Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 10/1086/GB, 17 januari 2011, beroep
Uitspraakdatum:17-01-2011

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 10/1086/GB

Betreft: [klager] datum: 17 januari 2011

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 8 april 2010 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager gericht tegen de beslissing hem te plaatsen in de gevangenis BGG (beperkt gemeenschaps geschikten) te Vught ongegrond verklaard.

2. De feiten
Klager is sedert 26 augustus 2008 gedetineerd. Hij verbleef sedert 4 mei 2009 in de locatie Sittard. Op 24 maart 2010 is hij geplaatst in de gevangenis BGG te Vught, waar een regime van beperkte gemeenschap geldt. Op 30 september 2010 is hij
overgeplaatst naar unit 6 afdeling D van de p.i. Vught, waar een regime van algehele gemeenschap geldt.
Klager is op 23 november 2010 in de penitentiaire inrichtingen (p.i.) Vught gehoord door een lid van de beroepscommissie.

3. Ontvankelijkheid
Nu klager op 30 september 2010 is overgeplaatst naar unit 6 afdeling D van de p.i. Vught, is het belang aan zijn beroep komen te ontvallen. Om deze reden dient klager niet-ontvankelijk te worden verklaard in zijn beroep en komt de beroepscommissie niet
toe aan de beoordeling van de beslissing tot plaatsing van klager in de gevangenis BGG te Vught.

Uit het verslag van horen van 23 november 2010 blijkt dat het klager er vooral om gaat dat de rapportage van de GRIP uit zijn penitentiair dossier wordt verwijderd. In het kader van de onderhavige procedure kan niet op een dergelijk verzoek worden
beslist. Zijn verzoek betreft correctie dan wel verwijdering van de hem betreffende persoonsgegevens in de registratie van het GRIP. Het GRIP maakt onderdeel uit van het KLPD en valt daarmee onder de werking van de Wet politiegegevens. De hiervoor
geëigende rechtsingang is derhalve artikel 28 van de Wet politiegegevens. Een verzoek daartoe dient hij te richten aan de Minister van Veiligheid en Justitie, zijnde de korpsbeheerder van het KLPD.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart klager niet-ontvankelijk in zijn beroep.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.P. Balkema, voorzitter, mr. M.A.G. Rutten en dr. G.J. Fleers, leden, in tegenwoordigheid van mr. S.A.H. de Bruin, secretaris, op17 januari 2011
secretaris voorzitter

Naar boven