Artikel 1 Begripsbepalingen
1. Voor de toepassing van deze beleidsregel wordt verstaan onder:
a. algemeen loopbaanpatroon
De in zijn algemeenheid voor een functieniveau geldende opeenvolging van functies en opleidingen, gericht op de opbouw van de gewenste kennis en ervaring.
b. bovenbouwperiode
De periode die direct volgt op de onderbouwperiode en aanvangt op de eerste dag dat een functie waaraan de rang van opperwachtmeester wordt vervuld. In deze periode is het mogelijk te specialiseren en onder voorwaarden over te gaan naar het management-development bestand.
b. deelfunctiegebied
Een indeling van de functies binnen een hoofdfunctiegebied op basis van overeenkomst in taakstelling en de te eisen materiedeskundigheid.
c. excellerend
Onder een excellerend functionaris wordt verstaan de militair die bovengemiddelde beoordelingen heeft en die op basis van functioneren en inschattingen van de korpscommandant c.q. een daarmede gelijkgestelde of hogere functionaris geschikt wordt geacht voor het vervullen van functies op een hoger niveau.
d. functie
Een in een organisatieschema vastgelegde afbakening van taken en verantwoordelijkheden door één functionaris te vervullen.
e. hoofdfunctiegebied
Een indeling van functies op basis van de hoofdtaakstelling. De KMAR kent de volgende hoofdfunctiegebieden:
• operatiën
• personeel
• logistiek
• financieel-administratief
f. HOOV
Hogere onderofficiers vorming
g. individueel loopbaanpatroon
Een op basis van het algemene loopbaanpatroon door de militair te vervullen reeks van functies en de te volgen opleidingen waarbij zoveel mogelijk rekening is gehouden met de specifieke wensen en capaciteiten van de militair.
h. loopbaanopleiding
De voor het betreffende functienuveau in het loopbaanpatroon voorgeschreven opleidingen en vormingen zoals bedoeld in de beleidsregel opleidingen Koninklijke marechaussee.
i. management development
Management development (MD) vormt het geheel van activiteiten dat is gericht op het systematisch onderkennen, selecteren, ontwikkelen en begeleiden van MD-talent voor het vervullen van de hoogste - gerelateerd aan de van toepassing zijnde categorie - functies binnen de eigen organisatie, op ministerieel niveau, bij andere krijgsmachtdelen en bij internationale (militaire) organisaties, opdat te allen tijde wordt zorg gedragen voor een tijdige vulling en goede vervulling van deze functies.
Onder de hoogste functies worden verstaan
- voor officieren komend uit het onderofficiersbestand:
de leidinggevende functies waaraan uiteindelijk de rang van kapitein is verbonden. Voor excellerend functionerende kapiteins bestaat de mogelijkheid functies te vervullen in de rang van majoor. - voor officieren:
functies waaraan de rang van kolonel of hoger is verbonden.
j. management development functies
Functies die in het kader van de verticale loopbaanontwikkeling noodzakelijk worden geacht voor het opdoen van ervaring door een MD-kandidaat.
k. MOOV
De Middelbare Onderofficiers Vorming die het tweede deel van de onderofficiersopleiding en de derde fase van de initiële opleiding vormt
l. onderbouwperiode
De periode die aanvangt na de initiële opleiding en waarin de basiskennis van de militair wordt uitgebreid. Deze periode wordt afgesloten door de secundaire vorming.
m. overgangsmogelijkheid
De mogelijkheid in aanmerking te komen voor de toewijzing van functies op een ander (hoger) functieniveau op grond van het voldoen aan de voor dit functieniveau vastgelegde vooropleidingseisen en de vereiste militaire opleiding.
n. secundaire vorming
de opleiding die plaats vindt aan het einde van de onderbouwperiode en gericht is op het verkrijgen van de benodigde kennis en vaardigheid om functies te vervullen in de bovenbouwperiode.
o. specialisatie
Specialisatie is een tewerkstelling volgens een individueel loopbaanpatroon binnen een subfunctiegebied. Specialisatie wordt uitsluitend toegepast binnen die subfunctiegebieden waar het behoud van de specifieke kennis en/of ervaring vereist is.
p. specialist
Een militair die een individueel loopbaanpatroon volgt binnen een voor specialisatie in aanmerking komend subfunctiegebied.
q. startfunctie
Een functie die als eerste functie wordt verricht na de initiële opleiding respectievelijk de Omscholings-cursus; in deze functie past de militair de basiskennis in de praktijk toe.
r. subfunctiegebied
Een indeling van functies binnen een deelfunctiegebied op basis van overeenkomst in de te eisen materiedeskundigheid