Ga direct naarInhoudofMenu
Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.
Onderstaande relaties zijn gevonden bij “document”. Bij klikken wordt een externe website met een relatieoverzicht geopend op overheid.nl.
De SVB is op grond van de artikelen 17c, vierde lid AOW, 39, vierde lid Anw,17a, vierde lid AKW, 47g, vierde lid Participatiewet, 6b, vijfde lid Remigratiewet en 2aa Boetebesluit socialezekerheidswetten bevoegd af te zien van een bestuurlijke boete en in plaats daarvan een schriftelijke waarschuwing te geven. De SVB maakt van deze bevoegdheid gebruik als:
In de hiervoor beschreven gevallen legt de SVB toch een boete op als sprake is van een van de volgende bijkomende omstandigheden:
Als in deze gevallen geen sprake is van een benadelingsbedrag volgt uit artikel 2, elfde lid Boetebesluit socialezekerheidswetten dat de boete € 150,- bedraagt, tenzij een afwijkend bedrag noodzakelijk is voor de vaststelling van een evenredige boete. De SVB maakt gebruik van de mogelijkheid om een afwijkend bedrag vast te stellen en legt in deze gevallen een boete van € 40.
artikel 17c, vierde lid AOW, artikel 39, vierde lid Anw, artikel 17a, vierde lid AKW, artikel 47g, vierde lid Participatiewet, artikel 6b, vijfde lid Remigratiewet en artikel 2aa Boetebesluit socialezekerheidswetten
Wijzigingsbesluit Beleidsregels SVB oktober 2017
Huidige versie: 10