Regeling processen-verbaal inzake aan militairen overkomen ongevallen
Regeling ter uitvoering van :
- artikel 147 van het Algemeen militair ambtenarenreglement (Stb. 1982, 279);
- artikel 103 van het Reglement rechtstoestand dienstplichtigen (Stb.1982,
280).
Vastst./Wijz datum | Bron | Nummer | Wijz. t.a.v. | Inwerkingtr. datum |
06-05-85 | DMPZ/P&W | PZ 85/113/2195 | | 07-05-85 |
| School voor NBCDBV (via DAVB) | 862-05 | art. 5 | |
Ingetrokken (zie Regeling proces-verbaal van ongeval en rapportage medische
aangelegenheden, dd. 19-12-1997, P97008670).
De regeling blijft van kracht ten aanzien van ongevallen die voor 1 januari 1998 hebben plaatsgevonden.
Artikel 1
In deze regeling wordt verstaan onder:
a. militairde militaire ambtenaar als bedoeld in artikel
1, lid 1, onder c, van het AMAR
en de dienstplichtige als bedoeld in artikel 1, lid 1, onder c, van het RRDpl,
met dien verstande dat daar ook onder wordt verstaan de militair aan wie
buitengewoon verlof van lange duur met behoud van militaire inkomsten is
verleend.
b. eenheideen schip of een inrichting der zeemacht, een zelfstandige formatie mariniers, een compagnie, batterij, eskadron, squadron, dienst, bedrijf of een
zelfstandig detachement dan wel een overeenkomstige eenheid.
c. commandantde commandant van een eenheid.
Artikel 2
1. Van elk ongeval dat aan een militair in werkelijke dienst tijdens de uitoefening
van de dienst is overkomen, wordt zo spoedig mogelijk een proces-verbaal opgemaakt. De militair is verplicht, zodra hij daartoe redelijkerwijze in staat is, kennis te
geven van een hem overkomen ongeval als voorbedoeld aan zijn commandant.
2. Van elk ongeval dat aan een militair in werkelijke dienst is overkomen en
waarvan niet reeds op grond van het vorige lid een proces-verbaal is opgemaakt,
wordt op verzoek van de militair zo spoedig mogelijk een proces-verbaal opgemaakt.
Indien de militair tot het doen van een dergelijk verzoek niet in staat is, wordt door de
zorg van de commandant, zo hij van het ongeval kennis draagt, ambtshalve een
proces-verbaal opgemaakt.
3. In geval een militair, die in werkelijke dienst is, overlijdt tengevolge van een
hem overkomen ongeval, wordt door de zorg van de commandant een proces-verbaal
opgemaakt. Hetzelfde geldt ingeval van vermissing van een militair in werkelijke
dienst.
Artikel 3
1. Door de commandant wordt een functionaris aangewezen die belast wordt
met het opmaken van het proces-verbaal.
2. De functionaris maakt inzake het onderzoek een proces-verbaal in vijfvoud
op, hetwelk ten minste aan de volgende eisen dient te voldoen:
a. In de linkerbovenhoek van het proces-verbaal dient het registratienummer
van de militair aan wie het ongeval is overkomen te worden vermeld.
b. Van de militair aan wie het ongeval is overkomen dienen voorletters, naam,
registratienummer en/of marinenummer, kazerne/eenheid, datum opkomst,
datum klein c.q. groot verlof alsmede huisadres en adres eenheid te worden
vermeld. Voorts dient te blijken of de militair behoort tot het beroeps-, het
reserve- of het dienstplichtig personeel, onder vermelding van zijn rang of
stand alsmede de datum, tijdstip en plaats van het ongeval. De verklaring van
betrokkene moet gegevens bevatten betreffende de omstandigheden waaronder en de mogelijke oorzaken waardoor het ongeval is ontstaan. In geval
de militair is overleden wordt in plaats van een verklaring hiervan aantekening gemaakt.
c. Indien mogelijk dienen de verklaringen van twee ooggetuigen (onder vermelding van voorletters, naam, rang of stand, registratienummer en/of marinenummer, categorie) te worden opgenomen. Uit deze verklaringen moet duidelijk blijken wat zij zelf uit eigen waarneming kunnen meedelen en eventueel
wat hen uit inlichtingen door anderen of uit anderen hoofde omtrent oorzaken
en invloeden bekend is. Indien geen ooggetuigen aanwezig zijn geweest,
moet dat nadrukkelijk worden vermeld. Voorts moet in dat geval worden
vermeld of aan anderen omtrent het ongeval iets bekend is en zo ja, wat.
d. De functionaris, belast met het opmaken van het proces-verbaal doet mededeling van zijn bevindingen, waarbij hij behalve al hetgeen hij nader ter zake
meent te moeten opmerken, onder meer vermeldt:
1. bij een ongeval de militair overkomen op weg van zijn vaste woon- of
verblijfplaats naar de plaats waar hij zijn dienst moet verrichten v.v.
