Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 10/0852/GA, 9 augustus 2010, beroep
Uitspraakdatum:09-08-2010

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 10/852/GA

betreft: [klager] datum: 9 augustus 2010

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 8 maart 2010 van de beklagcommissie bij het huis van bewaring (h.v.b.) Amsterdam Over-Amstel, voor zover daarbij aan klager een tegemoetkoming is toegekend,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

De beroepscommissie heeft de directeur van voormeld h.v.b. in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager om het beroep schriftelijk toe te lichten.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van de tegemoetkoming
De beklagcommissie heeft een tegemoetkoming van € 50,= toegekend vanwege de gegrondverklaring, op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven, van klagers beklag betreffende de beschadiging van een radio/cd speler. Het beroep richt zich
tegen
de hoogte van de tegemoetkoming.

2. De standpunten van klager en de directeur
Klager heeft het beroep, zakelijk weergegeven, als volgt toegelicht. De tegemoetkoming is te gering omdat een radio meer kost dan € 50,=. Klager kan van dat geld geen radio kopen die cd’s en/of cassettebandjes afspeelt en de kwaliteit heeft die zijn
radio had. Aangezien de directeur de verantwoordelijkheid voor de schade toegeeft, moet hij deze verantwoordelijkheid ook volledig nemen. De radio heeft € 190,= gekost. Klager kan dit niet bewijzen - zijn broertje heeft na het verstrijken van de
garantietermijn de bon weggegooid - maar de directeur kan dit ook niet ontkennen of weerleggen.
De penitentiaire inrichting Amsterdam Over-Amstel is hiervoor verantwoordelijk. Als er meteen volgens de voorschriften was gehandeld was dit niet gebeurd. Klager is onrecht aangedaan en hij heeft het gevoel dat hij moet smeken voor zijn recht op
schadevergoeding.
Degene die toegeeft verantwoordelijk te zijn bepaalt ook nog eens zelf wat hij wil betalen.

De directeur heeft zijn standpunt omtrent de tegemoetkoming niet kenbaar gemaakt.

3. De beoordeling
Uitgangspunt is dat de tegemoetkoming bedoeld is voor door een klager ondervonden ongemak en dat voor de vergoeding van geleden schade andere wegen openstaan, zoals een civiele vordering. Indien bij gegrond verklaarde klachten over vermissing en/of
beschadiging van voorwerpen die aan een gedetineerde toebehoren, de hoogte van de schade op eenvoudige wijze vastgesteld kan worden, ligt het echter voor de hand om – op verzoek van klager –, de schade mee te wegen bij de vaststelling van de hoogte van
de tegemoetkoming.

In het onderhavige geval is er echter onvoldoende informatie over de radio/cd speler bekend, met name omtrent de ouderdom van de speler, het merk en bewijs van de aankoopkosten. De beroepscommissie concludeert dan ook dat onvoldoende gegevens
voorhanden
zijn om de schade mee te kunnen wegen bij het vaststellen van de hoogte van de tegemoetkoming. De beroepscommissie verenigt zich met de toegekende tegemoetkoming. Het beroep zal ongegrond worden verklaard.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagcommissie voor zover daartegen beroep is ingesteld.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. C.J.G. Bleichrodt, voorzitter, mr. M.A.G. Rutten en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in tegenwoordigheid van mr. L. Kersten, secretaris, op 9 augustus 2010

secretaris voorzitter

Naar boven