Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 16/2681/SGA, 3 augustus 2016, schorsing
Uitspraakdatum:03-08-2016

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer : 16/2681/SGA
Betreft : [klager] datum: 3 augustus 2016

De voorzitter van de beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen verzoekschrift, ingediend door mr. P. Figge, namens

[...], verder verzoeker te noemen, verblijvende in de penitentiaire inrichting (p.i.) Groot Alphen te Alphen aan den Rijn.

Verzoeker vraagt om schorsing, met toepassing van artikel 66, eerste lid, van de Pbw, van de (verdere) tenuitvoerlegging van de beslissing van de directeur van voormelde inrichting
- zo verstaat de voorzitter - 30 juli 2016, inhoudende de oplegging van een disciplinaire straf van veertien dagen opsluiting in een strafcel, ingaande op 30 juli 2016 om 14.30 uur en eindigend op 13 augustus 2016 om 14.30 uur, wegens het aantreffen
van
contrabande in verzoekers verblijfsruimte.

De voorzitter heeft voorts kennisgenomen van de mededeling van secretaris van de beklagcommissie dat het schorsingsverzoek tevens wordt aangemerkt als klaagschrift en van de schriftelijke inlichtingen van de directeur van 3 augustus 2016.

1. De beoordeling
De voorzitter stelt voorop dat in het kader van het verzoek om schorsing van de tenuitvoerlegging van een beslissing van de directeur slechts ruimte bestaat voor een voorlopige beoordeling en dat de zaak niet ten gronde kan worden onderzocht en
beslist.
Aan de orde is daarom slechts de vraag of de beslissing waartegen beklag is ingediend in strijd is met een wettelijk voorschrift dan wel zodanig onredelijk of onbillijk is dat er een spoedeisend belang is om thans over te gaan tot schorsing van de
(verdere) tenuitvoerlegging van die beslissing. Naar het oordeel van de voorzitter is dat het geval.

Op grond van artikel 50, eerste lid, van de Pbw deelt de medewerker of ambtenaar die voornemens is verslag te doen aan de directeur, dit aan de gedetineerde mede. Vast staat dat dit niet is gebeurd maar dat de directeur het verslag – kort voor de
afhandeling
daarvan – aan verzoeker heeft aangezegd. Deze vorm van aanzegging voldoet – naar het voorlopig oordeel van de voorzitter – niet aan de bedoeling van de wetgever. Het aanzeggen van het verslag heeft, naast de zogenaamde dagvaardingsfunctie, ook de
functie om de betreffende medewerker in staat te stellen zijn beslissing om verslag te doen aan de directeur te heroverwegen. Dat daar in dit geval mogelijk geen gebruik van zou worden gemaakt, doet daaraan niet af. Er is daarom niet voldaan aan het
vereiste van aanzegging voorafgaand aan de strafoplegging.

Daarnaast dient, op grond van het bepaalde in artikel 58 van de Pbw, de mededeling van de strafoplegging onverwijld schriftelijk en ondertekend aan de gedetineerde te worden uitgereikt. Ook aan die eis is niet voldaan. De disciplinaire straf is –
blijkens de aantekening op het verslag – opgelegd op 30 juli omstreeks 14.30 uur en de mededeling is op 1 augustus 2016 omstreeks 12.45 uur aan verzoeker uitgereikt. Nu onder onverwijld in de bepaling van artikel 58 van de Pbw in beginsel een termijn
van maximaal 24 uur moet worden volstaan en er – naar het voorlopig oordeel van de voorzitter – geen feiten of omstandigheden aannemelijk zijn geworden die een langer tijdsverloop dan die 24 uur zouden kunnen rechtvaardigen, is de mededeling te laat
uitgereikt.

Het vorenstaande bezien in onderling verband en samenhang, komt de voorzitter tot het voorlopig oordeel dat de bestreden disciplinaire straf is opgelegd in strijd met de wettelijke bepalingen van art 50 en 58 van de Pbw. Het verzoek komt daarom voor
toewijzing in aanmerking.

2. De uitspraak
De voorzitter wijst het verzoek toe en schorst de beslissing van de directeur met onmiddellijke ingang tot het moment dat de beklagcommissie op het onderliggende klaagschrift zal hebben beslist.

Aldus gedaan door mr. A.G. Coumans, voorzitter, in tegenwoordigheid van mr. H.M.J.D. Maes, secretaris, op 3 augustus 2016.

secretaris voorzitter

Naar boven