- of zich bij het ongeval omstandigheden hebben voorgedaan
welke zijn terug te voeren tot een relatie met de dienst;
- of, wanneer het een dienstplichtige c.q. dienstplichtig reservist
betreft, betrokkene met verlof of roostervrij ging of van verlof of
roostervrij terugkeerde, een en ander rechtstreeks langs de
meest gebruikelijke route en op de meest gebruikelijke wijze
van de plaats van tewerkstelling naar zijn vaste woon- of
verblijfplaats v.v.;
- of de dienstplichtige c.q. dienstplichtige reservist aan wie een
ongeval tijdens het woon- werkverkeer is overkomen voorziet in
eigen huisvesting en ontheven is van de verplichting, tot vergoeding van kosten voor huisvesting en voeding van Rijkswege.
2. bij een ongeval tijdens vrijwillige sportbeoefening:
- of de militair al of niet heeft voldaan aan de voorwaarden waaronder die sportbeoefening blijkens de daarvoor geldende voorschriften wordt beschouwd als dienstverrichting.
e. De commandant vermeldt op het proces-verbaal -mede gelet op de bevindingen van de functionaris, belast met het opmaken- of het aan de militair
overkomen ongeval naar mijn mening wel of niet verband houdt met de
uitoefening van de militaire dienst. In beide gevallen dienst de commandant
zijn standpunt te motiveren.
f. De militaire arts of tandarts, door of namens wie de militair werd behandeld,
dient onder vermelding van plaats en tijdstip op het proces-verbaal -bij voorkeur in de Nederlandse taal- vast te leggen welk letsel de militair bij het
ongeval heeft opgelopen, alsmede alle bijzonderheden op medisch gebied
welke bij een latere beoordeling van de vraag of er sprake is van een dienstongeval van belang kunnen zijn. Tevens dient hij een toelichting te geven
wanneer de diagnose niet in overeenstemming is met de eigen verklaring van
betrokkene.
g. De commandant dient in geval van vermissing tevens te vermelden of er
redenen bestaan -en zo ja, welke- om aan te nemen dat de vermiste is overleden.
Artikel 4
Voor het op te maken proces-verbaal dient uitsluitend gebruik te worden gemaakt van
formulier "df 100", uitgevoerd conform het hieronder opgenomen model.
Artikel 5
1. Het proces-verbaal wordt in vijfvoud opgemaakt ten behoeve van:
1. Minister van Defensie, afdeling Pensioenen en Wachtgelden, Stafbureau juridische zaken, Postbus 4490, 6401 CZ Heerlen.
2.
- (voor de landmacht) IGDKL, afdeling Geneeskundige Aangelegenheden, Postbus 7000, 6460 NC
Kerkrade.
- (voor de luchtmacht) IGDKLu, Postbus 453, 3700 AL Zeist.
- (voor de marine) IGDZ, Postbus 20702, 2500 ES Den Haag.
3. Medisch geheim.
4. Betrokkene.
5. Archief eenheid.
2. Indien met betrekking tot het ongeval een proces-verbaal door de Koninklijke
Marechaussee is opgemaakt, dient hiervan een afschrift c.q. fotokopie bij het aan de
afdeling Pensioenen en Wachtgelden in te zenden proces-verbaal te worden gevoegd.
Artikel 6
1. Ingetrokken wordt de Ministeriële beschikking van 22 juni 1951, Directoraat
Personeel, afdeling Pensioenen en Wachtgelden, nummer 216538, laatstelijk gewijzigd bij Ministeriële beschikking van 27 oktober 1954, Directoraat Personeel, afdeling
Pensioenen en Wachtgelden, nummer P. 104.656 (opgenomen in land- en luchtmachtorder nummer 54264, codenummer 15/2).
2. Ingetrokken wordt punt 200 van circulaire zeemacht 1239 C, vastgesteld bij
Ministeriële beschikking van 24 april 1972, nummer 820153/226627.
Artikel 7
Deze beschikking kan worden aangehaald als "Regeling processen- verbaal inzake
aan militairen overkomen ongevallen."
Artikel 8
Deze beschikking treedt in werking met ingang van de datum van dagtekening.