Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 12/3089/GB, 19 november 2012, beroep
Uitspraakdatum:19-11-2012

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 12/3089/GB

Betreft: [klager] datum: 19 november 2012

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. E.J.W.F. Deen, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 14 september 2012 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de beslissing waarvan beroep.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft klagers verzoek tot overplaatsing naar de penitentiaire inrichting (p.i.) Lelystad afgewezen.

2. De feiten
Klager is sedert 31 mei 2012 gedetineerd. Hij verbleef in het huis van bewaring (h.v.b.) van de locatie Torentijd te Middelburg. Op 18 oktober 2012 is hij overgeplaatst naar het Detentiecentrum Alphen aan den Rijn.

3. De standpunten
3.1. Namens klager is het beroep als volgt toegelicht.
Klager heeft per abuis zijn voorkeur uitgesproken voor overplaatsing naar de p.i. Lelystad. Het blijkt echter dat de p.i. Lelystad geen h.v.b. heeft. Het verzoek dient derhalve opgevat te worden als een verzoek om overplaatsing naar de p.i. Almere,
omdat de p.i. Almere wel een h.v.b. heeft. Indien overplaatsing naar de p.i. Almere niet mogelijk is, wil klager graag overgeplaatst worden naar een p.i. zo dicht mogelijk bij Almere.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de afwijzing van genoemd verzoek als volgt toegelicht.
Klager heeft op 29 augustus 2012 een verzoek tot overplaatsing ingediend. Het verzoek is op 14 oktober 2012 afgewezen. Op 12 oktober 2012 is klager geselecteerd voor overplaatsing naar het h.v.b. van het Detentiecentrum Alphen aan den Rijn. De
selectiefunctionaris verzoekt klager niet-ontvankelijk te verklaren in zijn beroep, omdat de gronden zijn komen te vervallen.

4. De beoordeling
De beroepscommissie overweegt dat uit de bestemmingsaanwijzing van 26 oktober 2010 volgt dat de p.i. Lelystad niet over een h.v.b. beschikt. De beslissing van de selectiefunctionaris tot afwijzing van klagers verzoek tot overplaatsing naar de p.i.
Lelystad kan derhalve niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt. Voorts merkt de beroepscommissie op dat klagers verzoek tot overplaatsing naar de p.i. Almere of een inrichting zo dicht mogelijk bij Almere buiten de beoordeling van de
beroepscommissie valt, nu klager dat verzoek eerst in beroep heeft gedaan. Het beroep zal derhalve ongegrond worden verklaard.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit
mr. J.A.M. de Wit, voorzitter, mr. L.M. Moerings en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in tegenwoordigheid van L.A.M. Karels, secretaris, op 19 november 2012

secretaris voorzitter

Naar boven