Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 15/1762/GB, 6 oktober 2015, beroep
Uitspraakdatum:06-10-2015

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 15/1762/GB

Betreft: [klager] datum: 6 oktober 2015

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. W.S. Korteling, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 3 juni 2015 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de beslissing waarvan beroep.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft klagers verzoek tot plaatsing in een zeer beperkt beveiligde inrichting (z.b.b.i.) met aansluitend deelname aan een penitentiair programma (p.p.), een zogenaamd gestapeld traject, afgewezen.

2. De feiten
Klager is sedert 5 februari 2015 gedetineerd. Hij verblijft in de gevangenis van de locatie Zoetermeer te Den Haag.

3. De standpunten
3.1. Door klager en namens klager door mr. E.A. Blok en mr. W.S. Korteling is het beroep als volgt – zakelijk weergegeven – toegelicht. Op 2 juni 2015 is door de selectiefunctionaris besloten klager te selecteren voor plaatsing in een z.b.b.i. Deze
beslissing is nooit aan klager uitgereikt. Op 3 juni 2015 heeft de selectiefunctionaris zijn beslissing van 2 juni 2015 herzien en een negatieve beslissing genomen, vanwege een inmiddels bekend geworden positieve urinecontrole. Klager stelt zich op het
standpunt dat de selectiefunctionaris niet het positieve besluit had mogen herzien, aangezien de selectiefunctionaris al een beslissing had genomen. Het niet uitreiken van de beslissing doet hier niet aan af. De selectiefunctionaris was niet
beslissingsbevoegd, omdat de inrichting niet de opdracht heeft gegeven te beslissen over een nieuw verzoek. Klagers laatst afgenomen urinecontrole van 19 mei 2015 is positief op benzodiazepines en er was sprake van een te lage score op het
kreatininegehalte. Klager merkt in dit verband op dat hij op 30 april 2015 naar de reumatoloog is geweest en dat hij een goudinjectie heeft gekregen. De goudinjectie kan als bijwerking eiwitverlies in de urine hebben; hetgeen invloed kan hebben op de
kreatininewaarde. Op 11 mei 2015 is klager onder narcose geopereerd aan zijn achillespees. Klager heeft een aanzienlijke hoeveelheid medicijnen toegediend gekregen. Klager stelt zich op het standpunt dat sporen van zijn medicatie kennelijk zijn
aangetroffen in zijn urine. In het selectieadvies van de directeur van de locatie Zoetermeer wordt bevestigd dat de medicatie die klager van de medische dienst krijgt een positieve score op benzodiazepine veroorzaakt. Klager heeft in verband met zijn
operatie een spierverslapper gekregen, welke behoort tot de groep geneesmiddelen bekend onder de naam benzodiazepines. Klager is van mening dat de conclusie van het laboratorium in de mail van 26 juni 2015 niet juist is en dat de anesthesist hierover
uitsluitsel kan geven. Klager merkt verder op dat de reclassering, de politie en de vrijhedencommissie positief hebben geadviseerd voor de detentiefasering. Klagers gedrag tijdens detentie is goed en er zijn geen rapportages die wijzen op het gebruik
van drugs. Verder is klager inmiddels twee keer met verlof geweest. Er staat voor klager veel op het spel.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de afwijzing van genoemd verzoek als volgt – zakelijk weergegeven – toegelicht. Bij klagers verzoek tot plaatsing in een z.b.b.i. met aansluitend deelname aan een p.p., is door de politie en de vrijhedencommissie
positief geadviseerd. Echter, na indiening van dit verzoek bleek uit de uitslag van een urinecontrole na een verleend verlof, dat sprake is geweest van een positieve score op benzodiazepine en een te laag kreatininegehalte. Dit duidt op het gebruik van
verboden middelen. De vrijhedencommissie heeft naar aanleiding van deze positieve score haar positieve advies ingetrokken. De selectiefunctionaris merkt op dat aan de directeur van de inrichting is gevraagd of de voorgeschreven medicatie invloed heeft
gehad op de uitslag van de afgenomen urinecontrole. Uit dit onderzoek blijkt dat dit niet het geval is en dat klager verboden middelen heeft gebruikt, anders dan voorgeschreven door de inrichtingsarts.

