Nummer: 10/0495/GB
Betreft: [klager] datum: 11 juni 2010
De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van
[...], verder te noemen klager,
gericht tegen een op 1 februari 2010 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,
alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.
Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.
1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager gericht tegen de beslissing hem over te plaatsen naar de penitentiaire inrichtingen (p.i.) Lelystad ongegrond verklaard.
2. De feiten
Klager is sedert 10 december 2005 gedetineerd. Hij verbleef in de gevangenis/ISD Zoetermeer. Op 1 februari 2010 is hij overgeplaatst naar de p.i. Lelystad, waar een regime van algehele gemeenschap geldt.
3. De standpunten
3.1. Door en namens klager is het beroep als volgt toegelicht. Klager heeft bezoek dat uit Den Haag en Amsterdam komt. Het is voor het bezoek uit Den Haag bijna onmogelijk om naar Lelystad te komen. De selectiefunctionaris heeft het bezwaar zonder
argumentatie ongegrond verklaard.
De selectiefunctionaris is zonder enige reden aan de door klager opgegeven voorkeuren voorbijgegaan. Klager is dan ook van oordeel dat er een motiveringsgebrek aan de beslissing kleeft. De enige twee personen die klager bezoeken zijn zijn oom en tante.
Beiden zijn slecht ter been en ziek. Derhalve zijn zij niet in staat ver te reizen. Klager heeft reeds contact opgenomen met de huisarts van zijn oom en tante en is in afwachting van een medische verklaring. Klager verzoekt dan ook om het beroep aan te
houden.
Klager is een langgestrafte. Hij is veroordeeld tot een gevangenisstraf van 20 jaren. Hij krijgt van niemand anders bezoek. Klager heeft dan ook een zwaarwegend belang om in een inrichting te worden geplaatst waar hij bezoek kan ontvangen. Het
tegendeel
zou betekenen dat hij feitelijk geen gebruik kan maken van zijn recht op bezoek.
3.2. De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
De keuze voor plaatsing in de p.i. Lelystad komt voort uit het feit dat daar capaciteit is vrijgemaakt voor de opvang van gedetineerden uit de p.i. Zoetermeer. Tijdens de procedure heeft klager zijn voorkeur uitgesproken voor de p.i. Alphen aan de Rijn
en de locatie Zuyderbos te Heerhugowaard. Op dat moment was het niet mogelijk om met de opgegeven voorkeur rekening te houden. De selectiefunctionaris verwijst voor de argumentatie naar de inhoud van het antwoord op bezwaar.
In beroep geeft klager aan dat het voor zijn bezoek uit Amsterdam en Den Haag onmogelijk is naar Lelystad te reizen. De reisafstand is niet van dien aard dat bezoek onmogelijk zou zijn.
4. De beoordeling
4.1. De p.i. Lelystad is een inrichting voor mannen met een regime van algehele gemeenschap en een normaal beveiligingsniveau.
4.2. De selectiefunctionaris geeft in de selectiebeslissing van 18 januari 2010 het volgende aan:
“In verband met de aankomende bestemmingswijziging van de afdeling waar u thans verblijft, wordt u overgeplaatst naar bovengenoemde unit en afdeling. Ik heb helaas geen rekening kunnen houden met uw voorkeur.”
In de beslissing op het bezwaarschrift geeft de selectiefunctionaris vervolgens aan dat er is gekozen voor plaatsing in de p.i. Lelystad omdat daar een aantal cellen beschikbaar was om gedetineerden uit de p.i. Zoetermeer onder te brengen. Hierbij
wordt
op geen enkele wijze aangegeven waarom er geen rekening kon worden gehouden met de door klager aangegeven voorkeur van plaatsing in verband met zijn bezoek dan wel op welke termijn dat wel zou kunnen. De op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde
beslissing van de selectiefunctionaris moet wegens dit gebrek in de motivering worden vernietigd. De selectiefunctionaris zal worden opgedragen een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van deze uitspraak binnen een termijn van twee weken na
ontvangst daarvan.
De beroepscommissie acht geen termen aanwezig voor het toekennen van een tegemoetkoming.
5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond en vernietigt de bestreden beslissing.
Zij draagt de selectiefunctionaris op een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van haar uitspraak binnen een termijn van twee weken na ontvangst daarvan.
Zij kent klager geen tegemoetkoming toe.
Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.P. Balkema, voorzitter, mr. M.A.G. Rutten en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in tegenwoordigheid van mr. L. Kersten, secretaris, op 11 juni 2010
secretaris voorzitter