Onderwerp: Bezoek-historie

Detachering van werknemers: Relatie met de werkgever (SB2140)
Geldigheid:31-08-2012 t/m 13-05-2014Versie:vergelijk Status: Was geldig

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Beleidsregel

Artikel 12, eerste lid, Verordening (EG) nr. 883/2004 veronderstelt een band tussen de werknemer en de werkgever die hem detacheert. Uit het arrest van het Hof van Justitie EU in de zaak Manpower volgt dat de aanwezigheid van een dergelijke band afhankelijk is van de intensiteit van de arbeidsrechtelijke relatie tussen de werkgever en de werknemer. In Besluit nr. A2 van de Administratieve Commissie, waarin nadere interpretatieregels zijn opgenomen voor de toepassing van onder meer artikel 12, eerste lid, is deze jurisprudentie nader uitgewerkt. Blijkens dit besluit dient sprake te zijn van een 'rechtstreekse relatie' tussen de werknemer en de werkgever. Om het bestaan van een dergelijke relatie vast te stellen, dient een reeks van elementen in aanmerking te worden genomen, met name de verantwoordelijkheid inzake aanwerving, arbeidsovereenkomst, ontslag, vaststelling van de aard van de werkzaamheden en beloning.

Door de SVB wordt een rechtstreekse relatie in ieder geval aangenomen indien gedurende de periode van uitzending aan alle volgende voorwaarden wordt voldaan:

  • de arbeidsovereenkomst met de uitzendende werkgever blijft bestaan.
  • het salaris wordt direct of indirect betaald door de uitzendende werkgever.
  • ten behoeve van de werknemer worden premies voor de volksverzekeringen en de werknemersverzekeringen afgedragen.

Indien aan de hand van deze criteria niet tot een duidelijk oordeel kan worden gekomen, beoordeelt de SVB het bestaan van de rechtstreekse relatie tussen werknemer en uitzendende werkgever op basis van een meer algemeen beeld van de intensiteit van de arbeidsrechtelijke relatie tussen de werknemer en de werkgever. De SVB weegt hiertoe alle relevante feiten en omstandigheden, waaronder met name de vraag of de detacherende werkgever in beginsel zeggenschap heeft over de volgende zaken:

  • de aard van het werk;
  • de arbeidsvoorwaarden;
  • de vakantiedagen en het salaris;
  • het recht de werknemer te ontslaan;
  • het garant staan voor de nakoming van de contractuele verplichtingen.

Daarnaast wordt in de beoordeling betrokken:

  • het van toepassing blijven van de pensioenregeling van de detacherende werkgever op de betrokkene;
  • het bestaan van een zogenaamde terugkeergarantie, dat wil zeggen een toezegging van de werkgever dat de werknemer na afloop van de uitzending zijn werkzaamheden weer kan hervatten.

Toepassing van deze voorwaarden brengt veelal met zich dat zogenaamde concerndetacheringen, waarbij sprake is van uitzending naar een in een andere lidstaat gevestigde dochteronderneming, onder het bereik van artikel 12, eerste lid, Verordening (EG) nr. 883/2004 vallen. Ook uitzending van werknemers door uitzendbureaus kan in beginsel onder het bereik van de detacheringsbepalingen worden gebracht.

Grondslag

De tekst van de beleidsregels internationaal is afgesloten naar de stand van de wetgeving en jurisprudentie op 1 mei 2012. De tekst van de overige delen van de beleidsregels (het deel AOW, Anw, AKW, Remigratiewet, MKOB, TOG, TAS en TNS, en de delen Awb en Overige onderwerpen) is niet aangepast.

artikel 12, lid 1 Vo.883/2004, artikel 14, lid 1 Vo. 987/2009en punt 1 Besluit nr. A2
van de Administratieve Commissie

Besluit beleidsregels internationaal SVB 2012

Wet- en regelgeving

  • Vo. 883/2004
  • Vo. 987/2009
  • Besluit nr. A2 van de Administratieve Commissie
Naar boven