Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ R-18/1805/GA, 24 juli 2019, beroep
Uitspraakdatum:24-07-2019

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

nummer:          R-18/1805/GA

betreft: [klager]            datum: 24 juli 2019

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. W. Hendrickx, namens […], verder te noemen klager, gericht tegen drie uitspraken van 23 juli 2018 van de alleensprekende beklagrechter bij de penitentiaire inrichting Zwaag te Hoorn, betreffende a. de weigering van klagers bezoek op 23 maart 2018 (ZW-2018-168);

b. het openmaken van klagers etenswaren tijdens de spitactie op 23 maart 2018 (ZW-2018-169);

c. het niet kunnen meenemen van etenswaren wegens de overplaatsing van klager op 26 maart 2018 (ZW-2018-170), alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraken waarvan beroep die in afschrift aan deze uitspraak is gehecht. De beklagrechter heeft het beklag ongegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraken weergegeven. De beroepscommissie heeft de directeur in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager alsmede zijn raadsman mr. W. Hendrickx om het beroep schriftelijk toe te lichten. Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1.         De beoordeling

a. en c. Hetgeen in beroep is aangevoerd kan naar het oordeel van de beroepscommissie niet tot andere beslissingen leiden dan die van de beklagrechter. Het beroep zal derhalve ongegrond worden verklaard.

b. Onweersproken is vast komen te staan dat klagers – al dan niet reeds geopende – etenswaren zijn doorzocht tijdens de spitactie op 23 maart 2018. De beroepscommissie acht aannemelijk geworden dat klager hiervan last heeft ondervonden. Het beroep zal gegrond worden verklaard en de beroepscommissie zal een tegemoetkoming van € 5,= toekennen voor het door klager geleden ongemak.

2.         De uitspraak

De beroepscommissie verklaart het beroep ten aanzien van a. en c. ongegrond en bevestigt in zoverre de uitspraken van de beklagrechter.
Zij verklaart het beroep ten aanzien van b. gegrond, vernietigt in zoverre de uitspraak van de beklagrechter en verklaart het beklag alsnog gegrond. Zij bepaalt dat aan klager een tegemoetkoming toekomt van € 5,=.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit  mr. A. van Holten, voorzitter, J. Schagen MA en mr. T.B. Trotman, leden,  in tegenwoordigheid van mr. S.C. Vogel, secretaris, op 24 juli 2019.

 

secretaris        voorzitter

 

 

Naar boven