Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 10/0250/GA, 27 april 2010, beroep
Uitspraakdatum:27-04-2010

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Telefoon  v

Uitspraak

nummer: 10/250/GA

betreft: [klager] datum: 27 april 2010

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 22 januari 2010 van de beklagcommissie bij de penitentiaire inrichting (p.i.) Leeuwarden,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 7 april 2010, gehouden in de locatie De Berg van de p.i. Arnhem, is klager gehoord. De directeur van de p.i. Leeuwarden heeft schriftelijk laten weten verhinderd te zijn ter zitting te verschijnen. Klagers
raadsvrouw, mr. M.A.C. van Overmeire-de Vilder is niet ter zitting verschenen.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag betreft het feit dat klager slechts 10 minuten per week mag telefoneren.

De beklagcommissie heeft het beklag ongegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van klager en de directeur
Klager heeft in beroep zijn tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht. Klager is het er niet mee eens dat hem een ordemaatregel is opgelegd inhoudende dat het hem slechts is toegestaan 10 minuten per week te telefoneren.
Klager mag slechts eenmaal een gesprek voeren. Duurt dit gesprek korter dan 10 minuten, mag hij later in de week niet nogmaals telefoneren. Deze maatregel duurt nu al zeven maanden. Medegedetineerden mogen vaker en langer telefoneren.
Het GRIP advies waar dit op gebaseerd is, is oud en per 1 april 2009 was dit in Hoogeveen al niet meer van toepassing. Er is geen sprake van nieuwe feiten en omstandigheden. Klager weet niet wat voor informatie naar binnen komt of naar buiten gaat. Er
is nooit een weergave van een telefoongesprek op papier gezet.

De directeur heeft in reactie op het beroep schriftelijk het volgende naar voren gebracht.
Normaliter wordt het gedetineerden daar waar nodig toegestaan om vaker en langer dan 10 minuten in de week te telefoneren. In het geval van klager is telefonisch bericht van het GRIP ontvangen dat klager zijn criminele activiteiten voortzet tijdens
zijn
detentie en daarom is het verzoek gehandhaafd om zijn contacten met de buitenwereld te controleren. Reeds in maart 2009 was er een schriftelijke verklaring van het GRIP. Recent zijn er gegevens van het Openbaar Ministerie ontvangen de contacten te
controleren. Deze stukken zijn niet openbaar. Voorkomen moet worden dat klager vanuit de inrichting zijn oplichtingpraktijken voortzet.

3. De beoordeling
De beroepscommissie acht aannemelijk dat er bij de directeur recente informatie is binnengekomen op basis waarvan hij de beslissing heeft genomen nog steeds controle op de telefoongesprekken van klager uit te moeten oefenen. Dat de directeur deze
informatie, gelet op de aard van deze informatie, niet openbaar heeft gemaakt, wordt onder deze omstandigheden niet onredelijk geacht, net zo min als dat klager niet meer beltijd wordt toegestaan dan overeenkomstig het wettelijk minimum
De beroepscommissie gaat er echter wel van uit dat het hanteren van de gangbare belprocedure door de inrichting, zoals opgenomen in artikel 39, eerste lid van de Pbw, wel inhoudt dat klager het recht heeft gedurende de tien minuten één of meer
telefoongesprekken te voeren en niet slechts één. Voor zover de beperking ertoe zou leiden dat klager, ongeacht de duur van het gesprek, in voorkomende gevallen maar één gesprek binnen die termijn van 10 minuten zou mogen voeren, wordt dit onredelijk
geacht.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagcommissie.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.I.M.W. Bartelds, voorzitter, dr. M. Kooyman en J. Schagen MA, leden, in tegenwoordigheid van mr. I. Lispet, secretaris, op 27 april 2010.

secretaris voorzitter

Naar boven