Onderwerp: Bezoek-historie

De wijze van terugbetaling (SB1117)
Geldigheid:03-06-2007 t/m 14-06-2008Versie:vergelijk
Vergelijk versie 1 met:
Status: Was geldig

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Beleidsregel

Als te veel of ten onrechte is betaald wordt het bruto te veel of ten onrechte betaalde bedrag teruggevorderd. Artikel 24a AOW, artikel 54 Anw en artikel 24a AKW juncto artikel 17i AOW, artikel 45 Anw en artikel 17g AKW bepalen dat de terugvordering primair dient te worden geëffectueerd door verrekening van het bedrag van de terugvordering met een uitkering verstrekt door de SVB. Hierbij geldt dat te veel of ten onrechte betaald AOW-pensioen kan worden verrekend met nog uit te keren pensioen en dat te veel of ten onrechte betaalde Anw-uitkeringen of kinderbijslag kunnen worden verrekend met AOW-pensioen, Anw-uitkeringen en kinderbijslag. Teveel betaalde remigratievoorzieningen kunnen worden verrekend met later uit te betalen remigratievoorzieningen, AOW-pensioen of Anw-uitkeringen. De SVB interpreteert het voorschrift ten aanzien van verrekening van te veel of ten onrechte betaalde Anw-uitkering met kinderbijslag gelezen in samenhang met artikel 23 AKW (hier niet opgenomen) zo, dat verrekening van een uitkering ingevolge de Anw met kinderbijslag slechts mogelijk is voor zover de uitkering werd verstrekt aan of ten behoeve van het kind waarvoor kinderbijslag wordt uitbetaald.

Op grond van artikel 23, eerste lid, aanhef en onder c, van de AKW is de SVB bevoegd om te veel of ten onrechte betaalde kinderbijslag ten behoeve van een kind te verrekenen met de kinderbijslag voor andere kinderen van een verzekerde. Van deze bevoegdheid wordt geen gebruik gemaakt indien bezwaar tegen een dergelijke verrekening wordt gemaakt op grond van het feit dat de andere kinderen niet dezelfde ouders hebben. Hiermee wordt tegemoet gekomen aan de bedoelingen van de wetgever zoals verwoord in de memorie van toelichting op de wet waarmee de huidige tekst van artikel 23 in de AKW is opgenomen (TK 2003-2004, 29 513, nr. 3).

Als een schuldsaneringsregeling is uitgesproken op grond van de Wet schuldsanering natuurlijke personen stelt de rechter-commissaris een bedrag vast dat ter vrije beschikking blijft van de schuldenaar. In die gevallen stelt de SVB niet zelf de beslagvrije voet vast, maar hanteert zij het door de rechter-commissaris vastgestelde bedrag als beslagvrije voet

Het te veel of ten onrechte betaalde wordt teruggevorderd op basis van bruto bedragen. Indien echter verrekening van de ingehouden loonheffing kan plaatsvinden met de nog door de SVB aan de Belastingdienst af te dragen heffingen, wordt beleidsmatig het netto te veel betaalde bedrag teruggevorderd. Deze situatie doet zich slechts voor indien de terugvordering betrekking heeft op het lopende belastingjaar en voor zover terugbetaling geheel zal plaatsvinden in het lopende belastingjaar. Indien derhalve de periodieke verrekening zich zal uitstrekken over meer dan één belastingjaar zal de gehele verrekening bruto plaatsvinden.

Met betrekking tot de termijn of termijnen waarbinnen teruggevorderde bedragen moeten worden terugbetaald, en de wijze waarop het terugvorderingsbesluit bij niet tijdige betaling ten uitvoer wordt gelegd, heeft de SVB gedetailleerde nadere regels vastgesteld die met ingang van 1 januari 2002 als ministeriële regeling worden aangemerkt. Deze nadere regels zijn gebaseerd op artikel 24b AOW, artikel 55 Anw en artikel 24b AKW. Zij zijn neergelegd in het Besluit invordering boeten en onverschuldigd betaalde bedragen AOW, Anw en AKW. De regels gelden voor alle gevallen waarin het besluit tot terugvordering is genomen op of na 1 augustus 1996. Daarbij is niet van belang of de onverschuldigde betaling voor of na 1 augustus 1996 heeft plaatsgevonden. Op onverschuldigd betaalde AWW-pensioenen zijn de regels niet van toepassing.

In situaties waarin vóór 1 augustus 1996 een besluit tot terugvordering is genomen is het Besluit invordering boeten en onverschuldigd betaalde bedragen AOW, Anw en AKW niet rechtstreeks van toepassing. Dit besluit is evenmin van toepassing bij besluiten tot terugvordering op grond van de Remigratiewet. Een dergelijk terugvorderingsbesluit levert ook geen executoriale titel op. Voor zover de SVB in dergelijke gevallen pas na 1 augustus 1996 een besluit neemt inzake de wijze van terugbetaling hanteert zij daarbij wel de uitgangspunten van het besluit. In gevallen waarin de SVB reeds voor 1 augustus 1996 een besluit inzake de wijze van terugbetaling heeft genomen, blijft dit van kracht totdat de belanghebbende om herziening verzoekt.

Naar boven