Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 15/1595/GB, 4 augustus 2015, beroep
Uitspraakdatum:04-08-2015

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 15/1595/GB

Betreft: [klager] datum: 4 augustus 2015

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. N.A.F. van den Heuvel, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 21 mei 2015 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de beslissing waarvan beroep.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft klagers verzoek tot plaatsing in de zeer beperkt beveiligde inrichting (z.b.b.i.) van de locatie Ter Peel te Sevenum met aansluitend deelname aan een penitentiair programma (p.p.) (een zogenaamd gestapeld traject)
afgewezen.

2. De feiten
Klager is sedert 4 juni 2015 gedetineerd. Hij verblijft in de gevangenis van de locatie Sittard.

3. De standpunten en adviezen
3.1. Door en namens klager is het beroep als volgt toegelicht. De beslissing van het gerechtshof van 13 mei 2015 is onherroepelijk geworden. Klager is veroordeeld tot een gevangenisstraf van vijf jaren met aftrek voor afpersing en tweemaal een
poging
tot afpersing. De afstand tussen het verlofadres en de woonplaats van de slachtoffers bedraagt respectievelijk 6, 20 en 65 km. Gelet op deze ruime afstanden kan wel worden gesteld dat een confrontatie met de slachtoffers, zoals die onwenselijk wordt
beschouwd door de advocaat-generaal, uiterst onwaarschijnlijk is. Elektronisch toezicht met daarop een GPS-aansluiting biedt de mogelijkheid om klager te controleren op de plaatsen waar de slachtoffers wonen. Er is een positief advies van de
reclassering voorhanden en de politie geeft aan dat het een betrouwbaar verlofadres betreft. Klager wil bewijzen dat hij veranderd is. In de locatie Sittard kan hij zijn zoontje niet zien. Als hij had geweten dat het verlofadres te dichtbij was en dat
hij niet meerdere malen een verzoek zou kunnen doen, had hij gewacht met onderhavig verzoek.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de afwijzing van genoemd verzoek als volgt toegelicht. Op basis van de ontvangen rapportage, adviezen en aanvullende opgevraagde informatie bij de inrichting is het verzoek afgewezen. De advocaat-generaal achtte
vergaande vrijheid onwenselijk, gelet op de risicofactoren uit het reclasseringsrapport van 18 augustus 2013. Er bestond bezwaar tegen een stapeltraject omdat het hoger beroep over de serie ernstige berovingen waarvan klager verdacht werd, nog liep.
Vanwege de preventieve status van klager was het advies van de advocaat-generaal van doorslaggevende betekenis in de bestreden beslissing. De reclassering kan door de ontkennende houding van klager niet volledig doorvragen, waardoor de rapportage op
risico’s in de leefgebieden beperkter is. De delicten waarvoor klager inmiddels veroordeeld is hebben plaatsgevonden op korte afstand van het verlofadres. Volgens de advocaat-generaal is een confrontatie met de slachtoffers onwenselijk. In haar rapport
van 4 maart 2015 deelt de reclassering deze mening en stelt zij elektronisch toezicht met GPS voor. Het toepassen van een enkelband met GPS kan het gevaar echter niet uitsluiten, omdat met GPS alleen een locatieverbod gecontroleerd kan worden.