4. De beoordeling
4.1. In zeer beperkt beveiligde inrichtingen of afdelingen kunnen gedetineerden worden geplaatst die een te verwaarlozen vlucht- of maatschappelijk risico vormen, aan wie een vrijheidsstraf van tenminste zes maanden is opgelegd, die in geval de
veroordeling onherroepelijk is ten minste de helft van de opgelegde vrijheidsstraf hebben ondergaan dan wel in geval de veroordeling nog niet onherroepelijk is een tijd in voorlopige hechtenis hebben doorgebracht waarvan de duur ten minste gelijk is
aan
de helft van de opgelegde gevangenisstraf, die beschikken over een aanvaardbaar verlofadres, die een strafrestant hebben van ten minste zes weken en ten hoogste zes maanden en die zijn gepromoveerd (wijziging van de Regeling selectie, plaatsing en
overplaatsing van gedetineerden (de Regeling) met ingang van 1 maart 2014, Stcrt. 2014, nr. 4617). In artikel 2, derde lid, van de Regeling wordt bepaald dat tevens voor plaatsing in een z.b.b.i. in aanmerking kunnen komen, gedetineerden ten aanzien
van
wie een door de selectiefunctionaris akkoord bevonden voorstel voor deelname aan een p.p. aanwezig is. Het verblijf in de z.b.b.i. direct voorafgaande aan de plaatsing in het p.p. duurt maximaal zes maanden.

4.2. Uitgangspunt is dat drugsgebruik een contra-indicatie vormt voor plaatsing in een z.b.b.i. met aansluitend deelname aan een p.p. Uit het selectieadvies van de locatie Zoetermeer van 27 mei 2015 blijkt dat klager bij een urinecontrole op 19 mei
2015 positief heeft gescoord op benzodiazepine. Op 9 juni 2015 is deze uitslag bevestigd door middel van een bevestigingsonderzoek. Door het laboratorium is desgevraagd aangegeven dat de positieve uitslag niet is veroorzaakt door de middelen vermeld op
de lijst met medicatie die klager in het ziekenhuis toegediend heeft gekregen. Nu echter in het selectieadvies is vermeld dat klager medicatie met benzodiazepine ontvangt van de medische dienst in de inrichting, valt naar het oordeel van de
beroepscommissie niet uit te sluiten dat de positieve uitslag hierdoor is veroorzaakt. Voorts is, anders dan de selectiefunctionaris stelt, geen sprake van een te laag kreatininegehalte nu in de stukken staat vermeld dat het kreatininegehalte meer dan
2
mmol/l bedraagt. Een kreatininegehalte van minder dan 2 mmol/l duidt op fraude. Van fraude is derhalve evenmin gebleken. Ook is door de selectiefunctionaris niet een onderbouwd negatief advies van de vrijhedencommissie overgelegd. Gelet op het
voorgaande en in aanmerking nemende klagers goede gedrag in de inrichting, dient de bestreden beslissing naar het oordeel van de beroepscommissie dan ook als onredelijk en onbillijk te worden aangemerkt. Het beroep zal dan ook gegrond worden verklaard,
de bestreden beslissing zal worden vernietigd en de selectiefunctionaris zal worden opgedragen een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van deze uitspraak binnen een termijn van twee weken na ontvangst daarvan. De beroepscommissie zal in een
afzonderlijke beslissing bepalen of enige tegemoetkoming geboden is.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond en vernietigt de bestreden beslissing. Zij draagt de selectiefunctionaris op een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van haar uitspraak binnen een termijn van twee weken na ontvangst daarvan. Zij
zal in een afzonderlijke beslissing bepalen of enige tegemoetkoming geboden is.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. M.J. Stolwerk,
voorzitter, mr. L.M. Moerings en mr. M A.G. Rutten, leden, in tegenwoordigheid van M.C. Coster, secretaris, op 6 oktober 2015

secretaris voorzitter
secretaris voorzitter

Naar boven