Beschrijving
Beleidsregels (05 2010) > AOW, Anw, AKW, Remigratiewet, TOG 2000, TAS en TNS > Recht op uitkering > AOW en Anw > Overgangsvoordelen AOW > Gezinsleden en nagelaten betrekkingen van werknemers en zelfstandigen die onder de
personele werkingssfeer van Vo. 1408/71 vallen
Informatietype en toegang
- Informatietype
- Informatie over uitvoering
- Documentsoort
- Beleidsregel niet in wetten.nl
- Toegangsrechten
- Extern
Identificatie, datum en versie
- Identificatie
- PUC_1052_20
- Versie
- 4
- Datum beschikbaarheid
- 17-10-2013
-
Geldigheid van
- 17-06-2010
-
tot en met
- 24-08-2011
- Wijzigingsdatum
- 29-03-2017
Herkomst en taal
- Titel
- Gezinsleden en nagelaten betrekkingen van werknemers en zelfstandigen die onder de personele werkingssfeer van Vo. 1408/71 vallen (SB1052)
- Organisatie
- Sociale Verzekeringsbank
- Auteur
- SVB
- Taal
- Nederlands
- Beleidsregelnummer
- SB1052
- Jaargang
- 2010
Versie informatie document
Publicatie op SVB Beleidsregels:
Huidige versie: 4
Datum beschikbaarheid huidige versie: 17-10-2013 (vanaf dit moment beschikbaar op SVB Beleidsregels)
Datum document:
Beleidsregel
De nationale overgangsvoordelen AOW worden ook toegekend aan gezinsleden en nagelaten betrekkingen, voor zover zij voldoen aan de wooneisen van de artikelen 55 en 56 AOW. De gezinsleden en nagelaten betrekkingen aan wie de nationale overgangsvoordelen AOW zijn toegekend, kunnen deze exporteren binnen de EU. Artikel 3, onder e, van het Besluit gelijkstelling van wonen buiten Nederland met wonen in Nederland, verschaft aan Nederlanders het recht toegekende overgangsvoordelen over de gehele wereld te exporteren. De nationaliteit van het gezinslid of de nagelaten betrekking wordt voor de toepassing van deze bepaling met de Nederlandse gelijkgesteld zolang deze zich beweegt binnen de grenzen van de territoriale werkingssfeer van VoVerordening (EG) nr. 1408883/712004.
Grondslag
De tekst is afgesloten naar de stand van de wetgeving op 3 maart 2010.
Besluit beleidsregels SVB 20102016
Jurisprudentie
- HvJ EG 2 mei 1990, zaak 293/88 (Winter-Lutzins), Jur. 1990, I-1623, RSV 1990/310, ECLI:EU:C:1990:170
- HvJ EG 30 april 1996, zaak C-308/93 (Cabanis), Jur. 1996, I-2097, RSV 1998/96, ECLI:EU:C:1996:169
- HvJ EG 3 oktober 1996, zaak C-126/95 (Hallouzi), Jur. 1996, I-4807, RSV 1997/80, ECLI:EU:C:1996:368