Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 15/0035/SGA, 14 januari 2015, schorsing
Uitspraakdatum:14-01-2015

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer : 15/0035/SGA
Betreft : [verzoeker] datum: 14 januari 2015

De voorzitter van de beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw), heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen verzoekschrift, ingediend door mr. M. de Reus, namens

[...], verder verzoeker te noemen, verblijvende in de locatie Hoogvliet te Rotterdam.

Verzoeker vraagt om schorsing, met toepassing van artikel 66, eerste lid, van de Pbw, van de
(verdere) tenuitvoerlegging van de beslissing van de directeur van voornoemde locatie, inhoudende de terugplaatsing van verzoeker van uit de extramurale fase van een ISD-maatregel naar een gesloten inrichting.

De voorzitter heeft voorts kennisgenomen van het klaagschrift van 12 januari 2015 alsmede van de schriftelijke inlichtingen van de directeur van 13 januari 2015.

1. De beoordeling
Verzoeker is op 2 december 2014 ingesloten in de locatie Hoogvliet. Voor die tijd verbleef hij in het kader van de extramurale fase van een aan hem opgelegde ISD-maatregel buiten de inrichting. Uit de inlichtingen van de directeur komt naar voren dat
aan verzoeker is gevraagd zich – naar aanleiding van signalen omtrent verzoeker – te melden bij de inrichting. De bevoegdheid heeft de directeur. Toen verzoeker zich vervolgens niet heeft gemeld, is verzoeker op de signaleringslijst geplaatst van
gedetineerden die als voortvluchtig worden aangemerkt. Naar het voorlopig oordeel van de voorzitter is het standpunt van de directeur, inhoudende dat door de plaatsing op de signaleringslijst verzoekers status extramuraal verblijvende gedetineerde komt
te vervallen, juist. Verzoeker heeft zich vervolgens op 2 december 2014 bij de inrichting gemeld en is toen – naar aanleiding van zijn signalering – ingesloten. Dat is, nog steeds naar het voorlopig oordeel van de voorzitter, geen beslissing van de
directeur als bedoeld in artikel 60, eerste lid, van de Pbw. Om die reden kan verzoeker niet worden ontvangen in zijn verzoek.

2. De uitspraak
De voorzitter verklaart verzoeker niet-ontvankelijk in zijn verzoek.

Aldus gedaan door mr. A.G. Coumans, voorzitter, in tegenwoordigheid van mr. H.M.J.D. Maes, secretaris, op 14 januari 2015.

secretaris voorzitter

Naar boven