Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 10/0739/GB, 6 april 2010, beroep
Uitspraakdatum:06-04-2010

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 10/739/GB

Betreft: [klager] datum: 6 april 2010

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. W.G.H. Janssen, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 9 maart 2010 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager gericht tegen de beslissing hem te plaatsen in de locatie Groot Bankenbosch te Veenhuizen ongegrond verklaard.

2. De feiten
Klager is op 18 februari 2010 opgeroepen zich op 22 maart 2010 te melden in de
locatie Groot Bankenbosch te Veenhuizen voor het ondergaan van zijn gevangenisstraf van 30 dagen. Per brief van 25 maart 2010 is de datum gewijzigd in 12 april 2010. Klager is veroordeeld wegens de artikelen 285 en 300 Wetboek van Strafrecht.

3. De standpunten
3.1. Namens klager is het beroep als volgt toegelicht. Aan klager is eerder aangeboden zijn detentie door middel van elektronische detentie te ondergaan. Klager heeft hierop direct gereageerd. In een andere strafzaak is wat betreft de
tenuitvoerlegging door de rechtbank geoordeeld dat het gezien de gewijzigde situatie van klager niet geïndiceerd is om een straf uit te zitten.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
Het CJIB heeft klager bericht dat hij in aanmerking komt voor de zelfmeldprocedure. Tevens is aangegeven dat klager de mogelijkheid wordt geboden de opgelegde straf te ondergaan door middel van elektronische detentie. In de brief wordt uitdrukkelijk
opgemerkt dat dit alleen kan als het totaal aantal dagen van de veroordeling 90 dagen of minder bedraagt en aan bepaalde voorwaarden wordt voldaan. In dit verband wordt klager de vraag voorgelegd of hij voor elektronische detentie in aanmerking wil
komen. Nadrukkelijk wordt aangegeven dat aan de keuze geen rechten kunnen worden ontleend. Klager voldoet niet aan de voorwaarden van de circulaire elektronische detentie omdat hij is veroordeeld voor een geweldsdelict.

4. De beoordeling
4.1. De locatie Groot Bankenbosch is een gevangenis voor mannen met een regime van algehele gemeenschap en een beperkt beveiligingsniveau.

4.2. Klager, die tot een vrijheidsstraf is veroordeeld, kan in een gevangenis met een regime van algehele gemeenschap worden geplaatst.

4.3. Klager is veroordeeld wegens de artikelen 285 en 300 Wetboek van Strafrecht, welke delicten als geweldsdelicten worden aangemerkt.
Op 17 oktober 2009 heeft klager, op een door het CJIB toegestuurd antwoordformulier waarin niet over enige beperking van de mogelijkheid van toepassing van elektronische detentie werd gesproken, aangegeven in aanmerking te willen komen voor
elektronische detentie. Onder de toen geldende regeling voor de tenuitvoerlegging van elektronische detentie kon ook in geval van een veroordeling wegens een geweldsdelict elektronische detentie worden toegepast. Die regeling is met ingang van 1
november 2009 in die zin gewijzigd dat geweldsdelinquenten niet meer in aanmerking komen voor elektronische detentie (Circulaire Wijziging toepassing Elektronische Detentie van 26 oktober 2009, Stcrt 2009, 16442). Nu klager in redelijkheid heeft mogen
verwachten dat de feiten waarvoor hij is veroordeeld geen verhindering zouden opleveren voor het toepassen van elektronische detentie, is de bestreden beslissing onvoldoende gemotiveerd zodat het daartegen ingestelde beroep gegrond moet worden
verklaard. De bestreden beslissing dient derhalve te worden vernietigd.
De selectiefunctionaris zal worden opgedragen per omgaande een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van deze uitspraak. De beroepscommissie acht geen termen aanwezig voor het toekennen van een tegemoetkoming.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond en vernietigt de bestreden beslissing.
Zij draagt de selectiefunctionaris op per omgaande een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van haar uitspraak.
Zij kent klager geen tegemoetkoming toe.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.P. Balkema, voorzitter, mr. M.A.G. Rutten en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in tegenwoordigheid van
R. Kokee, secretaris, op 6 april 2010

secretaris voorzitter

Naar boven