspraak

De voorzitter wijst het verzoek af.

Deze uitspraak is op 7 december 2022 gegeven door mr. A.M.G. Smit, voorzitter, bijgestaan door Y.L.F. Schuren, secretaris.

secretaris        voorzitter

Naar boven