Onderwerp: Bezoek-historie

Aanstelling van geestelijke verzorgers
Geldigheid:18-07-2007 t/m 05-10-2017Status: Was geldig

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Aanstelling van geestelijke verzorgers

Gelet op artikel 168 van het Burgerlijk ambtenarenreglement defensie;

Vastst./Wijz datum Bron Nummer Wijz. t.a.v. Inwerkingtr. datum
12-06-96DAVBPAV7203/9600805401-07-96
18-07-07HDPP/2007019355Art. 1, 2 en 218-07-07

Artikel 1

In deze regeling wordt verstaan onder

a. geestelijke verzorger de ambtenaar bedoeld in artikel 1 van het Burgerlijk ambtenarenreglement defensie, die is aangesteld als geestelijk verzorger bij de krijgsmacht;

b. zendende instantie het bestuur of zijn gemachtigde van een kerkgenootschap of genootschap op grondslag van levensbeschouwing.

Artikel 2

1. In de akte van aanstelling tot geestelijk verzorger wordt de militaire rang vermeld waarmee deze in rang wordt gelijkgesteld.

2. Een aanstelling tot geestelijk verzorger vindt niet plaats, voordat de zendende instantie schriftelijk haar goedkeuring daaraan heeft gehecht.

3. Aan de in het tweede lid bedoelde goedkeuring kunnen bepalingen en bedingen worden verbonden die als aanstellingsvereisten gelden.

4. Een schriftelijke intrekking door de zendende instantie van de in het tweede lid bedoelde goedkeuring staat gelijk aan het verlies van een aanstellingsvereiste.

5. Op een aanstelling tot geestelijk verzorger is de leeftijdsgrens zoals beschreven in artikel 7, zevende lid van het Burgerlijk ambtenarenreglement defensie niet van toepassing.

Artikel 3

De aanstelling als geestelijk verzorger laat onverlet de eigen verantwoordelijkheid en bevoegdheid van de zendende instantie en de eigen verantwoordelijkheid en bevoegdheid, welke aan de functie verbonden is.

Artikel 4 Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 juli 1996

Naar boven