Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ R-19/2887/GA, 29 oktober 2019, beroep
Uitspraakdatum:29-10-2019

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

nummer:          R-19/2887/GA

betreft: [klager]                                   datum: 29 oktober 2019

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. J. Serrarens, namens […], verder te noemen klager, gericht tegen een uitspraak van 11 februari 2019 van de beklagcommissie bij de penitentiaire inrichting (p.i.) Alphen te Alphen aan den Rijn, alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep die in afschrift aan deze uitspraak is gehecht. De beroepscommissie heeft de directeur in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager alsmede zijn raadsvrouw mr. J. Serrarens om het beroep schriftelijk toe te lichten. Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1.         De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie

Het beklag betreft de omstandigheid dat klager zijn bezoek moet ontvangen in een spreekkamer waarbij direct en permanent toezicht wordt gehouden (AR 2018/673). De beklagcommissie heeft het beklag ongegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2.         De standpunten van klager en de directeur

Namens klager is in beroep het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht. Klager beschouwt het directe en permanente toezicht op zijn bezoek, en dus ook op zijn gesprekken, als een onnodige en te vergaande inbreuk op zijn privacy en die van zijn bezoekers. Als gevolg hiervan komen de relaties van klager, die eerder in de p.i. Sittard wel op bezoek kwamen, niet meer bij klager op bezoek. Het is juist dat klager ermee instemt dat zijn bezoek niet plaatsvindt in de bezoekzaal, maar in een spreekkamer aangezien klager in verband met vrees voor agressie van derden jegens hem op de lijst staat voor Gedetineerden met een Vlucht- en Maatschappelijk Risico (GVM-lijst). Klager acht het echter niet nodig dat er permanent visueel toezicht wordt gehouden op zijn bezoek. In de p.i. Sittard ontving klager ook bezoek in de spreekkamer, maar daar werd geen permanent visueel toezicht op de gesprekken gehouden. Het klopt dat ook tijdens regulier bezoek in de bezoekzaal direct toezicht wordt gehouden op de gedetineerden en hun bezoek, maar dit is volgens klager niet te vergelijken met het in zijn geval intensievere toezicht. Klager wordt slechts door één enkele medewerker geobserveerd die geen andere mensen behoeft te observeren en die op korte afstand van klager en zijn bezoek zit. Aangezien er andere methoden zijn om te voorkomen dat de veiligheid van klager, van zijn bezoek en van de overige gedetineerden dan wel dat de rust en veiligheid in de p.i. Alphen worden geschonden, is de beslissing van de directeur niet redelijk. De directeur heeft in beroep het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht. Klager maakte zich zorgen over de veiligheid van zijn bezoekers, waaronder zijn vriendin. Nu klager een status in het kader van de GVM-lijst heeft, is de directeur klager tegemoet gekomen door zijn reguliere bezoekmomenten te laten plaatsvinden buiten die van de geplande momenten op zijn afdeling. Klager wordt in de gelegenheid gesteld om zijn bezoek in een spreekkamer te ontvangen, apart van de overige gedetineerden. Een aantal keren heeft een medewerker toezicht gehouden door in dezelfde spreekkamer plaats te nemen. Om de reden dat dit zowel door klager als door zijn bezoek als zeer onwenselijk is ervaren en teneinde klager meer privacy te geven, wordt er nu toezicht gehouden vanachter een raam. Iedere gedetineerde mag eenmaal per maand bezoek zonder toezicht aanvragen. De reguliere bezoekaanvragen vinden in de regel plaats in een bezoekzaal. Bij deze reguliere bezoekmomenten wordt er toezicht gehouden op de zaal door middel van personeelsleden en camera’s. Nu de spreekkamer hierin niet voorziet, is besloten om een medewerker vanuit een naastgelegen spreekkamer door een glazen ruit toezicht te laten houden. De directeur heeft te kennen gegeven dat hij contact heeft gehad met zijn collega van de p.i. Sittard en dat zij heeft aangegeven dat klager geen reguliere bezoekmomenten zonder toezicht heeft gehad. De directeur acht tot slot enige vorm van toezicht bij regulier bezoek noodzakelijk, net zoals dat voor alle andere gedetineerden in de inrichting geldt.

3.         De beoordeling

Vanuit veiligheidsoverwegingen vinden klagers reguliere bezoekmomenten plaats in een spreekkamer in plaats van in de bezoekzaal tezamen met overige gedetineerden. Klager heeft hiermee ingestemd, omdat hij vreest voor agressie van anderen en het niet wenselijk acht dat zijn bezoekers in aanraking komen met medegedetineerden en hun bezoekers. Het bezoek vindt plaats in een spreekkamer en vanuit een naastgelegen spreekkamer wordt er toezicht gehouden vanachter een glazen raam. Het gaat hier om de reguliere bezoekmomenten waarop, net zoals bij de overige gedetineerden, toezicht wordt gehouden. Dat klager niet aan deze reguliere momenten kan deelnemen uit veiligheidsoverwegingen, rechtvaardigt niet dat klager helemaal geen toezicht meer behoeft te hebben. Toezicht op bezoek is er immers niet alleen voor de veiligheid van klager en zijn bezoek, maar ook om de orde, rust en veiligheid binnen de inrichting te kunnen waarborgen. Dat er enige vorm van toezicht moet zijn op het reguliere bezoek van klager is dan ook niet onredelijk. De stelling van klager dat hij in de p.i. Sittard bezoek zonder permanent visueel toezicht ontving, kan, nog daargelaten dat deze wordt bestreden, hieraan niet afdoen. Wat er in beroep is aangevoerd, kan dan ook naar het oordeel van de beroepscommissie niet tot een andere beslissing leiden dan die van de beklagcommissie. Het beroep zal daarom ongegrond worden verklaard.

4.         De uitspraak

De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagcommissie, met aanvulling van de gronden.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. A. van Holten, voorzitter, en mr. R.H. Koning en mr. D. van der Sluis, leden, in tegenwoordigheid van mr. M.S. Ferenczy, secretaris, op 29 oktober 2019.

 

secretaris        voorzitter

 

Naar boven