3.3. De reclassering adviseert in haar rapport van 4 maart 2015 positief voor een gestapeld traject gelet op de uitkomst van de statisch te onderzoeken factoren. Er is bij klager geen sprake van een delictpatroon. Hij beschikt over opvang, een
ondersteunend netwerk en perspectief op het gebied van werk/dagbesteding. Hij is inmiddels langere tijd abstinent van middelen en heeft in detentie succesvol deelgenomen aan een voor hem geïndiceerde Leefstijltraining. In het verleden werd klager
succesvol behandeld voor zijn verslavingsproblematiek. Er volgde een terugval nadat er problemen ontstonden in zijn relatie en klager zijn zoontje langere tijd niet mocht zien. Vanwege het zwijgrecht en ontkenning is er geen goede inschatting mogelijk
van het risico op recidive. De RISC toont op basis van de ingevulde scores echter een matig recidiverisico, hetgeen toe te schrijven is aan redelijk tot goede praktische omstandigheden, perspectief op het gebied van werk, een inmiddels lang aanhoudende
periode van abstinentie en de aanwezigheid van een ondersteunend netwerk. Ingeschat wordt dat er een laag/gemiddeld risico op het zich onttrekken aan voorwaarden is en dat er een kans bestaat op letselschade. Klager kan blijkens de informatie in zijn
dossier op momenten (verbaal) agressief worden. De reclassering sluit zich aan bij de bezwaren van het Openbaar Ministerie (OM) dat vergaande vrijheid in dit stadium onwenselijk is evenals een confrontatie met slachtoffers. De reclassering acht
elektronisch toezicht met GPS dan ook wenselijk voor de gehele duur van de detentiefasering.

4. De beoordeling
4.1. In zeer beperkt beveiligde inrichtingen of afdelingen kunnen gedetineerden worden geplaatst die een te verwaarlozen vlucht- of maatschappelijk risico vormen, aan wie een vrijheidsstraf van tenminste zes maanden is opgelegd, die in geval de
veroordeling onherroepelijk is ten minste de helft van de opgelegde vrijheidsstraf hebben ondergaan dan wel in geval de veroordeling nog niet onherroepelijk is een tijd in voorlopige hechtenis hebben doorgebracht waarvan de duur ten minste gelijk is
aan
de helft van de opgelegde gevangenisstraf, die beschikken over een aanvaardbaar verlofadres, die een strafrestant hebben van ten minste zes weken en ten hoogste zes maanden en die zijn gepromoveerd (wijziging van de Regeling selectie, plaatsing en
overplaatsing van gedetineerden met ingang van 1 maart 2014, Stcrt. 2014, nr. 4617).

4.2. Uit de stukken blijkt dat het OM bezwaar heeft tegen de plaatsing van klager in een z.b.b.i. in het kader van een gestapeld traject in verband met de ongewenste confrontatie met slachtoffers. De reclassering en de inrichting adviseren positief,
met toepassing van elektronisch toezicht met GPS. De beroepscommissie is van oordeel dat gelet op de afstand tussen het verlofadres en de woonplaats van de slachtoffers locatieverboden in combinatie met elektronisch toezicht met GPS de risico’s sterk
kunnen beperken.

4.3. Voorts blijkt uit de stukken niet dat er sprake is van verdere contra-indicaties voor plaatsing in een z.b.b.i. nu klager inmiddels in hoger beroep onherroepelijk is veroordeeld. Voor de beroepscommissie weegt zwaar het recente advies van de
reclassering van 4 maart 2015 om klager in aanmerking te laten komen voor een stapeltraject z.b.b.i. en p.p. met toepassing van elektronisch toezicht met GPS-aansluiting voor de periode van verblijf in de z.b.b.i. en tijdens deelname aan een p.p.

4.4. De op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris moet bij afweging van alle in aanmerking komende belangen als onredelijk en onbillijk worden aangemerkt. Derhalve dient de bestreden beslissing te worden
vernietigd. De selectiefunctionaris zal worden opgedragen een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van deze uitspraak binnen een termijn van twee weken na ontvangst daarvan. De beroepscommissie acht geen termen aanwezig voor het toekennen van
een
tegemoetkoming.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond en vernietigt de bestreden beslissing. Zij draagt de selectiefunctionaris op een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van haar uitspraak binnen een termijn van twee weken na ontvangst daarvan. Zij
kent klager geen tegemoetkoming toe.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. U. van de Pol,
voorzitter, mr. L.M. Moerings en mr. M.A.G. Rutten, leden, in tegenwoordigheid van
E.M. Breugem, secretaris, op 4 augustus 2015

secretaris voorzitter

Naar boven