Onderwerp: Bezoek-historie

Recht op extra bedrag aan kinderbijslag voor thuiswonende kinderen met intensieve zorgbehoefte (SB1333 )
Geldigheid:27-05-2021 t/m Status: Geldig vandaag

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Beleidsregel

Artikel 7a AKW bepaalt dat een verzekerde recht kan hebben op een extra bedrag aan kinderbijslag voor thuiswonende kinderen die zijn aangewezen op intensieve zorg. Een van de voorwaarden hiervoor is dat de verzekerde gedurende het hele kalenderjaar recht had op een verdubbeling van het bedrag aan kinderbijslag en dat dit aan hem is uitbetaald. Met deze voorwaarde heeft de wetgever willen waarborgen dat het extra bedrag alleen wordt toegekend als het kind gedurende het volledige kalenderjaar was aangewezen op intensieve zorg. 

Als de dubbele kinderbijslag niet gedurende het volledige kalenderjaar aan dezelfde verzekerde ouder tot uitbetaling is gekomen, dan kan er bij een letterlijke toepassing van artikel 7a AKW geen recht op het extra bedrag bestaan. Volgens de SVB kan letterlijke toepassing van deze voorwaarde leiden tot een onredelijk resultaat, als gedurende een kalenderjaar een wisseling heeft plaatsgevonden in de ouder die de kinderbijslag heeft aangevraagd. Dit kan zich bijvoorbeeld voordoen bij co-ouderschap, echtscheiding of overlijden van een van de ouders. Daarom voert de SVB het volgende beleid.

Als gedurende het kalenderjaar de andere ouder aanvrager wordt van de kinderbijslag, dan kent de SVB het extra bedrag toe als:

  • het kind met de intensieve zorgbehoefte in het volledige kalenderjaar tot het huishouden van deze andere ouder heeft behoord;
  • gedurende het volledige kalenderjaar dubbele kinderbijslag voor dit kind is uitbetaald; en
  • is voldaan aan de overige voorwaarden die artikel 7a, tweede lid AKW stelt voor het recht op het extra bedrag aan kinderbijslag.

Toepassing van dit beleid kan er niet toe leiden dat twee ouders voor hetzelfde kind recht op het extra bedrag aan kinderbijslag hebben. Als beide ouders voldoen aan de hierboven genoemde voorwaarden, dan beoordeelt de SVB op de volgende manier aan welke ouder zij het extra bedrag toekent:

  • Als de ouders gezamenlijk een huishouden vormen, dan kent de SVB het extra bedrag toe aan de ouder die aanvrager van de kinderbijslag is op het moment dat het extra bedrag wordt uitbetaald;
  • In geval van co-ouderschap kent de SVB het extra bedrag toe aan de ouder wiens recht op dubbele kinderbijslag tot uitbetaling kwam in het laatste kwartaal van het kalenderjaar waarop het extra bedrag betrekking heeft.

Als het recht op dubbele kinderbijslag niet gedurende het volledige kalenderjaar tot uitbetaling is gekomen vanwege toepassing van de anti-cumulatieregels van Verordening (EG) nr. 883/2004, dan kan er bij een letterlijke toepassing van artikel 7a AKW geen recht op het extra bedrag bestaan. Naar het oordeel van de SVB kan er dan niettemin recht op het extra bedrag aan kinderbijslag bestaan, als de ouder aan alle overige voorwaarden voor dat recht voldoet.

Wet- en regelgeving

Naar boven