Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 14/2540/TA, 25 november 2014, schorsing
Uitspraakdatum:25-11-2014

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 14/2540/TA

betreft: [klager] datum: 25 november 2014

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 67 van de Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden (Bvt) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

het hoofd van de Pompestichting te Nijmegen, verder te noemen de inrichting,

gericht tegen een uitspraak van 16 juli 2014 van de beklagcommissie bij genoemde inrichting, gegeven op een klacht van [...], verder te noemen klager,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 10 oktober 2014, gehouden in de penitentiaire inrichtingen Vught, is gehoord namens het hoofd van voormelde tbs-inrichting [...], juridisch medewerker bij de inrichting.

Klager heeft afstand gedaan van het recht ter zitting te verschijnen.

Zijn raadsvrouw mr. C. Van Oort heeft verzocht de behandeling van de zaak aan te houden omdat zij verhinderd was ter zitting te verschijnen.

Van het horen van [...] is verslag opgemaakt. Klager en zijn raadsvrouw zijn in de gelegenheid gesteld vóór 24 oktober 2014 schriftelijk op het verslag te reageren.

In een emailbericht van 24 oktober 2014 is medegedeeld dat mr. B.H.J. van Rhijn de zaak heeft overgenomen van klagers raadsvrouw en is een nadere termijn gevraagd om te kunnen reageren op het verslag. Mr. B.H.J. van Rhijn is tot en met 7 november 2014
in de gelegenheid gesteld op het verslag te reageren. Op het secretariaat van de Raad is geen reactie van de raadsman ontvangen.

Op grond van de stukken en haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag betreft de schending van klagers privacy.

De beklagcommissie heeft het beklag gegrond verklaard en klager ter zake geen tegemoetkoming toegekend op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten
Namens het hoofd van de inrichting is in beroep het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
Klager heeft zijn klacht ingediend omdat hij, toen zijn kamer ter controle werd betreden, lag te masturberen. Hij had eerder te kennen gegeven de groepsvergadering te willen bijwonen, maar verscheen niet toen die aanving. Vandaar dat op zijn deur is
geklopt en die deur is geopend, ook al had hij “nee” geroepen.
De controlemomenten gedurende de dag zijn niet expliciet opgenomen in de huisregels maar naast de in de huisregels vermelde controle tijdens de nacht staat ook dat “op indicatie” kan worden gecontroleerd en dat kan overdag. Controleren wanneer de
inrichting dat noodzakelijk acht, is inherent aan het beveiligende en handhavende karakter van de maatregel. Als er bijvoorbeeld een vermoeden is dat een verpleegde op zijn kamer aan het blowen is en hij de deur niet wil openmaken, dan moet toch
gecontroleerd kunnen worden.
Het Model huisregels justitiële TBS-inrichtingen draagt niet op de controlemomenten op te nemen in de huisregels. Het niet uitdrukkelijk opnemen in de huisregels op welke tijden controlemomenten plaatsvinden, levert niet automatisch een schending van
de
privacy op.
Voor de verpleegden is kristalhelder op welke vaste momenten wordt gecontroleerd; dat is steeds om 17.30 uur; alleen in geval van groepsvergaderingen wordt het controlemoment verschoven naar 17.00 uur. Klager is hiervan op de hoogte en had hier
rekening
mee kunnen houden. De onderhavige controle vond op dat tijdstip plaats, in dit geval vanwege klagers niet-verschijnen op de groepsvergadering. Dit valt onder het “op indicatie” controleren.

Door en/of namens klager is het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt in beroep niet toegelicht.

3. De beoordeling
Voor zover het eerder door klagers voormalige raadsvrouw, mr. C. van Oort, gedane verzoek om de behandeling van de zaak aan te houden nog steeds actueel zou zijn, overweegt de beroepscommissie dat de raadsvrouw, klager en klagers huidige advocaat in de
gelegenheid zijn gesteld schriftelijk te reageren op het verslag van de zitting van 10 oktober 2014 en van die mogelijkheid geen gebruik hebben gemaakt.
De beroepscommissie acht zich aan de hand van de stukken en de behandeling ter zitting voldoende ingelicht om op het beroep te beslissen en wijst het verzoek af.

Aannemelijk is geworden dat de controlemomenten gedurende de dag bij de verpleegden bekend zijn. Voorts is vast komen staan dat bij de aanvang van een groepsvergadering tijdens een gebruikelijk controlemoment omstreeks 17.00 uur door een medewerker op
klagers deur is geklopt en dat klager vervolgens ‘nee’ heeft geroepen. Vervolgens is klagers deur geopend en is hij hierbij “gestoord in zijn seksuele beleving”.

De beroepscommissie is van oordeel dat, gelet op de algemene taak van het hoofd van de inrichting de orde en de veiligheid in de inrichting te handhaven, dergelijke controles kunnen plaatsvinden. In dit geval had klager te kennen gegeven dat hij de
vergadering wenste bij te wonen en acht de beroepscommissie het niet onredelijk of onbillijk dat naar aanleiding van zijn niet-verschijnen bij die vergadering ter controle klagers kamerdeur is geopend in het belang van de orde en de veiligheid. Daaraan
kan niet afdoen dat in de huisregels wel de controles ’s nachts maar niet de controles overdag, zijn vermeld; de beroepscommissie merkt in dit verband op dat het “op indicatie” controleren, gelet op de tekst van de desbetreffende bepaling, alleen ziet
op nachtelijke controles.

De beroepscommissie zal gelet op het bovenstaande het beroep van het hoofd van de inrichting gegrond verklaren, de uitspraak van de beklagcommissie vernietigen en het beklag alsnog ongegrond verklaren.

Ten overvloede overweegt de beroepscommissie het volgende.
In artikel 6.2.3 van de huisregels is bepaald dat gedurende de uren bestemd voor de nachtrust in ieder geval eenmaal controle via het luikje plaatsvindt en dat dit op indicatie vaker kan gebeuren. Voor wat betreft de controlemomenten overdag zijn geen
bepalingen in de huisregels opgenomen. Hoewel controlemomenten als de onderhavige niet in de huisregels hoeven te worden opgenomen op grond van het Model huisregels justitiële TBS-inrichtingen, verdient het aanbeveling, in het geval een inrichting
ervoor kiest deze toch in de huisregels te vermelden, die vermelding niet te beperken tot controles gedurende de nacht.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond, vernietigt de uitspraak van de beklagcommissie en verklaart het beklag alsnog ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. A.M. van Woensel, voorzitter, mr. J.M.L. Niederer en drs. W.A.Th. Bos, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.S. van Gemert, secretaris, op 25 november 2014.

secretaris voorzitter

Naar boven