Ga direct naarInhoudofMenu
Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.
Onderstaande relaties zijn gevonden bij “document”. Bij klikken wordt een externe website met een relatieoverzicht geopend op overheid.nl.
Op grond van artikel 4:17 Awb verbeurt de SVB een dwangsom indien zij verzuimt een besluit te nemen binnen twee weken nadat zij schriftelijk in gebreke is gesteld wegens het overschrijden van de wettelijke beslistermijn. Van beslisverzuim is geen sprake als de wettelijke beslistermijn nog niet is verstreken. Als de SVB een ingebrekestelling ontvangt voor het verstrijken van de wettelijke beslistermijn, informeert zij de belanghebbende binnen twee weken dat op de dag van ontvangst van de ingebrekestelling nog geen sprake is van overschrijding van de beslistermijn. In afwijking van artikel 4:17 Awb merkt de SVB een schriftelijk stuk aan als een ingebrekestelling, indien dit stuk beoogt de SVB in gebreke te stellen en de SVB dit stuk ontvangt op de dag waarop de wettelijke beslistermijn eindigt.
Het maken van bezwaar tegen het uitblijven van een besluit - de zogenoemde fictieve weigering - is niet mogelijk. De SVB merkt daarom een bezwaarschrift gericht tegen het niet tijdig beslissen op een aanvraag aan als een ingebrekestelling in de zin van artikel 4:17 Awb. Evenzo merkt de SVB een klacht over het niet tijdig beslissen op een aanvraag of bezwaarschrift aan als een ingebrekestelling (zie CRvB 14 april 2011).
artikel 4:17 Awb
Besluit beleidsregels SVB 2016
Huidige versie: 6