Onderwerp: Bezoek-historie

Ingangsdatum vrijwillige verzekering AOW (SB1275)
Geldigheid:01-11-2017 t/m Versie:vergelijk Vergelijk met versie: 1: 14-05-2014 t/m 14-01-2015  X

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Beleidsregel

De mogelijkheid om na eindiging van de verplichte verzekering AOW de verzekering op vrijwillige basis voort te zetten, staat op grond van artikel 35, eerste lid AOW open voor de persoon die op de dag na de dag dat zijn verplichte verzekering eindigt de aanvangsleeftijd als bedoeld in artikel 7a AOW heeft bereikt. Artikel 35, eerste lid AOW bepaalt dat de vrijwillige verzekering ingaat op de dag na de dag dat de verplichte verzekering is geëindigd. Door de geleidelijke verhogingIn afwijking van de pensioenleeftijd kan dit voor jongeren betekenen dat zij zich vrijwillig moeten verzekeren over tijdvakken die niet zullen meetellen bijartikellid hanteert de berekening vanSVB voor bepaalde gewezen verzekerden het ouderdomspensioen. Dit doet zich in ieder geval voor alsbeleid dat de verplichtevrijwillige verzekering eindigt voor het bereiken vaningaat op de dag waarop de 17-jarige leeftijd, aangezien het pensioen zal worden berekend over de 50 jaren voorafgaande aan de leeftijd van 67 jaarfictieve aanvangsleeftijd wordt bereikt. Om deze reden wijktDe fictieve aanvangsleeftijd is de SVB van artikel 35, eerste lid AOW af indienhoogste aanvangsleeftijd die bekend is gemaakt. Deze afwijking geldt alleen voor de gewezen verzekerde die nog niet de fictieve aanvangsleeftijd heeft bereikt op de dag nadat zijn verplichte verzekering is geëindigd nog niet de hoogste in artikel 7a AOW vastgelegde aanvangsleeftijd heeft bereikt. De SVB hanteert in dat geval hetDit beleid dat de vrijwillige verzekering ingaat op de dag waarop de gewezen verzekerde die aanvangsleeftijd bereikt. Op deze wijze wordt voorkomenvoorkomt dat de gewezen verzekerdejongeren premie verschuldigd iszijn over tijdvakken waarvan bij voorbaat vaststaat dat deze niet worden meegeteld bij de berekening van het ouderdomspensioen. De periode van maximaal tien jaar waarover men zich vrijwillig kan verzekeren, vangt voor deze gewezen verzekerden aan op de dag waaropingangsdatum van de vrijwillige verzekering ingaat in plaats van op de dag na de dag waarop de verplichte verzekering is geëindigd.

Artikel 38 AOW regelt de mogelijkheid om bij aanvang van de verplichte verzekering tot 'inkoop' over te gaan van de achterliggende niet verzekerde periode. Op grond van artikel 38, eerste lid AOW vangt die vrijwillige verzekering aan op de aanvangsleeftijd als bedoeld in artikel 7a AOW die geldt op de eerste dag van de verplichte verzekering. De SVB hanteert ook bij de toepassing van artikel 38 AOW eveneens het beleid dat zij geen premies heft over tijdvakken waarvan wegens de geleidelijke verhogingdie liggen voor het bereiken van de pensioenleeftijd bij voorbaat vaststaat dat deze niet worden meegeteld bij de berekening van het ouderdomspensioenfictieve aanvangsleeftijd.

Grondslag

De tekst van de beleidsregels AOW, Anw, AKW, OBR, Remigratiewet, MKOB, Regeling niet-KOB-gerechtigden, TOG, TAS en TNS en de beleidsregels Internationaal is afgesloten naar de stand van de wetgeving op 31 december 2013 en de stand van de jurisprudentie op 21 februari 2014. De tekst van de overige delen van de beleidsregels (de delen Awb en Overige onderwerpen) is niet aangepast.

artikel 35, eerste lid, artikel 36, eerste lid, artikel 38 AOW

Besluit beleidsregelsWijzigingsbesluit Beleidsregels SVB 2013oktober 2017